Spring naar de content

Grootste Amsterdammer aller tijden wellicht geen Amsterdammer

Nog tot en met vrijdag kunt u meedoen aan de door De Telegraaf en Sp!ts georganiseerde [[popup file=”2009-11/unknown.jpeg” description=”verkiezing” align=”inline” ]] van de grootste Amsterdammer aller tijden. Maar van de tien genomineerde kanshebbers zijn er slechts drie in Mokum geboren.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Roelof Bouwman

Amsterdam viert deze week zijn 734ste verjaardag. Voor De Telegraaf en Sp!ts was dat reden om de stad te verrassen met een cadeautje: de verkiezing van de grootste Amsterdammer aller tijden. Op een speciaal internetadres worden de stemmen verzameld en gerangschikt, met medewerking van de gemeentelijke dienst Onderzoek en Statistiek.

Een mooi idee, zo op het eerste gezicht. Maar welke criteria gebruiken de organisatoren? In elk geval hoeft een grote Amsterdammer niet in Amsterdam geboren te zijn. Sterker nog: van de tien kanshebbers voor de titel die op de site worden genoemd, zagen alleen Johan Cruijff, Willy Alberti en André Hazes in Mokum het levenslicht. De andere zeven gegadigden werden elders geboren: in Utrecht (majoor Bosshardt), Lage Vuursche (Fanny Blankers-Koen), Den Haag (Theo van Gogh), Leiden (Rembrandt), Vlissingen (Floor Wibaut), Haarlem (Job Cohen) of zelfs Frankfurt (Anne Frank). Waarom ze dan toch mee mogen doen? Omdat, zo meldt de site, ‘iedereen gekozen kan worden die in Amsterdam heeft gewerkt of gewoond of dat nu nog doet en wat heeft betekend voor de stad’.

Dat klinkt natuurlijk heel fideel. Maar zou het niet ook een verkapte poging kunnen zijn om te verdonkeremanen dat maar betrekkelijk weinig grote Amsterdammers Amsterdamse roots hebben? Tien jaar geleden, in 1999, liep Het Parool al tegen hetzelfde probleem aan. Die krant organiseerde toen de verkiezing van de grootste Amsterdammer van de twintigste eeuw. Winnaar werd de in het Zeeuwse Kapelle geboren Annie M.G. Schmidt, op de voet gevolgd door Simon Carmiggelt, wiens wieg in Den Haag stond. In 2004, toen de KRO de verkiezing van de grootste Nederlander aller tijden organiseerde, bleek vervolgens dat geboren Amsterdammers ook in die categorie niet bepaald de boventoon voeren. Alleen Willem Drees, Johan Cruijff, Freddy Heineken en Baruch Spinoza eindigden bij de eerste dertig, een prestatie die (dankzij Christiaan Huygens, de koninginnen Juliana en Wilhelmina en het duo Van Kooten & De Bie) werd geëvenaard door Den Haag.

Onderwerpen