Spring naar de content

Sorry, ik vind de Klusjesmannen leuk

Als hoogopgeleide jongeman van 27 kijk ik met plezier naar het tweede seizoen van De Klusjesmannen, één van de platste programma’s op de Nederlandse tv. Ben ik gek?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Edwin van Sas

De Klusjesmannen heten in werkelijkheid Sander Lantinga (bekend van 3FM’s Coen & Sander show) en Rámon Verkoeijen (bekend van…. tja, waarvan eigenlijk?) en het programma is aan het tweede seizoen bezig. Wie het programma wel eens heeft gezien weet dat het op zijn zachtst gezegd geïnspireerd is op de RTL-hitserie Joling en Gordon over de vloer. Voor wie beide programma’s niet gezien heeft: een olijk duo wordt tussen mensen met een afwijkend beroep/rare hobby geplaatst en probeert elkaar af te troeven met slechte woordgrappen.

Net als ‘Geer en Goor’ blinken de Klusjesmannen uit in platheid en puberaliteit. Een terugkerend fenomeen is dat Sander snel een kus geeft aan Rámon als er een (liefst lelijke) vrouw in de buurt staat en dan “doorgeven!” roept. Rámon staat weer bekend om zijn Hitler-imitatie en het duo weet in elke situatie wel een seksgerelateerde opmerking te maken.

En ik kan het niet helpen, maar ik moet daar dus regelmatig hardop om lachen. U moet mij geloven, ik lees ook kranten, ga wel eens naar het Concertgebouw en kijk naar Zomergasten (toegegeven, het lukt me vaak niet de hele avond uit te zitten), maar ik kijk dus met plezier naar die omroep waarvan mijn collega beweert dat hij zo snel mogelijk moet worden opgeheven.

Hoewel de kijkcijfers van het tweede seizoen nog wat achterblijven, ben ik zeker niet de enige in mijn omgeving die kijkt naar De Klusjesmannen. Er zijn zelfs vrienden die de Facebookpagina hebben geliked – een openlijke coming out waar ik me tot op heden nog niet aan durfde wagen.

Waarom vind ik dit leuk?
Alles draait om de slappe lach. Lantinga en Verkoeijen hebben (net als Geer en Goor) onmiskenbaar een klik. Als de heren in elkaars nabijheid zijn, ontstaat er een energie die de grootste lulligheid in elkaar naar boven haalt. Een puberale slappe lach maakt zich van de twee meester.

Wie het lukt om in de slappe-lach-modus mee te gaan, hangt dan ook bij tijd en wijle puberaal schuddebuikend voor de buis. Misschien is het een gebrek aan volwassenheid, maar het overkomt mij dus nog wel eens. Voor wie nooit de slappe lach heeft gehad is het belangrijk te weten dat als je een slappe lach onder de leden hebt, je altijd moet lachen. Ook al is het op schrift niet grappig.

Sander: “U bent een goochelaar?”
Goochelaar: “Ja.”
Rámon: “En hoe bent u hier: met de auto of met de goocheltruck?”
(lachsalvo Klusjesmannen)
Sander: “Je gaat af als een magie-ter.”
(lachsalvo Klusjesmannen)

Bij een Star Wars verzamelaar:
Rámon: “Ik wil eigenlijk wel wat van je spullen zien.”
Sander: “Of zullen we eerst een Milky Way eten?”
(lachsalvo Klusjesmannen)
Rámon: “Of een Mars?”
(lachsalvo Klusjesmannen)

Geen Geer en Goor
Belangrijk voor het succes van het programma is ook de stickyness van de one-liners. Joling en Gordon hebben een heel oeuvre van taalverrijking achtergelaten dat je nog altijd hoort, zoals Ik heb er geen kracht meer voorIk ben gebrokenMet gierende bandenDraak en Graftak. De Klusjesmannen hebben de high-five waarbij Tik ‘m aan ouwe wordt uitgesproken, maar kunnen nog niet tippen aan het ‘niveau’ Geer en Goor.

Bent u benieuwd of u, hoogopgeleide lezer van HP/De Tijd, ook kunt lachen om deze ongein? Hieronder de meest recente aflevering van De Klusjesmannen:

Get Microsoft SilverlightBekijk de video in andere formaten.