Spring naar de content

Het zieke systeem

Het Amerikaanse zorgstelsel móet worden hervormd. Maar Obama’s plannen voor een gemeenschappelijke verzekering worden afgedaan als nazi-praktijken. Wat nu? door Jet Mok

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Redactie

Het werd de hete zomer die zijn tegenstanders hadden beloofd. President Obama werd uitgemaakt voor Hitler, zijn aanhangers voor nazi’s. Angstige burgers scholden hun vertegenwoordigers de huid vol, stuurden dreigbrieven en namen wapens mee naar openbare discussies. De Republikeinse senator Jim DeMint uit South Carolina zei dat Amerika nu op het punt is waar Duitsland was in de jaren dertig.

Aanleiding voor de ophef zijn Obama’s plannen om de gezondheidszorg te hervormen. Want die is te duur, te inefficiënt en te asociaal. Anders dan in Nederland ben je als Amerikaans burger niet verplicht verzekerd. Zodoende lopen er tussen de 35 en 45 miljoen Amerikanen zonder verzekering rond (op een bevolking van ruim 300 miljoen). Pas als het echt niet anders kan, meld je je als onverzekerde bij de eerste hulp. En dan zijn er de schrijnende verhalen over wel verzekerde Amerikanen met verzekeraars die weigeren uit te keren, met faillissementen en doden tot gevolg. Maandelijks betalen verzekerde Amerikanen gemiddeld 400 dollar per persoon en ruim 1000 dollar voor een gezin aan premie. De uitgaven aan gezondheidszorg bedragen in de VS zestien procent van het bruto nationaal product – nergens is dat meer. In Nederland zitten we net onder de tien procent. Als er niet wordt ingegrepen, loopt dit percentage in de komende vijftien jaar, als de babyboomers met pensioen zijn, op tot een monsterachtige 25 procent. En dan sterven er jaarlijks zo’n 200.000 Amerikanen in ziekenhuizen door infecties of verkeerde behandelingen. Qua gezondheidszorg lijken de Verenigde Staten een derdewereldland. Grond voor de veranderingen die Obama wil, is er wel.


Toch blijkt uit een recente opiniepeiling van The Wall Street Journal dat 45 procent van de Amerikanen na de ‘hete zomer’ gelooft dat er death panels zijn. Comités dus die beslissen of ‘oma’ maar beter kan worden afgemaakt, of bepalen in hoeverre een pasgeborene met het syndroom van Down recht op leven heeft. Ook lastig voor Obama: hoogstens de helft van alle Amerikanen denkt nu dat hervormingen van het zorgstelsel nodig zijn – aan het begin van de zomer was dat nog ruim zeventig procent. Bovendien zijn de plannen duur. Het Congres raamt de kosten van de hervorming op ongeveer 1000 miljard dollar in tien jaar. En dan stierf vorige week ook nog senator Ted Kennedy, de gezichtsbepalende voorvechter van hervormingen van het bestaande zorgstelsel. Ook praktisch gezien is zijn dood een tegenslag voor de president. De Democraten hebben in de Senaat nu nog maar 59 stemmen – precies één te weinig voor de absolute meerderheid die nodig is om wetgeving zonder problemen door dit onderdeel van het Amerikaanse Congres te loodsen. Een nieuwe senator wordt normaal gesproken pas na een aantal maanden benoemd. Dat zou begin volgend jaar betekenen, en zo lang wil Obama niet wachten.

Ik zit met een Amerikaanse vriend te eten bij een lokale Chinees in Washington DC en hij vraagt hoelang ik in Nederland gemiddeld moet wachten voor ik mijn huisarts kan spreken. Van een inloopspreekuur heeft hij nog nooit gehoord. Hij moet weken wachten, vertelt hij, en krijgt dan meestal alleen een verpleegster te zien. Als ik hem vertel van mijn longontsteking op Paaszondag eerder dit jaar, de arts die ik direct kon zien, de antibiotica die ik meteen meekreeg en het feit dat ik ter plekke geen cent hoefde te betalen, zucht hij diep: “Waarom vechten wij dan tegen hervormingen?”


Rush Limbaugh heeft daar wel een antwoord op: “You don’t compromise with socialists.” Limbaugh is de oerconservatieve talkshowhost die zich samen met andere conservatieve bekendheden als Glenn Beck en Sean Hannity met hand en tand verzet tegen een vernieuwd zorgstelsel. Limbaugh en de zijnen halen ‘socialistische’ landen als Canada, Frankrijk en Nederland aan als voorbeelden van zorgstelsels die niet werken. Met name de lange wachttijden en bureaucratie worden genoemd.

Het is een extreem gepolariseerd en emotioneel debat. Voorstanders zien betaalbare gezondheidszorg voor iedereen steeds onbereikbaarder worden, en de grote leider lijkt geen antwoord te hebben op de bizarre aantijgingen. Ontkent Obama het bestaan van death panels, dan roept Limbaugh dat het ‘in elk geval geen levenspanels zijn’, voor zover hij weet. Gezondheidszorg kost per Amerikaan bijna twee keer zoveel als per Nederlander. Dat alleen zou voor een samenleving die het kapitalisme aanbidt toch genoeg moeten zijn voor de nodige aanpassingen?

Maar redelijke argumenten lijken niet te tellen. Veel Amerikanen voelen zich in hun persoonlijke vrijheid om hun eigen keuzes te maken, aangetast, en achten dat nóg belangrijker dan geld. “Ik kies ervoor om de helft van mijn salaris uit te geven aan gezondheidszorg,” zei een luisteraar tegen Rush Limbaugh. “Moet ik ook nog eens gaan betalen voor mensen die beslissen om dat niet te doen?”

Een net zo hard werkende Democraat als luchtverkeersleider Michael Barnes wordt woedend van dit soort denkwijzen. “Ze denken alleen maar aan zichzelf. Een goede verzekering dekt iedereen, maar je weet nooit of jij degene zal zijn die er gebruik van maakt, en dat willen de tegenstanders dus niet. Ze geven niet om anderen. Zolang zijzelf maar goed verzekerd zijn.” Barnes foetert nog even door: “Obama wil het zo graag samen doen met de Republikeinen, maar waarom? De president wilde zelfs onderhandelen over de universele verzekering. En wat doen de Republikeinen? Niks! Ram het ze dan maar gewoon door de strot.”


Een medewerkster van een Democratisch Congreslid krijgt dagelijks tientallen bezorgde burgers aan de lijn. “Het zijn vooral mensen die geen nieuw zorgsys-teem willen. Ik word een paar keer per dag uitgescholden of een nazi genoemd.” Ze haalt gefrustreerd haar schouders op over zo veel woede en onwetendheid. “We kregen zelfs een brief van een vijftienjarige jongen die niet wil dat we zijn oma vermoorden. Wat moet ik daar op antwoorden?” De medewerkster, die anoniem wil blijven omdat ze officieel niet mag spreken, wijt de frustratie grotendeels aan de periode voor de verkiezingen. “Er hing een sfeer van hoop rondom Barack Obama. Veel conservatieve mensen stemden voor de verandering eens op een Democraat. En nu lijkt het wel of de Republikeinen hen daarvoor straffen door hel en verdoemenis te preken. Deze mensen zijn doodsbang dat zij door hun stem persoonlijk verantwoordelijk zijn voor de euthanasie op ouderen en de verplichte abortus bij jongeren.”

Het was dus geen goede zomer voor de president. Nog maar nauwelijks de helft van de Amerikanen staat achter hem, ruim tien procent minder dan in juni; scheldpartijen en valse informatie overheersen het debat, de ondertoon op tv-zender Fox is racistisch, en toen stierf ook nog vriend en meevechter Ted Kennedy. Obama gelooft echter nog steeds dat hij voor 2010 een nieuw zorgstelsel door de Senaat kan loodsen, desnoods zonder de hulp van de Republikeinse partij. Eén ding is zeker: op deze hete zomer volgt een zinderende herfst.