Spring naar de content

Hoe ‘staatsbank’ ABN Amro de staat opnieuw een oor aannaait

‘Een fors bedrag’ en ‘een mooie bijdrage aan het duurzaam financieel herstel’. Maandag verscheen een persbericht waarin Vestia en ABN Amro een schikking meldden in het geschil over de tussen beide partijen afgesloten derivatencontracten. En bij de huidige directie van de woningcorporatie gaan alle remmen los. Dat is bizar, om niet te zeggen beschamend.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Jan Smit

ABN Amro betaalt Vestia 55 miljoen euro. Dat is nog geen 15 procent (!) van het geld dat de bank aan de woningcorporatie heeft verdiend door haar met deze hoogst speculatieve rentecontracten (derivaten) te overladen.

Vestia, de grootste woningcorporatie van ons land, ging in 2012 bijna aan het derivatendebacle ten onder. Samen met nog twaalf andere banken verkocht ABN Amro Vestia vanaf 2005 voor ruim 20 miljard euro aan derivaten. Deze transacties verliepen grotendeels via een een-tweetje tussen een onafhankelijke adviseur (Fifa Finance) en het hoofd financiën (treasurer) van Vestia. Fifa Finance ontving hiervoor van de banken liefst 30 miljoen euro aan provisie. Daarvan schoof de adviseur 10 miljoen euro door naar de treasurer. Beiden wacht hiervoor strafrechtelijk vervolging.

De derivaten brachten Vestia in grote financiële problemen. Slechts dankzij een schikking in juni 2012 met de banken voor een kleine 2 miljard euro bleef de corporatie overeind. Ruim een derde van dit bedrag is betaald door de gezamenlijke woningcorporaties, de rest door de staat.

Overigens visten de derivatenbanken in mei 2012 bijna achter het net toen het WSW, de onderlinge waarborgorganisatie voor woningcorporaties, hypotheek legde op alle bezittingen van Vestia. De banken waren des duivels. Bestuursvoorzitter Gerrit Zalm van ABN Amro belde persoonlijk met minister Spies van Binnenlandse Zaken en dreigde dat dit ‘voor ABN Amro en mogelijk ook voor andere banken in Nederland aanleiding zou zijn om ook aan andere corporaties dan aan Vestia geen krediet meer te verstrekken’.

Bij de schikking in juni 2012 is een voorbehoud gemaakt ten aanzien van eventuele vorderingen tussen Vestia en de banken. De woningcorporatie vindt dat de banken haar rentecontracten heeft verkocht die helemaal niet geschikt zijn voor een corporatie. Ook moeten de banken volgens Vestia hebben geweten dat de exclusieve verkoop via de tussenpersoon niet in de haak was.

Doorgaans betalen banken tussenpersonen alleen provisie voor het aanbrengen van nieuwe klanten. Vestia was een vaste klant van Fifa Finance; toch kreeg de tussenpersoon voor ieder contract betaald.

ABN Amro verkocht Vestia van 2005 tot eind 2011 voor 3,2 miljard euro aan derivaten. Een flink deel daarvan kreeg de bank dankzij de fusie met Fortis in 2008 in haar bezit. Door de dalende rente was de corporatie alleen al ABN Amro eind 2011 373 miljoen euro verschuldigd. De 55 miljoen euro steekt daarbij schriel af.

Vestia vindt dit bedrag wel aanvaardbaar. ‘Procedures voor de rechter zijn kostbaar, vergen veel doorlooptijd en de uitkomsten zijn lang niet altijd gewis’, aldus de directie in het persbericht.

Wie – de staat, de collega-corporaties – hoeveel krijgt van de 55 miljoen euro wordt pas op termijn bepaald.

Vestia overlegt ook met andere derivatenbanken over een mogelijke schikking.

Jan Smit is auteur van Het derivatendrama, een boek over de Vestia-affaire dat vorig jaar is verscheen bij uitgeverij Balans.