Spring naar de content

Ach, de waarheid…

In de wielersport is goed kunnen liegen een onontbeerlijk talent.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Redactie

Ze hadden bij CBS best een vrolijker decor kunnen uitkiezen. Nu zat Tyler Hamilton in een non-descripte hotelkamer met uitzicht op een gore baai. Links achter hem brandde een schemerlamp.

“He was using EPO in the Tour de France of 1999?”

Hamilton rolde met zijn ogen, knipperde drie keer en zei toonloos: “Correct.” De ‘he’ uit de vraag betrof Hamiltons vroegere ploeggenoot Lance Arm-strong. Dezelfde Armstrong die zeven keer de Tour de France won. Iedereen weet dat de Tour winnen zónder prestatiebevorderende middeltjes gelijkstaat aan in een half uur van Den Helder naar Maastricht hinkelen. Dus wie hem zeven keer wint, heeft de schijn tegen.

Wielrennen is de sport van de geconstrueerde werkelijkheid. Daar hebben we in Europa nooit moeilijk over gedaan. Goed liegen is een onontbeerlijk talent.

Maar in Amerika wisten ze dat allemaal niet. Daar deden ze nog aan eerlijke sport, waarbij kerngezonde jongens en meisjes hun krachten meten om te kijken wie de beste is. Dus toen de Amerikanen lucht kregen van het gerucht dat een van die jongens, Lance ‘Ik ben de beste vriend van Mart Smeets’ Armstrong, zijn zeges gedrogeerd behaald zou hebben, besloten ze dat de waarheid maar boven tafel moest komen. Het zou een harde waarheid worden, die van de leider van een anti-kankerimperium en toekomstig presidentskandidaat een veroordeelde misdadiger zou maken.

De waarheid. Alsof iemand daar op zit te wachten.

Een van de dienaars van de waarheid is Hamilton. In een interview met CBS’ 60 Minutes zei hij zacht: “Ik heb het in z’n koelkast zien staan.”

Armstrongs dagen als supermens zijn geteld. De koelkast wordt hem fataal. Aanklager Jeff Novitzky heeft zijn tanden in de zaak gezet en Novitzky is er zo een die doorbijt tot de tegenstander door de knieën gaat.


Vermoedelijk zal Armstrongs afscheid van de leugen met evenveel horten en stoten gepaard gaan als bij de man die hem beschuldigde.

Op de dag dat het nieuws over zijn publieke biecht naar buiten kwam, maakte het antidopingcomité USADA bekend dat Hamilton zijn olympische me-daille uit 2004 was komen inleveren.

Vals gespeeld en verloren. Iedereen wist dat Hamilton destijds mede dankzij illegale bloedtransfusies over het tijdritparkoers van Athene was gevlogen; hij werd namelijk betrapt. Maar omdat een oen in een laboratorium de B-staal niet goed had ingevroren, mocht Hamilton zijn medaille behouden. Enkele weken later, in de Ronde van Spanje, kon de renner alsnog aan de schandpaal: in zijn bloed werden twee soorten DNA gevonden. Gevolg van een transfusietje met de bloedzak van een ploegmaat. Dat was de waarheid; een vrij komische waarheid bovendien.

Maar ach, de waarheid…

Kort na zijn ontmaskering volgde Hamiltons verklaring: het andere DNA was afkomstig van zijn in de baarmoeder gestorven tweelingbroer. Ach, de waarheid…

Na twee jaar schorsing keerde Hamilton terug in het peloton. Een bliksembezoekje, want binnen enkele maanden volgde een nieuwe dopingaffaire. Zelfs de schimmige Russische Tinkoff-ploeg wilde hem niet meer hebben. De Amerikaan verkaste naar Rock Racing, de ploeg van Michael Ball, een mallotige miljardair met een voorkeur voor renners met een besmeurd blazoen. Zelfs dáár ging het mis: Tyler Hamilton werd betrapt op het gebruik van een verboden product. Het zat in een voedingssupplement dat hij gebruikte om zijn somberheid te onderdrukken. Echt waar.

Hamilton bleek inderdaad al sinds eind 2003 te lijden aan ernstige depressies.

Zijn nieuwe schorsing bedroeg acht jaar.


Deze week stuurde Hamilton een brief aan vrienden en familie. Hamilton vraagt vergiffenis aan hen die hij een loopbaan lang heeft voorgelogen. De slotregels zeggen alles: “My Mom and Dad always told me that the truth would set me free. I never knew how right they were.”

Ach, de waarheid…