Spring naar de content

Het boek als excentriek gadget voor de happy few

Deze week las ik het boek Why Be Happy When You Could Be Normal? van Jeanette Winterson, een memoir over haar jeugd in de jaren zestig en zeventig.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Beatrijs Ritsema

Zij groeide op als adoptiekind in het Noord-Engels arbeidersstadje Accrington bij ouders die lid waren van de Pinkstergemeente. Het zijn dickensiaanse herinneringen aan honger en kou, aan een godsdienstige krachtpatser van een moeder die de kleine Jeanette opsloot in het kolenhok als ze iets misdaan had, en aan een vader, die bij thuiskomst met tegenzin de door zijn vrouw opgedragen fysieke tuchtigingen uitvoerde.

Liefde voor literatuur
Winterson is maar een jaar of vier jonger dan ik en het verschil tussen haar jeugdjaren en de mijne is overweldigend. Voor mij geen armoede, geen geweld en geen helse moeder die in bijbelcitaten sprak. Toch is er ook een overeenkomst: we hielden allebei van lezen en literatuur. Voor Jeanette Winterson waren boeken een reddingsboei, waarmee ze kon ontsnappen aan de kwellingen en de afstomping van haar dagelijks leven en die haar een blik gaven op mogelijke andere werelden. In de goed voorziene bibliotheek van Accrington las ze systematisch de afdeling English Literature A-Z. Op haar elfde begon ze bij de A, op haar zestiende was ze bij de N aangeland. Het moest allemaal stiekem gebeuren, want haar moeder had lezen verboden wegens zondigheid.

Lezen in plaats van uitgaan
Ik las ook veel, maar op een hapsnap manier, high brow en low brow door elkaar, en zeker niet stiekem, maar wel een beetje omdat er niets anders te doen was. Eind jaren zestig hanteerde mijn moeder uitgaansrestricties voor haar dochters die toen al een beetje gedateerd waren en waar je nu bij geen enkele tiener meer kunt komen aanzetten. Het kwam erop neer dat ik relatief veel vrije tijd thuis doorbracht en het ene boek na het andere verslond. Niet tot mijn verdriet trouwens. Mijn liefde voor boeken was al ontwaakt, zodra ik de techniek van het lezen onder de knie had.

Bibliotheeksluitingen
Jeanette Winterson beweent de sluiting van openbare bibliotheken als gevolg van bezuinigen op de publieke voorzieningen, zodat kinderen als zij geen kans meer krijgen om aan hun milieu te ontsnappen. Dat is inderdaad tragisch en de voortekenen voor de literatuur zien er sowieso niet gunstig uit. De boekenomzet daalde vorig jaar met 7,6 procent. Niet alleen bibliotheken worden opgedoekt, ook boekwinkels verdwijnen. Hoe meer CPNB-propaganda in de trant van ‘lezen moet, want het is goed voor je’, hoe minder er vervolgens gelezen wordt, omdat er zo veel andere opties zijn om de tijd plezierig door te brengen.

Serieuze literatuur lezen we liever van papier
In The Wall Street Journal stond een interessant stuk over de toekomst van het boek. Het e-book verovert de markt minder snel dan werd voorspeld een paar jaar geleden. Mensen schakelen wel over op e-books, maar vooral in de sector vliegveld- en kioskboeken: chicklit, thrillers en ander wegwerpamusement. Voor serieuze literatuur en non-fictie lezen ze toch liever een boek van papier. Het ziet er naar uit dat het klassieke tastbare boek zich voorlopig wel blijft handhaven, maar steeds meer een excentriek gadget wordt voor de happy few, iets waarmee je je kunt onderscheiden van de ongeletterde massa.

Het boek als niche
Misschien is dat niet zo erg. Ten slotte vervult klassieke muziek (het spelen ervan, het luisteren ernaar) ook zo’n beetje die functie van onderscheidend element, waarmee je mensen in een oogwenk kunt klasseren. Het voordeel van een nichemedium ten opzichte van een massamedium is dat er iets subversiefs van uitgaat. Iets wat anders is dan wat de meeste mensen doen zal altijd aantrekkingskracht uitoefenen op mensen (en kinderen) die in hun dagelijkse leven om wat voor reden dan ook buiten de boot vallen. Kinderen zoals Jeanette Winterson was. Ik heb alle vertrouwen in de toekomst van het boek.

Onderwerpen