Spring naar de content

De schrijver is een hoer

In HP/De Tijd van augustus schrijft Frans van Deijl dat hij weigert om als artiest op te komen draven om zijn roman Bountymeisje aan de man te brengen. Ook wil hij geen relletje rondom zijn boek in scène zetten. In deze tijd inderdaad uitzonderlijk, want niet zozeer de roman is een hoer geworden, zoals Marcel Möring in juli in NRC betoogde, maar de schrijver.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Pieter Yspeert

Toen Arnon Grunberg met een geit door de grachten voer om zijn roman ‘De asielzoeker’ te promoten, was dit nieuws. Tegenwoordig moet je als auteur met zwaarder geschut komen om door de media te worden opgemerkt. Ernest van der Kwast nam daarom zijn moeder met deegroller mee op tournee. Robert Vuijsje zijn vriendin als moderne Saartjie Baartman. Peter Buwalda een mystery guest die zijn nog kersverse debuut in boekhandels verscheurde. David Pefko de alles en iedereen schofferende buikspreekpop Louis Nanet.

A.H.J. Dautzenberg showde trots zijn litteken na zijn nier aan een onbekende te hebben gedoneerd. Toen het effect van die gulle gave in romanvorm en media was uitgewerkt, werd hij lid van pedofielenvereniging Martijn. Want als het kan – of eigenlijk niet – is alles geoorloofd om als schrijver aan zelfpromotie te doen.

James Worthy kroonde zichzelf daarom in navolging van Brusselmans tot befkoning en riep de dag van zijn boekpresentatie uit tot ‘Nationale James Worthy Dag’. Henk van Straten liet zich voor zijn boek ‘Superlul’ en de camera verbaal door verschillende BN’ers swaffelen. Arie Boomsma, bleek na het verschijnen van ‘De relishow’ al die jaren de wandelende booktrailer van zijn tot literatuur omgedoopte zelfspot te zijn. En nu de zomer van Leon de Winter bijna voorbij is, heeft ook deze schrijver iets bedacht om van belangstelling verzekerd te zijn: publiekelijk de van geweldsmisdrijven verdachte Badr Hari de liefde verklaren.

Verbaasd was ik dan ook toen mijn uitgeverij Artemis & co – toch bedreven in publiciteit – voor mij geen enkele stunt uit de hoge hoed toverde. Alleen boeken bleken ze uit te geven, geen oproerscenario’s om hun louter vrouwelijke auteurs onder de aandacht te brengen.

Maar ja, vrouwen, hè? Gelukkig waren er een aantal mannelijke journalisten die bij het verschijnen van mijn vorige roman de moeite namen in mijn verleden te duiken. Zo werd ik, na ruim twintig jaar eerder eenmalig voor een mannenblad te hebben geposeerd, plots het schrijvende Playboy-model. Ondanks goede kritieken en nominaties voor literaire prijzen, voelde ik me niet meer die academisch gevormde auteur, maar dat onzekere meisje van weleer. Ik belde mijn uitgeverij: voorlopig geen journalisten meer.

STOM, STOM, STOM! Als je roman je lief is, moet je je als auteur nu eenmaal verkopen. Niet alleen in de literatuur, vooral daarbuiten dien je morele grenzen te overschrijden om te worden opgemerkt. Lectuur daarentegen prostitueert zichzelf wel, zoals ’Vijftig tinten grijs’ momenteel bewijst. Dus hup, Frans van Deijl, niet langer zeuren en naar het Red Light District van de literatuur! Net als Leon Verdonschot trek ik een T-shirt aan met ‘Fuck Yeah!’ erop en ga met je mee.

Tania Heimans (1969) is auteur. Onlangs verscheen haar derde roman ‘De uitzonderlijke gave van William Praise’.

________________
Volg HP/De Tijd ook op Twitter!