Spring naar de content

Marokkanen vochten niet in Zeeland

Marokkanen gaven hun leven voor de verdediging van Nederland, kwam een paar jaar geleden in het nieuws. Velen waren blij met dit plotselinge gedeelde verleden. Maar het klopt niet. Marokkanen hebben hier in de meidagen van 1940 geen schot gelost. Deconstructie van een mythe.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Redactie

Tot drie jaar geleden was de herdenking van de Franse soldaten die in de meidagen van 1940 stierven in Zeeland, een Frans-Nederlandse aangelegenheid. Elk jaar, op 19 mei, vond een sobere plechtigheid plaats op de Franse militaire begraafplaats van Kapelle. Daar herdachten de aanwezigen dat 84 Franse militairen in die roerige dagen tevergeefs de linies verdedigden die verlaten waren door Nederlandse soldaten. De Fransen waren hun bondgenoot te hulp geschoten na de Duitse inval. Maar tegen de Duitse overmacht waren zij niet opgewassen.
Sinds 2008 wordt een derde volkslied gespeeld tijdens de plechtigheid, de Hymne Chérifien, en gaat een derde vlag halfstok, de Marokkaanse. Op verzoek van de Marokkaanse regering worden ook de Marokkaanse soldaten herdacht die dienden in het Franse leger, en die hun leven lieten voor Nederland. Op de begraafplaats liggen 22 van de in totaal 24 Noord-Afrikaanse en Arabische militairen begraven die in Nederland aanspoelden.
Die aandacht voor Marokkaanse inzet in de Tweede Wereldoorlog is grotendeels op het conto te schrijven van Mohamed Achahboun. “Ik heb me er vanaf 1985 voor ingezet,” vertelt de 58-jarige gewezen Marokkaanse welzijnswerker. “Ik wil het beeld veranderen dat Marokkanen stelen en rotzooi maken. Dat is niet correct. Marokkaanse soldaten hebben in de meidagen van 1940 in Zeeland zij aan zij met de Fransen gevochten tegen de nazi’s.” Na Achahbouns ontdekking ging er een wereld voor hem open, zegt hij. “Mijn landgenoten hebben op Nederlandse bodem hun leven gegeven in de strijd tegen het fascisme. Dat ontroert me. Nederland en Marokko hebben een gezamenlijke geschiedenis.”

Lees de rest van het artikel in HP/De Tijd van deze week