Spring naar de content

Condooms voor Afrika

Blijboom: “De Britse regering schenkt Zuid-Afrika 42 miljoen condooms als bijdrage om de verspreiding van hiv tegen te gaan, voor en tijdens het WK voetbal,” lees ik hier in The Guardian. Mag ik daar grappen over maken, meneer de hoofdredacteur, of zegt u: daar zijn andere bladen voor?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Redactie

Dijkgraaf: Goed onderwerp. Ik heb eens, namens Habitat for Humanity, huizen gebouwd in Zuid-Afrika. Daar, in de buurt van Durban, leefde men nog in de veronderstelling dat hiv-besmetting te voorkomen was door vooral goed voor te lezen uit de Bijbel en naar de kerk te gaan. Dan lijkt de methode van de Britse regering me een stuk effectiever dan die van die blijkbaar op wel heel onwetenschappelijke beginselen gegronde hulporganisatie. Of wil je grappen gaan maken over het libido van ‘onze jongens’? Dan zeg ik: laten we het liever over Vera Pauw hebben. Of over turnen.

Blijboom: Eh, nou nee, ik wilde eigenlijk zeggen dat ik voor me zie hoe dat vrachtschip daar aanmeert en hoe een Zuid-Afrikaanse boer die 42 miljoen condooms staat uit te laden. Met een hooivork.

Dijkgraaf: Fijn. Hoe zie jij de kansen van Yuri van Gelder op een succesvolle rentree?

Blijboom: Hij kan straks wedstrijden gaan winnen, maar niet met twee vingers in de neus!

Dijkgraaf: Heb jij een dvd van Marcel Verreck ter inspiratie opstaan of zo? Of is het Internationale Slechte Grappen Dag?

Blijboom: Dat was vorige week; ze noemden het alleen Vrouwendag. Nee, ik ben gewoon goedgemutst omdat het eindelijk is gaan dooien. Merk jij ook niet dat het voorjaar in de lucht hangt? Ruim baan voor de zomersporten! Wanneer is Alpe d’Huez?

Dijkgraaf: Ik merk zeker dat het voorjaar eraan komt. De zeekajaks liggen me alweer uitdagend aan te kijken in de schuur. Want koste wat kost wil ik daarin op 3 en 4 juli richting Zweden. Dan komt namelijk ‘s werelds grootste dopingcircus naar ons land. Sterker: naar míjn stad. De start van de Tour de France in Rotterdam, je moet wel echt een gaatje in je hoofd hebben om zoiets te verzinnen. Voor Mart Smeets lijkt het me ook niks. Zit-ie een beetje over la grande boucle en la douce France te lullen vanaf het terras van café ‘t Fust. Of vanuit de Après Skihut op de Lijnbaan. Waanzin!


Blijboom: O god ja, helemaal vergeten! En het erge is dat ze dan allemaal weer aanschuiven, daar in café ‘t Fust: de Zoetemelken, de Janssens en de Kuipers. “En dan heb jij die minimale voorsprong op Herman van Springel, Jan, en dan gaan we de laatste dag van de Tour in en wat gebeurt er dan? Daar zijn de beelden…” Want originaliteit is op die zwoele zomeravonden ver te zoeken. Zo’n Smeets zal nou nooit eens, ik noem maar wat, aan Henk Lubberding vragen wie destijds in de Posttrein de kaartjes knipte. Nee, clichés troef. Ik zie er als een berg tegen op – en dan heb ik het over een bult van de buitencategorie. Is er nog plaats in die kajak?

Dijkgraaf: Hou op, we willen Zweden hálen. Nog even over die wielrennerij. Jouw broer is toch wielerverslaggever bij De Telegraaf? Wil jij hem eens vragen of die Jan Janssen echt zo’n onaangenaam mens is?

Blijboom: En dan niet alleen onaangenaam omdat-ie honderdduizend keer hetzelfde verhaal vertelt bedoel je?

Dijkgraaf: Neuh. Arrogant. Narcistisch. Dat soort trekjes.

Blijboom: En daar hebben wij niks mee hè, met die karaktereigenschappen? Komt er deze week trouwens een beetje fatsoenlijke foto bij?

Dijkgraaf: Ik ben wel een keer met Tour de France-win- naar Luis Ocaña op de foto geweest. Maar dan sta jij er niet op.

Blijboom: En ik heb het 06-nummer van Joop Zoetemelk. Altijd handig, voor als we in de interviewsectie nog eens zes pagina’s functioneel wit willen hebben.

Dijkgraaf: Het is inderdaad Slechte Grappendag, merk ik. Heb je, in dat kader, nog iets héél vervelends over Mart Smeets te melden?

Blijboom: Ja, hij laat de Tourproloog voor wat die is en kruipt bij jou in de kajak. Zo, probeer dát beeld maar eens uit je gedachten te krijgen! Dan zak ik intussen af naar Afrika, voor een klusje.


Dijkgraaf: Wacht even, ik heb deze week nog geen verhaal van je!

Blijboom, van afstand: Klopt, ik heb de allerslechtste grap voor het laatst bewaard! Tot volgende week!