Spring naar de content

AdvocaAt Esther Vroegh

Esther Vroegh is 35 en mededirecteur van advocatenkantoor Mesland & Vroegh. Ze werd ooit omschreven als ‘de beste jonge vrouwelijke advocaat van Nederland’, verdedigde al een lid van de Hells Angels en deed veel andere spraakmakende zaken. De Purmerendse kindermoorden noemt ze echter haar meest indringende.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Redactie

Je hebt veel meer grote zaken gedaan. Wat maakt deze zo bijzonder?

“We hebben veel moordzaken, maar deze is ontzettend scherp. Mensen zijn in deze zaak acuut voor of tegen Kim, ook al hebben ze er niets mee te maken en beschikken ze niet over het dossier. Ze gaan zelf rechter of psycholoog spelen. Deze zaak is zo extreem, mensen hebben moeite het allemaal een plaats te geven. Er is een moeder die aan de ene kant wordt neergezet als een monster, terwijl aan de andere kant iedereen uit haar omgeving zegt dat ze superzorgzaam was, en juist heel erg op de goede weg. Op een gegeven moment zegt een rechter: ‘Ja, u gaf uw kinderen wel veel snoep hè?’ Er moest toch íets zijn.

Er zijn allemaal feiten bij elkaar geharkt om een bepaald beeld te creëren. Mensen hebben het nodig om in hokjes te denken, om zich veilig te voelen, maar het is te hopen dat ze kritisch blijven kijken wie het beeld schetst en wanneer. Er is ontzettend veel ruis. Maar waar wij het mee moeten doen, en het Hof ook, zijn de feiten en omstandigheden in het dossier. Punt.”

Punt?

Ze denkt even na. Dan: “Ja, punt, in principe. Maar ik vrees wel dat het een enorme prestigekwestie is geworden. Al heel kort na de bekentenis is via de media naar buiten gebracht dat de moeder haar kinderen had gedood. De verdediging zal zich op alles moeten prepareren, en dat doen we dus ook. Ik verwacht dat het Openbaar Ministerie een blik deskundigen zal opentrekken die weer andere, meer genuanceerde meningen zullen hebben dan de andere. Het is nog geen gelopen race. Maar eigenlijk is de zaak simpel. Alles rust op twee pijlers. Eén: het forensisch- technisch bewijs. Dat wijst absoluut niet eensluidend naar Kim. En twee: de bekentenis. Daarvan zegt de rechtbank klip en klaar: die is onder druk tot stand gekomen. Een labiele vrouw die voor het laatst op bezoek kan bij haar overleden kinderen legt in de auto, zonder dat er hinderlijke camera’s bij zijn, ineens een eerste bekentenis af. Dat klopt niet.”


Rechercheurs hebben nogal wat gezegd tegen je cliënt. Een citaat van de teamleider: “Stop er mee, ik voel me gewoon een beetje gepiepeld door je. Je kunt kneppelhard liegen, maar je bent dan ook jaren verslaafd geweest. Als ik zie, al die sporen op je broek, op je trui, op het mes, aan het bed, in huis, aan je arm die je niet kunt optillen, aan al die bloedspatten op je arm… die van je kinderen zijn. Neem jezelf nou toch niet in de maling, meid.” Harde woorden.

“In de verhoren is gelogen over allerlei zaken: het mes, sporen die gevonden zouden zijn, verklaringen die anderen zouden hebben afgelegd. Ze zitten vol cynisme en sarcasme. Kim bleef tot het zevende verhoor zeggen dat ze het niet gedaan had, dat er een ander was, maar daar werd geen enkel geloof aan gehecht. Het werd niet eens onderzocht. Een voorbeeld. Twee dagen na de moord is ze voorgeleid. Ze zei toen meteen: ik kan Bennie omschrijven, kan er geen compositietekening gemaakt worden? Daar werd door niemand op gereageerd. Ze heeft het nog meermalen aangegeven, maar vergeefs. Pas op 10 februari 2007 is er eindelijk een tekening gemaakt. Die is vervolgens ergens op een bureau blijven liggen. In december 2008 is hij, op last van het Hof, eindelijk uitgezet, maar alleen in Noord-Holland Noord. Dat was ook weer halfslachtig. Daarom begrijp ik wel dat bij Kim en haar familie het idee leeft dat Kimmetje moet hangen. We krijgen veel reacties in de trant van ‘maak je niet druk, er ligt al een keihard vonnis’. Dat ga ik niet zeggen voor de tweede vrijspraak binnen is.”

En dat rapport van het Pieter Baan Centrum dan? Dat is toch een gerenommeerd instituut?


Haar stem wordt ineens wat hoger en wat harder. “Wat er in het Pieter Baan Centrum gebeurt, is eigenlijk verbazingwekkend. Het PBC gaat altijd uit van de premisse dat iemand schuldig is. Dat hebben ze in deze zaak ook voor het eerst zwart op wit gezegd.”

Ze pakt er een brief van het PBC bij. “Kijk, hier staat het gewoon! Wordt iemand vervolgens vrijgesproken, dan geldt wat het PBC geconstateerd heeft niet meer. Je bepaalt dus dat iemand een stoornis heeft, maar wordt hij of zij vrijgesproken, dan bestaat die stoornis ook niet meer. Daar is niets wetenschappelijks aan. Andere deskundigen maken zich daar ook heel kwaad over. Gelukkig hebben die vastgesteld dat er met Kim helemaal niks mis was.”

Je hebt het woord ‘horror’ gebruikt voor dit dossier.

“Ja, vooral vanwege de manier van rechercheren. Toen dit speelde, was de commissie Posthumus volop aktueel. Die was in het leven geroepen na de Schiedammer parkmoord, waarin de politie geen enkele zelfreflectie had gehad en de verkeerde had gepakt. Iedereen was daarvan geschrokken. We hadden het toch goed voor elkaar in Nederland? We waren er toen met zijn allen van doordrongen dat het zo niet meer mocht gaan, leek het. En in een zaak als deze zie je dat er in de praktijk helemaal niets verandert.”

Onderwerpen