Heftig: kindertekeningen uit concentratiekampen
Op een typische kindertekening staat een lachende zon, een huis met een rokende, diagonale schoorsteen en een rood dak. De bewoners van het huis hebben harken als handen en voeten, en er vliegt een gigantische vlinder rond.
Het wereldbeeld van Joodse kinderen die in de Tweede Wereldoorlog in concentratiekampen zaten, moet een stuk minder rooskleurig zijn geweest. Hun tekeningen worden momenteel geëxposeerd in Island Cinema in het Noord-Engelse Lancashire en zullen van daaruit door Engeland trekken. Het Joods Museum in Praag leende de galerie veertig tekeningen uit van kinderen die in Theresienstadt vastzaten.
Twee koffers vol
Hoe ze bewaard zijn gebleven is een bijzonder verhaal. De Oostenrijkse Friedl Dicker-Brandeis, die in 1942 samen met haar man naar Theresienstadt werd gedeporteerd, gaf tekenles aan de kinderen in het kamp in de hoop dat ze zo beter met hun emoties om zouden kunnen gaan. Toen haar man in 1944 naar Auschwitz werd gestuurd, volgde ze vrijwillig op het eerstvolgende transport. Maar niet voordat ze twee koffers met 4500 tekeningen veilig onderbracht bij een kampgenoot. Van de ongeveer 660 kinderen die de tekeningen maakten, overleefden er 550 de oorlog niet. Ook Friedl Dicker-Brandeis stierf een jaar voor het einde van de oorlog in Birkenau. Haar man, Pavel, overleefde.
Getekend door Helga Weissova, die op haar veertiende werd bevrijd.
Getekend door Vilem Eisner, die op zijn dertiende overleed.
Getekend door Ruth Cechova, die op haar dertiende overleed.
Getekend door Malvina Lowova, die op haar twaalfde overleed.
Getekend door Pavel Sonnenschein, die op zijn dertiende overleed.
Tekeningen via BBC.
