Spring naar de content

Ouders die de studie van hun kind betalen stimuleren de zesjescultuur

We kennen het cliché van de corpsbal: veel drinken, zes jaar over een driejarige bachelor rechten doen, en dat alles op kosten van papa. En die goede baan bij dat gerenommeerde advocatenkantoor is tegen die tijd via via wel te regelen. Onderzoek van de Universiteit van Californië laat zien dat dit beeld wel eens zou kunnen kloppen. Hoe meer ouders namelijk investeren in de studie van hun kind, des te lager vallen de cijfers uit.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Tim Cardol

Laura Hamilton, die de studie ‘More Is More or More Is Less’ uitvoerde, merkte tijdens haar eigen studententijd grote verschillen in prestaties. “Vreemd genoeg kregen ouders die het meest bijdroegen niet het meeste waar voor hun investering,” zag Hamilton. Veel van de rijkeluiskindjes studeerden uiteindelijk wel af, maar de zesjescultuur tierde welig en van fanatiek studeren zag de Amerikaanse onderzoeker bij hen weinig terecht komen. Haar onderzoek bevestigde dus haar vermoedens.

Als ouders fors bijdragen aan de studie van hun kind (vanaf zo’n $200 per maand), komt dat de cijfers niet ten goede. Ook in Nederland kunnen studenten, zo blijkt uit cijfers van het NIBUD, met een gemiddelde van zo’n €200 per maand rekenen op een fikse ouderlijke bijdrage.

Alle ouders die hun kind met een stevige financiële bijdrage hopen te behoeden voor een studententijd vol vermoeiende bijbaantjes, zullen zich dus even achter hun oren moeten krabben. Het beeld van de student die op het terras berekent hoe hij net die voldoende binnen gaat slepen, kan misschien wel met wat minder ouderlijke toelage toe.

Hamilton geeft overigens aan zelf wel een financiële bijdrage te willen leveren aan de studie van haar kinderen. Maar niet voor ze een pittig gesprek heeft gehad over de voorwaarden.