Spring naar de content

Te mooi om waar te zijn: zomaar op de koffie bij president José Mujica van Uruguay

Het was zondagmiddag in Montevideo toen ik samen met mijn reisgenoot op zoek ging naar José Mujica, de Uruguayaanse president die liefkozend ‘Pepe’ wordt genoemd. We vroegen wat rond in winkels en op straat. Waar ie precies woonde en hoe we daar konden komen. Niemand leek raar op te kijken van ons idee. Er zouden wel vaker mensen op de bonnefooi bij hem op visite gaan. Het enige obstakel leek het feit dat het zomervakantie is in Uruguay. Misschien was ie wel de stad uit.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Carlijn Teeven

Toen José Mujica in 2009 werd verkozen als president van Uruguay, ging hij niet wonen in een groots paleis of enorme villa. In plaats daarvan wilde hij net zo leven als zijn volk. En dus levert hij negentig procent van zijn salaris in en woont hij in een klein boerderijtje aan de rand van de hoofdstad.

Hier kwamen de afgelopen jaren al heel wat mensen over de vloer. Journalisten, maar ook ‘normale’ burgers. Een Zweeds meisje uit ons hostel had een dag eerder nog met hem geluncht, omdat haar opa een oude vriend van Mujica bleek. Heel moeilijk moest het dus niet zijn, om hem de uit Nederland meegebrachte (inmiddels zwaar verkruimelde) stroopwafels te geven.

Het moest ergens in het oosten van de stad zijn, zo werd ons al snel verteld. De bus bracht ons in een halfuur naar een station bij de haven. Daar stapten we in een tweede bus richting Rincón del Cerro, de buurt waar Pepe woont. En toen gingen er geen bussen meer. Een taxichauffeur wist wel waar hij woont, zou ons wel even brengen. Na een kwartiertje hobbelen over een smal zandpad worden we tegengehouden door twee politiemannen: Mujica’s bewakers.

Zonder afspraak kunnen we hem onmogelijk ontmoeten, luidt de boodschap. Ook om het pakje stroopwafels af te geven, hebben we officiële toestemming nodig. In de verte zien we het boerderijtje van de president en zijn geliefde Volkswagen Kever. De was hangt te drogen. Even overweeg ik om keihard zijn naam te roepen. In plaats daarvan maak ik een foto en geef ik de stroopwafels aan de taxichauffeur.

Of we alsnog een afspraak wilden maken misschien? Nee. De beste 79-jarige man is nog maar een paar maanden president en de meeste mensen weten nu wel dat hij geen standaard invulling geeft aan zijn taak. Het plan was om te ontdekken wat er waar is van de mythe: kan iedereen zomaar even ‘buenos días’ komen zeggen? Nee dus. Hij is zonder twijfel een stuk gemakkelijker te benaderen dan zijn ambtsgenoten. Maar op een zondagmiddag onaangekondigd bij hem op de stoep staan, dat blijkt zelfs bij José Mujica toch echt te mooi om waar te zijn.