Spring naar de content

Lach of ik schiet

Paul de Leeuw kan ontspannen achterover leunen. Het Aktiecomité Burgerbelangen dat aangifte had gedaan van De Leeuws tweet (‘Zit u ook stiekem te wachten op een zwarte Saab die zich in een of ander monument boort? Niet dat ik het ze gun, maar dan gebeurt er wat!’) bij de tv-reportage over het huwelijk van de Zweedse kroonprinses Victoria, kreeg nul op het rekest. Het Openbaar Ministerie vond de uitlating ‘niet strafbaar, niet beledigend voor welke groep dan ook, en ook niet smadelijk, lasterlijk of opruiend’. Zo veel categorische ontkenningen doen vermoeden dat de censuurpolitie van het OM de tweet te leuk vond om te bestraffen, en De Leeuw is natuurlijk een erkende humorist die een potje kan breken.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Beatrijs Ritsema

Minder geluk had Cornald Maas die bij de TROS op staande voet werd ontslagen na een twitterbericht waarin hij Sieneke, Joran van der Sloot en de PVV onder een noemer vatte als ‘grappige Nederlandse exportproducten’. Ook is onlangs de postcommandant van de brandweer in Hengelo (Gld.) opgestapt, nadat burgers van de gemeente zich hadden beklaagd over de seksueel getinte zelfpresentatie op zijn Hyvespagina. ‘Slecht voor de voorbeeldfunctie’ was het misnoegde commentaar van de burgemeester, en voor de brandweerchef betekende dit einde oefening.

Het valt nog niet mee om zonder kleerscheuren te opereren in het domein van de sociale netwerken. Cornald Maas was verontwaardigd dat hij zich niet eens een grapje kan permitteren, maar de werkgever ziet twitteruitlatingen niet als privé, en dat zijn ze ook niet. Twitter, en in iets mindere mate Facebook en Hyves, zijn het virtuele equivalent van met een megafoon op een zeepkist gaan staan. Twitter hoort bij het openbare domein, en daar gelden andere regels dan in de beslotenheid van huiskamer of café. Ieder mens heeft recht op zijn privéopinies in huiskamer of café, maar voor het front van de wereld kun je beter je werkgever niet afvallen, want die zou dat weleens kunnen opvatten als ‘de hand bijten die je voedt’. Er is dan ook geen verschil tussen je mond voorbij praten tegen een journalist en tetteren op twitter, zoals Arend Jan Boekestijn heeft ondervonden, die op beide fronten de mist inging. Hij kwam uiteindelijk ten val kwam door zijn loslippigheid over een bezoek aan de koningin, maar was daarvoor al danig in opspraak geraakt over zijn spleetogentweet.


Kenmerkend voor dit soort uitglijers is dat het persoonlijke buiten de geëigende oevers treedt. Generaal McChrystal maakte de klassieke fout van veel geïnterviewden die hun dekking tegenover de interviewer uit het oog verliezen, maar de twitteraars en de profielbouwers gedragen zich op eigen initiatief als zichzelf. Geen formalismen, geen omzichtigheid – ze maken grapjes zoals ze dat gewend zijn en waar binnen de privésfeer niemand zich aan stoort.

In een twitterboodschap heeft de zender net als bij andere vormen van zelfpromotie de keus tussen informeren en opiniëren. Inhoudelijke informatie komt neer op saaie mededelingen van huishoudelijke aard in de trant van ‘zojuist een uur in bad geweekt’ of ‘zit vast in de file, vrachtwagen geschaard op de A3’. In de opinie- sfeer kan de twitteraar iets toejuichen of iets afkraken, maar enige ruimte voor argumentatie of onderbouwing is er niet, dus blijft alleen de grap over als middel om nog iets van de boodschap te maken. Geslaagde tweets die elders worden geciteerd zijn altijd oneliners. De twitteraars met de meeste followers bewegen zich op het vlak van de humor, en twitter is daarmee het aangewezen medium voor amateurcabaretiers.

Het wezen van humor is dat die, woordgrappen daargelaten, altijd ten koste van iets of iemand gaat. Elke grap berust op een samenzwering van de verteller en de luisteraar (een tijdelijke ingroep) tegen een (tijdelijke) outgroep die belachelijk wordt gemaakt. Dat kunnen machthebbers zijn, maar evengoed machtelozen. Een goede grap kent geen mededogen en een slechte grap trouwens ook niet. Dat maakt het twitteren voor personen van enige status zo riskant. Zodra ze zich op het terrein van de humor wagen, schenden ze taboes. Zelfs het onschuldigste grapje over sekse, religie, etniciteit of slachtoffers in het algemeen valt verkeerd bij degene die zich tot die outgroep rekent.


De Library of Congress archiveert alle miljarden tweets die worden verzonden. Het nageslacht zal zich verbazen over de collectieve ambitie om leuk gevonden te worden. ‘Ik breng anderen aan het lachen, dus ik besta’ is het devies van deze cultuur.