Spring naar de content

Ietwat gênante bekentenis: ik houd van Anthony Lurling

Mijn liefde voor Anthony Lurling groeit al jaren gestaag. Ik vind hem een van de fijnste voetballers van de Eredivisie.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Frank Heinen

Als het niet zo’n afschuwelijk oudbakken cliche-uitdrukking was, zou ik zeggen: een pingeldoos.
Maar dat is hij dus wel, Anthony.
Dat vinden ze in Breda trouwens ook. Daar noemen ze hem de ‘Messi van Breda’.
(Zo ben ik de Messi van een bepaalde straat in het centrum Utrecht, maar ook de Federer, en de John Coetzee. Mijn vriendin is de Ferran Adria van diezelfde straat, en de Doutzen Kroes).

Maar goed, het is natuurlijk wel een compliment, ‘Messi van Breda’.
Wat ik ook heel erg aangenaam vind aan Anthony Lurling, is dat hij overal in Nederland gehaat wordt. Waarom weet niemand, maar in ieder vijandelijk stadion is hij aan de buurt.
Supporters van de tegenpartij zingen zonder uitzondering over Anthony’s moeder en haar beroepskeuze, zelfs als ze daar het fijne niet van weten.
Met iedere ‘Je moeder is een hoer’ word ik een klein beetje meer fan van Anthony.
En sinds het filmpje “Irma bedankt en Lurling in de Bea” is mijn laatste twijfel verdwenen.

Irma en Anthony
Het is een schokkerig filmpje van een supportersavond, eind vorig seizoen. Op het podium staat een omvangrijke kerel met asblond haar dat als gordijntjes langs zijn gezicht hangt.
Eerst wordt Irma op het podium gevraagd.
‘Die tapt al jaren alle pilskes voor jullie!’
De man met de gordijntjes vraagt een daverend, spetterend applaus voor Irma.
Dat komt er niet. Een paar goedwillende fans zetten “Irma bedankt, Irma bedankt!” in, maar het komt niet van de grond.
‘KUS!’ roept de man met de gordijntjes.
Hij krijgt een kus.
‘Dat bedoel ik,’ zegt hij.

Dan is het tijd voor Anthony.
‘En dan staat hier zomaar de Messi van Breda: ENTUNNIE LURLIHIHING!’
De fans breken bijkans de Bea af.
‘Hoe voel je je?’
‘Top,’ zegt Anthony.
‘Jij bent de wan end oonlie Messi van Breda,’ zegt de gordijnman.
Anthony knikt. Dat heeft hij intussen begrepen.
Daarna is het tijd voor de enige vraag waar iedereen een antwoord op wil.
‘Hoe groot is-ie na vandaag?’
Volgens Anthony hoeft zijn vrouw er alleen maar op te gaan zitten. En of hij de winnende gaat maken tegen Feyenoord, tijdens de laatste competitiewedstrijd?
Anthony legt uit dat hij zich wel een beetje moet inhouden in de Kuip, want als hij nog een gele pakt, is hij voor de eerste wedstrijd van het volgende seizoen geschorst.
Het woordje ‘inhouden’ kan rekenen op enig boe-geroep.
Daarop zet Anthony maar het liedje ‘Helemaal niets in Rotterdam’ in.
Gevolg: collectief enthousiasme.
Daarna wordt hij door een vrouw in het roze naar voren getrokken voor een foto en zet de DJ het clublied in.
“He! He! He! Hup N. A. C!”

Hekel aan kunstgras, liefde voor Anthony
Het is inmiddels het volgend seizoen. De eerste voetbalzondag.
Een kort berichtje op de voetbalsites: “Anthony Lurling begint uit eigen initiatief op de bank, omdat hij een hekel aan kunstgras heeft.”
Heeft-ie zich daarvoor ingehouden, in de Kuip?
Is dit nou een profvoetballer?
Wat een ei.
Als ik niet oppas, krijg ik nog een hekel aan de voetballer aan wie bijna iedereen al een hekel heeft.

In de tweede helft komt Anthony in het veld.
Hij heeft nog geen bal beroerd en de Cambuur-supporters beginnen al te zingen. Uit een paar honderd kelen klinkt het.
‘Lurling, Lurling, je moeder is een hoer!’
Sommige dingen veranderen nooit.
Anthony bakt er weinig van, deze zondag. Maakt niks uit: ik ben weer een beetje meer van ‘m gaan houden.