Spring naar de content

De draaideurshopper is zelf verantwoordelijk voor milieu

Allicht ben u niet bekend met value retailing. Was ik tot het interview met Action-directeur Sander van der Laan afgelopen week in De Telegraaf ook niet. De term komt uit het retailiaans en betekent iets als ‘inferieure producten zo goedkoop aanbieden dat consumenten kwantiteit boven kwaliteit zullen verkiezen’. En value retailing is, ook na de crisis, hot.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Tim Jansen

Bij Primark koop je kleding voor een grijpstuiver, met Easyjet of Ryanair vlieg je voor een paar tientjes Europa door en bij de Action kunt u terecht voor spotgoedkope huishoudelijke artikelen en prullaria. Nu zijn winkelketens met goedkope producten niet nieuw. Zeeman en Wibra zijn bekende voorbeelden uit een eerder tijdperk, maar met een belangrijk verschil. In die winkels wilde je liever niet gezien worden.

De tekst gaat hieronder verder.

Ze waren discounters voor consumenten met een kleine beurs en hun producten waren alles behalve hip. Primark en Action daarentegen zijn knuffelketens van grote groepen Nederlanders uit alle bevolkingslagen. De chique term ‘value retailing’ dekt in die zin beter de lading dan ‘discounter’ of ‘low budget winkel’.

De lage prijzen roepen vaak vragen op. Zijn de arbeidsomstandigheden van de mensen die de producten vervaardigen goed? Worden er geen kinderhandjes ingezet? Worden de producten met respect voor het milieu gemaakt? De bedrijven zelf claimen zich natuurlijk netjes te gedragen. Dergelijke vragen hebben vaak betrekking op het product zelf. Is het t-shirt of sauspistool eerlijk gemaakt?

Minder vaak gaat het over de invloed van lage prijzen op het koopgedrag van de consument. Door lage prijzen kopen consumenten meer spullen die ze niet per se nodig hebben. Staat een t-shirtje toch niet zo leuk? Hop, de prullenbak in, kostte slechts €5. Zijn bedrijven die klanten producten van mindere kwaliteit aanbieden om die klant vaker terug te laten komen verantwoordelijk voor de impact op het milieu of moet de consument daar maar rekening mee houden?

De verantwoordelijkheid ligt bij de klant

Bij Action zijn ze er in ieder geval uit. U, de consument, bent verantwoordelijk. Van der Laan geeft toe dat Action geen ‘Rolls Royce-kwaliteit’ biedt, maar zegt dat de kwaliteit ook niet aan de onderkant van de markt zit. Kortom, uw Action-prullaria moet best even meekunnen. Van der Laan weet alleen dat mensen daar niet naar handelen. ‘Het is waarschijnlijk wel zo dat de kans dat je een kwast van €1,29 keurig in een pot terpentine zet, kleiner is dan als je er €24 voor hebt betaald.’

Zijn bedrijf verzorgt slechts de randvoorwaarden voor de wegwerpeconomie, de klant creëert met zijn gemakzuchtige gedrag. Action koopt zo groot mogelijk in om prijzen extreem laag te houden en zet elke week 150 tot 200 nieuwe producten in de schappen om het ‘verrassingseffect’ voor klanten zo hoog mogelijk te houden.

Anders gezegd: het hele businessmodel is erop ingericht om van u een draaideurshopper te maken die wekelijks speurt naar nieuwe snuisterijen. En slagen ze daarin dan roepen ze ‘gewoon voorzien in de behoefte van klanten’. Mocht deze klant een beter milieu tot zijn ‘values’ rekenen dan moet hij maar zuiniger zijn op de Action-spullen of minder kopen.

En anders elders op zoek naar Rolls Royce-kwaliteit. De keuze is aan u, wil de Action maar zeggen.