Spring naar de content

Deze Nederlandse bedrijven gaan knallen in 2017

Het belooft een mooi jaar te worden voor het Nederlandse bedrijfsleven, boordevol ambitieuze projecten op het gebied van innovatie, duurzaamheid en internationalisering. Van de volgende bedrijven mogen we vuurwerk verwachten in 2017:

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: De Redactie

Internationalisering: HEMA
De HEMA is typisch Nederlands. Toch wil de retailer over 10 jaar het merendeel van de omzet uit het buitenland halen. HEMA-topman Tjeerd Jegen zei onlangs dat hij internationale uitbreiding ziet als hét antwoord op de problemen in de detailhandel.
Want met meer winkels kun je op grotere schaal inkopen en gaat de prijs omlaag. Dit zou de enige manier zijn om de concurrentie aan te gaan met andere multinationals als Action, Ikea en Primark.
Expansie over de landsgrenzen is natuurlijk niet nieuw voor HEMA. Het bedrijf is al actief in België, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk, Spanje en Groot-Brittannië. Bij de presentatie van de meest recente kwartaalcijfers werd bekend dat HEMA het aantal filialen in die laatste vier landen verder wil uitbreiden.
In 2016 werden al diverse mijlpalen gevierd. Zo opende het vijftigste Franse HEMA-filiaal de deuren in Straatsburg. Aan ambitie ook hier geen gebrek: de komende drie jaar moeten er alleen al in Spanje 40 winkels bijkomen en het streven is zelfs om uiteindelijk 200 Spaanse HEMA’s te hebben.
Het internationale concept verschilt wel van de HEMA zoals wij die kennen. De buitenlandse winkels zijn bijvoorbeeld ingedeeld in ‘werelden’ die gebaseerd zijn op het winkelgedrag van de consument. In Nederland en België loopt sinds vorig jaar een pilot met deze vernieuwde formule. Volgens Jegen zijn de eerste resultaten positief.
Na de testperiode beslist HEMA of het concept verder wordt uitgerold in Nederland, België en Luxemburg. Alles bij elkaar opgeteld ziet de toekomst van HEMA er rooskleurig uit. En dat is vooral te danken aan de expansiedrift, niet aan die oer-Hollandse rookworst.

Duurzaamheid: Eneco en NS
Bij duurzaamheid denk je misschien al snel aan start-ups. Op zich is dat begrijpelijk, maar Eneco en NS bewijzen met een nieuwe samenwerking dat ook grote bedrijven een flinke bijdrage kunnen leveren aan een duurzame en dus betere wereld.
Vanaf 1 januari 2017 rijden alle elektrische treinen van NS namelijk op 100 procent windenergie van Eneco. Dat is een wereldwijde primeur: treinreizigers in Nederland reizen als eersten ter wereld volledig op windstroom.
Veel duurzaamheidsprojecten zijn helaas slechts een druppel op een gloeiende plaat. Juist daarom is dit partnership goed nieuws; het heeft echt een enorme impact. Ga maar na: NS vervoert dagelijks 600.000 treinreizigers die bij elkaar 1,2 miljoen treinreizen maken. Per dag gaat het om 5200 ritten over 7000 km spoor.
De treinen van NS verbruiken op jaarbasis ongeveer 1.200.000.000 kWh elektriciteit. Dit staat gelijk aan het verbruik van 400.000 huishoudens. Dat zijn dus alle Amsterdamse huishoudens bij elkaar.
NS maakt hiervoor geen aanspraak op bestaande duurzame energiebronnen. De groene stroom die Eneco levert is uitsluitend afkomstig uit nieuwe windparken. De energie is dus direct herleidbaar naar de bron.
Voor sommige partijen is duurzame mobiliteit slechts een marketingpraatje, maar Eneco en NS voegen echt de daad bij het woord. Samen zetten deze Nederlandse bedrijven een grote stap om de CO2-uitstoot verder terug te dringen. Volledig in lijn met het klimaatakkoord, dat zo belangrijk is voor de toekomst van onze wereld.

Innovatie: Otly
Nederland heeft een uitstekend start-upklimaat. Zo staat ons land helemaal bovenaan The Startup Nation Scoreboard, waarin alle landen van de Europese Unie worden beoordeeld op aspecten als het aanwezige talent en de toegang tot kapitaal.
De start-ups schieten hier dan ook als paddenstoelen uit de grond. Natuurlijk is succes niet voor ieder bedrijf weggelegd, maar Nederland blijkt wel degelijk een vruchtbare voedingsbodem voor innovatie.
Een mooi voorbeeld is de zakgeld-app Otly. Ouders kunnen met Otly hun kroost belonen voor klusjes. Hun kinderen hebben een eigen versie van de app die ze laat zien hoeveel geld ze gespaard hebben. Aan de hand van spaarpotjes wordt kinderen duidelijk gemaakt dat er geen eindeloze voorraad geld is en dat je het maar één keer kunt uitgeven.
Het doel hiervan is kinderen met geld leren omgaan. Otly werd in augustus na een pitch met 4000 deelnemers als een van de vier winnende start-ups aangewezen door Uber. Het technologiebedrijf beloonde deze prestatie met een investering.