Spring naar de content

IDFA: ‘Alive Inside’ verheerlijkt muziek als medicijn voor dementie

In 2012 circuleerde op het internet een wonderbaarlijke video van Henry, een 94-jarige Amerikaan met dementie. Henry brengt zijn tijd vegeterend door in een bejaardentehuis, en zo nu en dan krijgt hij bezoek van zijn dochters, die hij niet meer herkent. Zijn herinneringen zijn vervaagd. Totdat de zuster muziek afspeelt die Henry als jonge man luisterde. Henry ontwaakt. Hij danst, hij zingt, hij huilt, hij herinnert.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Kevin van Vliet

Henry is slechts één van de vele dementiepatiënten die met deze muziektherapie hun herinneringen heroveren en herbeleven. De wonderen worden verricht door de Amerikaan Dan Cohen, en zijn nonprofitorganisatie Music and Memory. De documentaire Alive Inside – die momenteel draait op het Internationaal Documentary Festival Amsterdam (IDFA) – is dan ook een loflied op zijn filantropische praktijk, waarmee hij naar verluidt zo’n 500 bejaardentehuizen bezocht.

Alive Inside portretteert Cohen als een ware profeet, met de muziektherapie als evangelie waarvan de effectiviteit onomstotelijk is. Regisseur Michael Rossato-Bennett onderricht de kijker gaandeweg over het effect van muzikale stimuli op onze hersenen, en hoe muziek Alzheimer en andere vormen van dementie de baas weet te blijven.

Maar de boodschap van Alive Inside is overdreven en behoeft nuance. De momenten waarin we dementerenden op hun kwetsbaarst zien, en we ze contact zien leggen met hun geliefden, ontroeren. Over de echtheid en schoonheid valt dan ook niet te twisten. Maar het is slechts een handvol praktijkvoorbeelden die een grootse conclusie dragen. Een conclusie die pretendeert revolutionair te zijn.

Rossato-Bennett schroomt ook niet om het complete Amerikaanse zorgsysteem in enkele minuten compleet met de grond gelijk te maken. Het zou geen ruimte bieden voor dergelijke therapie, in tegenstelling tot medicatie in pillenvorm waar de patiënt niet zelden te veel van zou krijgen toegediend. Het bejaardentehuis wordt afgeschilderd als een warenhuis, waar vegeterende oudjes hun naderende dood afwachten. De kritiek is te gemakkelijk, want ruimte voor wederhoor biedt Rossato-Bennett niet.

Alive Inside zou deze kritiek moeten ontzien, en de kijker meenemen in de levens van de patiënten. Want graag zouden we meer van de persoon achter de rimpels leren kennen. De manier waarop regisseur Rossato-Bennett hen portretteert is namelijk een gedegen: geestig, maar niet spottend. Natuurlijk zijn de veelal hulpeloze ouden van dagen ontdaan van hun onafhankelijkheid, vrijheid en soms ook hun waardigheid. Maar Rossato-Bennett schroomt niet om hun snibbige uitspattingen ongecensureerd vast te leggen, en een bejaarde man te volgen tijdens diens zoveelste ontsnappingspoging, in de volle overtuiging dat er buiten iemand op hem wacht en hij in een muziekband speelt.

Alive Inside is primair een kritiekloze ode aan Dan Cohen, en presenteert opgeblazen stellingen waarin vijftig iPods in een bejaardentehuis gelijk staan aan vijftig geredde levens. Muziek neemt Henry mee naar een bijzondere plek, maar als wij die plek niet te zien krijgen, de muziek stopt en Henry terugkeert naar zijn catatonische staat, dan weten we nog niet wie hij is.

‘Alive Inside’ is momenteel te zien op het Internationaal Documentary Festival Amsterdam (IDFA).