Spring naar de content

Gaat deze ‘perfusiekamer’ van het UMCG donororganen redden?

Het tekort aan donororganen is in Nederlandse ziekenhuizen al jaren een groot probleem. In ons land is het nog steeds zo geregeld dat alleen organen mogen worden gebruikt van iemand die ingeschreven staat in het donorregister: het zogenaamde ‘Nee, tenzij’-systeem.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Paul Geraedts

Onze zuiderburen hanteren de ‘Ja, tenzij’-regeling. Iedereen is in België in principe donor, mits er bezwaar tegen wordt gemaakt. In dat land zijn daarom twee keer zo veel orgaandonoren per miljoen inwoners beschikbaar als bij ons.

Nederland heeft het Belgische voorbeeld nog niet gevolgd, en de pogingen die in het verleden daartoe werden ondernomen, leidden veelal tot politiek gesteggel. Maar er zijn andere oplossingen voor het tekort aan orgaandonoren.

Een van die oplossingen is het beter bewaren van de organen, waardoor de transplantatie een grotere kans van slagen heeft. Dat is waar de zogenaamde orgaanperfusiekamer om de hoek komt kijken. In het Groningse Universitair Medisch Centrum (GUMC) werd vandaag zo’n perfusiekamer in gebruik genomen.

Perfusie betekent zo veel als doorspoelen, en dat is precies wat er gebeurt. Anders dan de gangbare ‘koelbox} waarin een orgaan kan worden geconserveerd, wordt het orgaan in de perfusiekamer voortdurend gespoeld met voedingsstoffen en zuurstof. Waar de koelbox slechts het afsterven van cellen probeert te remmen, gaat de perfusiekamer schade daadwerkelijk tegen.

Deze perfusiekamers zijn al langer beschikbaar, maar er was nog geen ziekenhuis dat er vier soorten organen (hart, longen, lever en nieren) kon onderbrengen. En dat maakt de orgaanperfusiekamer in het GUMC uniek. Dat de organen langer en in betere conditie bewaard kunnen worden, heeft een aantal voordelen.

Zo kunnen operaties beter worden gepland, waardoor een vermoeide chirurg niet meteen aan een nieuwe intensieve operatie hoeft te beginnen. Ook wordt het sterfproces van de organen aanzienlijk vertraagd, zodat er meer organen beschikbaar zijn. Artsen lopen immers niet meer het risico een onbruikbaar orgaan uit de koelbox te halen, en de patiënt heeft een grotere kans dat hij een goed functionerende long of nier krijgt. In Nederland worden per jaar bijvoorbeeld zeventig longtransplantaties verricht. Dankzij de perfusiekamer kunnen dat er tien tot twintig meer worden.

Het systeem lijkt al met al een uitkomst voor de Nederlandse orgaandonatie, maar het zal de lange wachtrijen voor de mensen die op een orgaan wachten niet veel korter maken. Daar is vooralsnog slecht séén oplossing voor. Bent u al geregistreerd?

Onderwerpen