Spring naar de content

Brekend: twintigers van nu zitten in een existentiële crisis

Journalisten Birte Schohaus en Marijke de Vries hebben onderzoek gedaan naar twintigers van nu. Veel van die twintigers wilden anoniem blijven. De conclusies van de onderzoeksjournalisten waren dan ook even indrukwekkend als onthutsend, daar verbind je niet graag je naam aan: de twintiger van nu schijnt in de war te zijn.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Olga Kortz

Vroeger kregen ze (of: we, ook ik ben zo’n verwarde twintiger, al jaren) te horen dat ze vooral moesten doen waar ze gelukkig van werden. Nu ons dat niet allemaal lijkt te lukken, omdat de generatie die ons heeft opgevoed niet met geld kon omgaan, voelt het alsof we gefaald hebben. Gevolg: de twintiger zit met de handen in het haar. De resultaten hebben Schohaus en De Vries verwerkt in hun boek ‘De wereld aan je voeten’, en gaat kort gezegd over de illusies, angsten en dilemma’s van twintigers.

Leuk werk
Schohaus en De Vries vonden uit dat werk tegenwoordig niet meer gaat om geld verdienen. Het gaat erom dat het leuk is wat we doen. Brood op de plank is bijna bijzaak. Zo zijn we opgevoed, we moesten vooral doen wat we leuk vonden. Zelfontplooiing was het belangrijkste. Enig engagement is ver te zoeken. De ondervraagde twintigers gaven aan dat de wereld niet te redden is alleen. ‘Wie ben ik om te denken de wereld te kunnen redden?’, was een veelgehoorde uitspraak. Het idee dat de wereld als collectief misschien wel te redden is, komt bij de twintiger van nu niet op. Want daar gaat het niet om. Zie de twintiger vooral niet als lid van een generatie. Wij zijn de generatie IK.

Welvaarts in de war
De dames mochten hun boek promoten bij het radio 1 programma Dit is de Dag. Thijs van den Brink stelde kritische vragen. ‘Zijn de twintigers niet een beetje welvaarts in de war?’ vroeg Thijs.
Birte Schohaus antwoordde (met een beminnelijk Duits accent, maar dit terzijde): ‘Het ligt er maar aan waarmee je het vergelijkt. In vergelijking met Afghanistan is veel meteen een luxeprobleem.’
Ik vond dat een schattig antwoord. Birte is met haar tijd meegegaan. Niet Afrika is ons referentiekader van zielig, maar de Islamitische wereld.
Marijke de Vries gaf ook antwoord. Want zo werkt dat met twintigers. Al treed je samen op, je hebt je eigen antwoord.
“Doe wat je leuk vindt, kind, als jij maar gelukkig bent.’ Als je op die manier geprogrammeerd bent is dat heel ingewikkeld. Zeker als het nu crisis is.’

Het leven is saai
Samengevat ziet het er voor ons twintigers somber uit. We moesten onszelf ontplooien, maar we hebben geen idee wat we met onszelf aanmoeten. We zijn achter het grote geheim van het leven: het leven is een saaie aangelegenheid. Als we onszelf hadden vermoeid met nog saaiere aangelegenheden, zoals een geestdodende kantoorbaan, hadden we dat niet gemerkt. Maar omdat we op zoek zijn gegaan naar onszelf, en enkel nog willen doen wat ons gelukkig maakt, zijn we er nu achter dat er maar weinig aspecten in het leven ons echt gelukkig maken. De generatie vóór ons heeft ons niet alleen in een financiële crisis gestort, maar vooral in een existentiële crisis.

Kansen
Maar zoals een echte twintiger betaamt zie ik hier een kans. Voor de farmaceutische industrie. En voor de drank– en sigarettenproducenten. Voor de drugshandel. Nu de twintigers weten dat ze in de shit zitten, zijn er twee opties. De makkelijke weg, de weg van negatie: Prozac. Of als je echt een hardleerse softie bent: zelfhulpliteratuur.
Of de weg van de zelfontplooiende, originele twintiger die zijn klassiekers kent: als een ster ten onder gaan. Ouder dan 27 hoeft hij niet te worden. De generatie IK zal glorieus de boeken in gaan.