Spring naar de content

Recensie: Ben Lerner – Leaving the Atocha Station

Als je een echt goed boek leest, wil je bevriend zijn met de schrijver. Je wou dat je hem elk moment kon opbellen. Andere boeken lees je met bewondering, maar je voelt geen enkele behoefte om de schrijver te bellen, laat staan om vrienden te zijn.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Dries Muus

Dat blijft een van de mooiste, raakste inzichten uit The Catcher in the Rye (natuurlijk verwoordt Holden Caulfield het beter). En het gaat niet alleen op voor schrijvers, maar ook voor personages: je baalt dat de personages uit je favoriete boeken alleen op papier bestaan. Je weet zeker dat jullie anders beste vrienden, of misschien wel geliefden, waren geweest.

Ben Lerners debuutroman Leaving the Atocha Station verscheen in 2011. Zijn tweede roman, 22.04, werd dit jaar genoemd op verschillende eindejaarslijstjes. Het zou een roman zijn die speelt met bestaande verhaalconventies, die het fenomeen tijd onderzoekt, en de spanning tussen fictie en de werkelijkheid.
Even ademhalen.
Eerst maar eens beginnen met dat debuut.

Miezerige oplichter
De held van Leaving Atocha Station, Adam Gordon, is aanvankelijk niet iemand die je graag zou bellen. Je zou hem liever in zijn gezicht schreeuwen dat-ie eens normaal moet doen, kappen met al dat meta-gepeins over authenticiteit, projectie, en het actuele versus het virtuele, en dat-ie eerst maar eens fatsoenlijk Spaans moet leren.

Adam mag dankzij een prestigieuze beurs een jaar in Madrid werken. Hij is Amerikaan, dichter, waarschijnlijk bipolair. En hij is vooral een oplichter. Niet van het charmante soort – Adam is een miezerige oplichter. Uit sociale onbeholpenheid en vanwege zijn gebrekkige Spaans grijpt hij naar abstracte frasen over het wezen van de poëzie. De Madrilenen die Adam op sleeptouw nemen, verslijten zijn stiltes en zijn holle gelul voor diepzinnigheden.

Goede vriend
Naarmate Adam zich meer thuis begint te voelen in Madrid, en de taal beter leert beheersen, worden hij en zijn nogal cerebrale levenshouding een stuk beter te verdragen. Het helpt dat we hem in een sympathiek, invoelend gesprek zien met een Amerikaanse vriend – we begrijpen opeens dat Adams neuroses voor een groot deel te wijten zijn aan het leven in een vreemde omgeving. We kunnen vaker om hem lachen, als om een goede vriend, we kunnen meeleven met zijn woede, zijn vreugde en zijn verwarring.

Leaving the Atocha Station is soms inzichtelijk, soms ronduit irritant, maar de beste stukken zijn spannend, pijnlijk en erg komisch. Een bijzondere leeservaring, en al met al is Adam een gedenkwaardige hoofdpersoon. Maar zou je graag bevriend met hem zijn? Zou je hem graag opbellen? Mwah. Misschien. Maar dan alleen als Holden Caulfield in gesprek is.

Onderwerpen