Spring naar de content

Flikker op met je kast. Homofilie verklaard aan domoren

‘U bent toch van de verkeerde kant, doctorandus Van Amerongen? Of draagt u de Griekse beginselen enkel een warm hart toe?’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Arthur van Amerongen

Normaliter reageer ik altijd bijzonder ad rem op lezerspost maar nu moest ik toch even slikken. Mijn trouwe homofiele aanhang had verwacht dat ik slikken zou inkoppen met ‘als Gordon in de spermabank’ maar dit is een gewichtig onderwerp dat meer waardigheid verdient dan een flauw nichtengebbetje.

Om deze rubriek enig intellectueel en actueel cachet te geven, wil ik eerst even mijn bescheiden mening ventileren over de aanslag gisteren in Jeruzalem. Een of andere ultraorthodoxe jaloerse kastnicht prikte gisteren zes deelnemers van de Gay Pride het ziekenhuis in. De man had net tien jaar in de bajes gezeten voor een soortgelijk vergrijp. De vogelverschrikker is zo stuitend lelijk dat zijn medegedetineerden zich al die jaren niet één keer aan hem hebben vergrepen, hetgeen mijns inziens veel van ‘s mans woede verklaart, al ben ik natuurlijk Freud niet.

De VRT, de publieke omroep van Vlaanderstan, kopte onmiddellijk: radicale jood pleegt aanslag op zionistische holebi’s. U snapt waar ik heen wil: als de dader een mohammedaan was geweest, had de VRT gekopt: de zolang hij niet berecht is onschuldige dader, een eenzame wolf met een vuistdik psychiatrisch dossier, heeft gelukkig niets met de islam te maken al heet hij Mohammed Ibn Mohammed en brulde hij Allahoeakbar terwijl hij met de koran en een vlag van IS zwaaide.

Vaak wordt gedacht dat er in Jeruzalem geen sodemieter te beleven valt maar ik kan uit tweede hand berichten dat het tegendeel het geval is. Jacob de Haan schond menig Arabisch schapenhoedertje en in de jaren tachtig bevond zich in het hart van Jeruzalem de Q-bar, waar ik regelmatig kwam omdat ik er al dan niet toevallig om de hoek woonde. Voor de oudere lezers: het was een soort ranzige versie van de Madame Arthur in de Amsterdamse Warmoesstraat. Ik ben daar overigens eens knock-out geslagen door een bouwdoos van twee meter. Het geval beukte met haar microfoon in de vorm van een dildo op mijn hersenpan omdat ik haar uitvoering van I Will Survive grondig verpestte.

Vaste prik bij de Q-bar waren de ondeugende optredens van Dani & Shmuli, twee uitgemergelde schandknapen/broodpoten die de Chippendales nadeden en mij m’n dope aftroggelden. Eens was neo-liberaal Wim Kok op bezoek in Jeruzalem, met in zijn kielzog de crème de la crème van de Nederlandse parlementaire journalistiek. Ik woonde al geruime tijd in de eeuwige hoofdstad van het joodsche volk en hing de correspondent uit.

Ondanks mijn kennis van Jeruzalem wierp Max van Weezel, oprichter van de reclamevrije verzetskrant Vrij Nederland en in dier voege de nestor, zich op als natuurlijk leider van het gezelschap waarmee ik mij onder andere omstandigheden nooit mee zou willen afficheren, laat staan op straat vertonen. Max kende nog een Arabisch restaurant in Oost-Jeruzalem, de grootste tourist trap van de Levant, zoals ik al bescheiden had gefluisterd. Uiteindelijk moesten we 8000 nieuwe sjekels de man aftikken. Iedereen declareerde natuurlijk en ik was de enige die zijn eigen zuurverdiende centjes moest ophoesten. Gelukkig zat ik naast Kees Lunshof, de gevreesde adjunct van de Telegraaf (de vrede zij met hem) en die betaalde mijn rekening, op voorwaarde dat ik hem naar een of andere nichtenkit kon begeleiden. “Een ba’aya (‘no problem’ in het neo-joods), Ome Kees!’

Enfin, wij naar de Q-bar waggelen en wat er daar allemaal geschiedde, mag pas vijfentwintig jaar na mijn dood geopenbaard worden.

Overigens ben ik ook nog eens twee etmalen op stap geweest met Dana International, de winnares van het Songfestival 1998, met het onvergetelijke zionistische strijdlied Viva La Diva. Ook dat liep vreselijk uit de hand, zoals u reeds kon bevroeden. Opmerkelijk was dat Dana een soort combinatie van Herman Brood, Kim Holland en Nicky Nicole was maar zich wel strict aan de joodse spijswetten hield (zaad van goyim uitgezonderd).

Terzake nu: als ik een overtuigde nicht was, had homofiel Nederland dat allang geweten want ik ben niet zo’n breiend tiepje die in de kast zit te bibberen zoals truthola en gristengekkie Arie Boomsma. Ik positioneer mij liever als mannenman want mannen zijn nu eenmaal veel gezelliger dan vrouwen en dat zal iedereen moeten beamen. Qua male bonding moet u denken aan: rugby, dwergwerpen, binge drinking, wasabisnuiven, streetraces in nachtelijk Dronten, Huize Ria aan de Overtoom uitwonen en uit de bol gaan bij een concert van ZZ TOP.

Dat is weleens anders geweest hoor, want ook mijn homoseksualiteit ontluikte pas toen ik Albert Mol en Ronnie Tober op de treurbuis zag. Daarmee refereer ik aan het stereotiepe beeld van de homoseksueel zoals dat tot op heden wordt gekoesterd door de NPO. De Staatsomroep had deze week homoseksualiteit als thema en u raadt nooit wat ze uitzonden. Jawel: een documentaire over Abba, een documentaire over Madonna, de gierende nichtenfilm Priscilla, Queen of the Desert, een portret van Jacques d’Ancona, een zeer oude opname van Holiday on Ice in de Jaarbeurshal en een heel seizoen van een Cucumber, een Britse serie die refereert aan de penis in harde toestand.

De uiteindelijke reden van mij om me niet aan te melden bij de Nederlandse Vereniging voor Homofielen COC (nog los van het feit dat het COC agressieve potten toelaat) is dat die club (nota bene in 1946 opgericht als cultuur- en ontspanningscentrum Shakespeare) gay-iconen Albert Mol, Ronnie Tober en die kale knorrende Paul de Leeuw in de strijd werpt.

Is het u weleens opgevallen dat er geen enkel verschil meer is tussen Koningsdag, de Gay Pride en de Uitmarkt? De verbindende factor van deze uitwassen der mensheid is Paul de Leeuw, die al dan niet in een luier de boel aan elkaar zwetst. Ik geef hem (plus Ariette Boomsma en het leger inwisselbare Mediaparkpoten) dus de schuld van mijn heteroseksualiteit en dat is jammer voor homofiel Nederland. Anderzijds stel ik mij wel beschikbaar voor een huwelijk met een oudere heer van standing die goed in de slappe was zit en van honden houdt.

Ik wens u een fijne geejpereet toe.