Spring naar de content

Er zit nauwelijks talent in The Voice of Holland

Vrijdag beginnen The Battles in The Voice of Holland. Het niveau was tijdens de Blind Auditions ongekend hoog, dus dat belooft wat. Maar ik begin me te ergeren.  Aan de geschoolde toptalenten om precies te zijn. Natuurlijk zie ik hoe ontzettend goed ze zijn, maar het lukt niet om met ze mee te leven.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Edwin van Sas

Het is een trend die vorig seizoen werd ingezet: de deelnemers aan The Voice of Holland zijn veelal oud-talentenjachtdeelnemers en voormalig musicalsterren. Dit seizoen hebben we ook het complete achtergrondkoortje van Trijntje Oosterhuis voorbij zien komen. Floortje, Ron Link en Leona, allemaal hebben ze op grote podia gestaan, kennen ze de roem van het artiestenleven en hebben ze een netwerk in het wereldje. Natuurlijk heeft het ene talent meer ervaring dan het andere, maar op het podium van The Voice lijken inmiddels vooral vallende sterren te worden ge(her)lanceerd.

Talentenjacht
En dat terwijl The Voice een talentenjacht is. De kandidaten heten ‘talenten’ en de jury is hun ‘coach’ die ze verder helpt op weg naar het sterrendom. Ben je als fulltime artiest nog een talent te noemen? Volgens Van Dale is het een ‘aangeboren, meer dan gewone geschiktheid tot het aanleren van een kunst of wetenschap’. Talent is dus aanleg, potentie, iets wat nog ontwikkeld moet worden.

Hoe heette ze nou ook alweer?

TVOH zit echter vol met (contradictio in terminis) uitontwikkelde talenten die proberen van hun B- een A-status te maken. Tevergeefs, want zelfs het voor talentenjachten bovengemiddelde niveau van The Voice levert zeer vergankelijke roem op: Tattoo-Ben zit ergens in het schnabbelcircuit en van het meisje noch de harp is nimmer wat vernomen. Teken aan de wand: Wendy van Dijk kon zich de winnaars van Idols-series niet meer herinneren. Of zegt dat vooral veel over Wendy?

The Voice levert weliswaar een plekje in de artiestenwereld op, maar daar zitten de meeste kandidaten al. Als zij beklijvende willen doorbreken kunnen ze beter via hun connecties in de artiestenwereld hopen op een Caro Emerald-achtige lancering – hoewel Emerald inmiddels ook al jaren hetzelfde liedje zingt.

Johannes Rijpma
Laat de talentenshows gewoon talentenshows zijn. Met onder-de-douche-zangers en talent dat op donderdagavond in een Meppelse kroeg speelt. Ik wil me kunnen identificeren met de talenten, en de incrowd van het Gooise artiestenwereldje staat daarvoor te ver van mij af. Bovendien zit er nauwelijks ontwikkeling in.

Geef mij maar iemand als Johannes Rijpma (spreek uit: Riepmaaah). Een twintigjarige monteur van tuinmachines (“ook geen slechte baan”) die nooit op muziek- of zangles heeft gezeten, maar in het weekeinde met zijn bandje in feesttenten speelt. Die niet bezig is met ‘het merk-Johannes’, en waarschijnlijk op last van de TVOH-gestapo een twitteraccount heeft geopend.

De boerenrocker uit Oudega zit vol talent, maar heeft zeker ‘een stukje coaching’ nodig wil hij het feesttentcircuit ooit verlaten – of hij dat echt wil betwijfel ik trouwens. Ik ben erg benieuwd hoeveel potentie hij werkelijk heeft en hoe hij zich kan ontwikkelen. Maar waarschijnlijk is het avontuur voor Rijpma, tussen het geweld van de gelauwerde B-sterren, snel afgelopen. Voor het echte talent moet je dus toch in de feesttent zijn.

________
Volg HP/De Tijd ook op Twitter.