Spring naar de content

Leuke vrouwenwielrenweetjes voor Mart Smeets

Tenzij Mart Smeets en Herbert Dijkstra zich de afgelopen tijd ernstig verdiept hebben in het vrouwenwielrennen, iets dat ik waag te betwijfelen, wordt het commentaar bij de wegwedstrijd van de vrouwen zondag tenenkrommend slecht. Net zoals tijdens de wereldkampioenschappen in Kopenhagen, afgelopen jaar, en alle grote vrouwenwedstrijden die live uitgezonden worden.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Marijn de Vries

“Kijk, daar ontsnapt er eentje! Het is een… een Canadese! O nee, toch niet! Een Duitse! Denk ik!” is nog tot daar aan toe. Maar Smeets die met geveinsd medelijden in zijn stem dingen zegt als: “Och, die arme Koreaanse Ah Reum Na. Ze moet nu al lossen. Ja, wielrennen is ook zwaar hè, voor die meisjes”, bezorgt mij jeuk op plekken waar de zon niet schijnt.

Alsof het tijdens de mannenkoers ook maar één moment in hem opkomt een afhakende Thai of Oezbeek zielig te noemen. Want echt, die kunnen óók niet wielrennen, maar daar wordt gewoon geen aandacht aan besteed. Dat soort renners hoort wat mij betreft eigenlijk niet mee te doen. Maar ja, het zijn de Spelen, en daar krijgen alle landen een kans.

U wilt natuurlijk zien of Marianne Vos na het zilver van de zwemsters de eerste gouden plak voor ons land gaat binnenslepen. Maar ik snap best wel dat u onder de hierboven beschreven omstandigheden na vijf minuten vrouwenkoers gapend en/of geïrriteerd afhaakt. Want zeg nu zelf: sport kijken is alleen leuk als je de sporters kent, of vanwege de verhalen. Tientallen onbekende vrouwen in de rondte zien fietsen is voor niemand interessant. Alleen de commentatoren kunnen daar verandering in brengen, mits ze de moeite nemen zich een beetje in de materie te verdiepen.

Aangezien ons duo dat niet doet, hierbij wat weetjes waar u tijdens een gemiddelde mannenkoers mee doodgegooid wordt, maar die u over de vrouwen nooit zult horen.

De kat van Marianne Vos heet Shaggie. Hij gaat altijd mee in de camper van de familie Vos, net als zijn voorgangers Flecha en Chiapussy. Loes Gunnewijk doet niets liever dan tegen de wind in fietsen. Annemiek van Vleuten woont nog in een studentenhuis en ze is de beste vriendin van mijn kapster. Ellen van Dijk heeft een rol oranje wc-papier in haar koffer zitten en doet graag aan karaoke met haar ploeggenoten.

De helft van de Britse ploeg is vegetarisch; Emma Pooley en Lizzie Armitstead eten allebei geen vlees. Niet alleen mannelijke Australische sprinters zijn kamikazepiloten: bij de vrouwen houdt Chloe Hosking die reputatie hoog.

De Zweedse ploeg beantwoordt aan alle clichés over Scandinavische meisjes. Ze zijn alledrie hoogblond en bloedmooi. Plaatjesgoogle maar eens op Emma Johansson, Emilia Fahlin of Isabelle Söderberg. Maar pas op met opmerkingen op twitter: Emma spreekt vloeiend Nederlands. Of liever Vlaams, want ze woont in Zingem. Daar heeft ze zelfs haar eigen fanclub.

De Duitse vrouwen zijn stokoud. Ina Yoko Teutenberg is 37, Judith Arndt is 36 en Trixi Worrack is 30. Charlotte Becker is met haar 29 lentes het kuiken van het team. Maar pas op. Door hun vele jaren ervaring zijn ze leep en geslepen. ‘Teut’, zoals wij haar noemen, heeft nog altijd een felle sprint in de benen en is naast Vos en de Italiaanse wereldkampioene Giorgia Bronzini een van de topfavorieten.

Natuurlijk ben ik voor Marianne. Maar mocht zij haar wiel niet als eerste over de streep drukken, dan hoop ik dat de Britse Lizzie Armitstead of de Amerikaanse Shelley Olds dat doet. Want hoe Nederlands ik ook ben, zij zijn mijn ploeggenoten met wie ik al een seizoen lang lief en leed deel. Dus tussen het schelden op het abominabele commentaar door zal ik, gehuld in een oranje jurkje en met mijn eigen blauwe AA Drink-muts op, ook echt nog wel een paar keer heel hard “Hup Oranje!” en “Go AA-Smurfs!” roepen.