Spring naar de content

Waarom deze rechtszaak dé kentering kan betekenen in LHBT-rechten in Amerika

Mensenrechten blijven een heikele kwestie, ook in het ‘vrije’ Amerika. Leyth Jamal, die is geboren als man maar zichzelf als vrouw beschouwt, claimt ernstig te zijn gediscrimineerd tijdens haar werkzame periode bij het bedrijf Saks Fifth Avenue. Volgens Jamal werd ze verbaal misbruikt; ze was gedwongen het mannentoilet te gebruiken, kreeg te horen dat ze mannelijker op het werk moest verschijnen en werd uiteindelijk ontslagen. Dit alles, aldus Jamal, omdat ze een transseksueel is.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Fabienne Meijer

Verdeelde rechtspraak
Jamal heeft daarom een aanklacht ingediend tegen Saks Fifth Avenue, omdat volgens haar Title VII van de Civil Rights Act uit 1964 is geschonden. Title VII is de Amerikaanse wet voor gelijke behandeling, die discriminatie op het werk verbiedt. Omdat deze wet al geruime tijd bestaat, is het onduidelijk of deze ook opgaat voor transseksuele medewerkers; die worden niet expliciet genoemd. Elke regionale rechtbank interpreteert de wet op zijn eigen manier, waardoor er verdeeldheid ontstaat over het te voeren beleid. In Texas, waar het incident zich afspeelde, heeft de rechtbank nog geen uitspraak gedaan over een dergelijke zaak.

Hier maakt Saks Fifth Avenue gebruik van. Het bedrijf laat in een verklaring weten de aanklacht als ongegrond te beschouwen, omdat ‘het algemeen bekend is dat transseksuelen niet worden beschermd op grond van Title VII’. Daarnaast weigert het bedrijf de seksuele identiteit van Jamal te erkennen, door in zijn verklaring consequent te verwijzen naar ‘hem” in plaats van ‘haar’. Op 3 februari komt de zaak voor bij de federale rechtbank in Texas. De vraag is wat er nu gaat gebeuren. Kan Saks deze rechtszaak winnen?

Interessante zaak
De Nederlandse advocaat Prof. mr. Olav Haazen, werkzaam als advocaat in New York en hoogleraar in Leiden, noemt het een interessante zaak. “Op landelijk niveau is discriminatie binnen de overheid verboden per decreet van president Obama, maar dit geldt niet voor de particuliere sector. Bovendien verbieden slechts 18 van de 50 staten in Amerika discriminatie, en Texas valt daar niet onder.” Daarnaast is de wetgeving volgens Haazen niet duidelijk. Seksuele identiteit valt niet onder het discriminatieverbod in de Amerikaanse grondwet – en ook niet onder Title VII. Hierdoor kunnen de rechtbanken in de verschillende staten ook zulke verschillende oordelen uitspreken.

Toch wil dat niet zeggen dat Saks Fifth Avenue het gelijk aan zijn zijde krijgt. “Saks beroept zich op oude jurisprudentie,” aldus Haazen. “De trend gaat echter richting een algemeen verbod op discriminatie.” Haazen haalt een zaak uit 2008 aan, waarin een rechtbank in Washington D.C. besloot dat Title VII ook opging voor bekeerde gelovigen. De rechters trokken de lijn zelfs door en meenden dat ook mensen die van geslacht zijn veranderd eronder zouden moeten vallen.

Recente ontwikkelingen
Er zijn meer rechtszaken waar de uitspraak in het voordeel van de minderheidsgroepering uitviel. In 1989 besliste het Amerikaanse Hooggerechtshof (de Supreme Court) in de zaak Price Waterhouse v. Hopkins – waarin een vrouwelijke accountant werd verweten dat zij zich niet ‘vrouwelijk’ genoeg had gedragen – dat ongelijke behandeling op grond van seksuele stereotyperingen geldt als discriminatie. En in 2008 oordeelde de Texaanse federale rechtbank, dezelfde als waar de huidige zaak dient, dat ook de afwijzing van transseksuelen een stereotypering is die onder discriminatie valt.

Nog recenter, in 2011 en 2012, kwamen een federaal beroepscollege en het Amerikaanse College voor de Rechten van de Mens (de Equal Employment Opportunity Commission, oftewel EEOC) in afzonderlijke zaken (Glenn vs. Brumby resp. Macy v. Holder) tot diezelfde conclusie. Aangezien het EEOC bijzonder invloedrijk is, worden zijn interpretaties doorgaans overgenomen door rechters, maar zijn oordeel is uiteindelijk niet bindend.

Revolutionair
Er is dus veel nieuwe jurisprudentie die Jamal in het gelijk zou kunnen stellen, en de kans is aannemelijk dat dat ook gaat gebeuren. Haazen meent zelfs dat ze een boegbeeld zou kunnen worden voor de transgender-gemeenschap. “Als deze zaak tot het Hooggerechtshof komt, kan ze tot baanbrekende jurisprudentie leiden. Helemaal als we in ogenschouw nemen dat de uiterst conservatieve raadsheer Anthony Scalia in 1998 te kennen heeft gegeven dat de categorieën van het discriminatieverbod ruimer geïnterpreteerd moeten worden dan ze oorspronkelijk zijn opgesteld.”

Als het Hooggerechtshof transseksualiteit erkent als onderdeel van de discriminatiewet, zal deze uitspraak nationaal bindend zijn. Dit zou een revolutionaire ontwikkeling zijn in het zo conservatieve Amerika. “Er zit in ieder geval beweging in,” stelt Haazen. “Sinds een paar dagen loopt er een homohuwelijkzaak bij het Hooggerechtshof. Als het hof in die zaak bepaalt dat seksuele geaardheid onder het grondwettelijk discriminatieverbod valt, dan kan de zaak van Saks ervoor zorgen dat ook transseksuelen die bijzondere bescherming verleend wordt.” Opvallend is ook dat president Obama 21 januari de rechten van transgenders benoemde in zijn State of the Union speech. Dit zou een extra positieve wending kunnen geven aan de zaak.

Lef hebben
Ondertussen heeft Saks zichzelf in een lastige positie gemanoeuvreerd. De Human Rights Campaign, opsteller van de zogenaamde Corporate Equality Index, trok al eerder de hoge positie van Saks Fifth Avenue in naar aanleiding van deze zaak. “Saks zelf kan als enige roet in het eten gooien,” erkent Haazen. “Als het de rechtszaak opgeeft en die niet tot het Hooggerechtshof komt, kan er geen bindende uitspraak worden gedaan. Dan blijft dit geval als uitzondering gelden.” Vandaar ook, zo legt Haazen uit, dat de meeste mensen liever verder willen procederen.

Nu de Verenigde Staten eindelijk serieuze stappen ondernemen om het vaak moeizame verloop van anti-discriminatiewetgeving te bespoedigen, zou deze rechtszaak een keerpunt kunnen betekenen wat betreft de gelijke behandeling van de LHBT-gemeenschap in het land. Dat is goed nieuws voor de toch al zo kwetsbare minderheidsgroeperingen – ook in Nederland lopen homo’s en transseksuelen immers tegen discriminatie en geweld aan – die hierdoor net iets zekerder in hun schoenen komen te staan als het om hun rechten gaat.

Met dank aan Prof. mr. Olav Haazen voor het bieden van context en toelichting bij het begrijpen van de juridische achtergrond bij het schrijven van dit artikel.

Beeld: Paul Swansen