Spring naar de content

Zacht ei speelt het hard

Een paar weken terug signaleerden we zijn geruisloze opkomst. De opmars hield aan en nu is de VVD-leider geen outsider meer, maar premierskandidaat. Logische vraag: wie is Mark Rutte?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Redactie

Het klinkt wat bombastisch, maar het heeft er alle schijn van dat VVD-lijsttrekker Mark Rutte een nieuw soort dynamiek in de politiek heeft ontdekt. Waar een collega als Alexander Pechtold (D66) zich nog steeds, als een dolle bijna, voor camera’s dringt, kwesties opspeelt en, in één moeite door, steeds weer nieuwe berichten uit de media opwarmt tot halszaken waarmee hij zichzelf en zijn partij kan profileren, leunt Mark Rutte ogenschijnlijk geduldig achterover. In de peilingen van Maurice de Hond is hij ondertussen aan een gestage opmars bezig. Stilte plus stilte is zetelwinst, zo luidt de politieke natuurwet die Rutte, zo lijkt het, eigenhandig heeft ontdekt. Alsof hij heel gedisciplineerd bezig is een gevorderde cursus zenboeddhisme te volgen.

Om even op het kruispunt van politiek en natuurkunde te blijven: we weten dat onder extreme omstandigheden alles vloeibaar wordt. Niet alleen gaan de meest liederlijke EU-lidstaten nu, onder druk van de eurocrisis, ineens akkoord met stringente begrotingscontrole. De Nederlandse kiezer lijkt, in verband met diezelfde crisis, massaal zijn toevlucht te nemen tot een partij waarvan de voormalige minister van Financiën, Gerrit Zalm, met de hand op zijn hart kan beweren dat hij veel, zo niet alles, gedaan heeft om het huidige ramp- scenario te voorkomen. Niet zelden was Zalm de laatste lastpost in de Europese arena, die de financiële klemmen rond Grieken, Spanjaarden en Italianen strakker wilde aandraaien. Anders gezegd: de VVD staat bekend als een zuinige partij. En Mark Rutte mag, zonder zelf iets noemenswaardigs te presteren of presenteren, de oogst daarvan nu binnenharken.


Wie is Mark Rutte (43)? En wat kunnen we na de verkiezingen van hem verwachten? Om het vizier een beetje op scherp te zetten, is het wellicht handig een lange rij van liberale partijprominenten om te beginnen eens grofweg in twee typen op te delen: de blozende houwdegens en de bekakte diplomaten. Tot de eerste categorie behoren Hans Wiegel, Frits Bolkestein, Ed Nijpels, Ivo Opstelten en good old Henk Vonhoff. Het zijn lui die je met een gerust hart op een vliegtuig kunt zetten teneinde een slecht lopende fabriek in een ver land weer winstgevend te krijgen. Niet dat ze allemaal even slim en sociaal onderlegd zijn, maar als ze ergens binnenkomen, komt er zogezegd, hoe je het ook wendt of keert, ‘echt iemand binnen’. En gaan de mensen eromheen als vanzelf een stukje harder lopen. De manier waarop Ivo Opstelten Rotterdam jarenlang heeft ‘ingepakt’, mag als inspirerend voorbeeld dienen. Hoe hij scheldende burgers, buschauffeurs en trambestuurders wist te pacificeren, is symbolisch voor het archetype van de houwdegen: met de juiste basstem en een afgepast snufje chagrijn drong hij zijn onderdanen, zelfs bij zwakke speeches en gedesinteresseerde antwoorden, in de verdediging.

De andere categorie, die van de bekakte diplomaat, wordt het beste belichaamd door voormalige leiders als Joris Voorhoeve, Jozias van Aartsen en Hans Dijkstal. Zachtaardige jongens met een stevige aantrekkingskracht tijdens de late uurtjes van VVD-borrels, maar kwetsbaar in de confrontatie met de grote, boze buitenwereld. Tot die categorie behoort zeker ook Mark Rutte. Niet voor niets vertegenwoordigde hij in de lijsttrekkersverkiezingen van de partij in 2006, het partijestablishment tegenover de ‘volkse’ Rita Verdonk. Rutte zat nog net niet op schoot bij de machtige spinnen in het partijbureau, maar veel scheelde het niet. Intern was er grote onrust over wat een overwinning van Verdonk voor aardverschuiving teweeg zou kunnen brengen.


Rutte toonde zich in die gehypte tweestrijd van zijn degelijke en oppassende kant. Hij stond symbool voor de zittende macht. Terwijl Verdonk het ene na het andere wilde voorstel afvuurde, herinnerde Rutte steeds aan de onaangename consequenties die eraan verbonden waren. Na een zoveelste heupschot van Verdonk, ditmaal over verlaging van de hoogste belastingschaal van 52 naar 48 procent, pareerde Rutte vrijwel gelijktijdig met het financiële effect: “632 miljoen euro, Rita.”

Nee, mocht Rutte straks premier worden, dan krijgen we een zoveelste roerganger in het Torentje die, qua avonturierschap, nog niet eens de schoenen van Nicolas Sarkozy of Silvio Berlusconi mag poetsen. Sterker: Rutte is een uiterst behoudende en betrouwbare kerel. Volgens JOVD-makker van het eerste uur Jort Kelder loopt er een rechte lijn van Ruttes jeugd in de stijve, Haagse wijk Benoordenhout naar diens huidige levensstijl. “Mark is niet van het snelle geld, geen stenenschuiver, geen makelaar. Rutte leeft niet op bij de brom van een V8, drinkt geen breezers en doet niet aan downloaden maar leest liever een boek of beroert de toetsen van zijn piano. Hij gaat niet naar Saint-Tropez of Marbella, maar drinkt muntthee in de serre van Hotel Falken te Wengen, gaat op bedevaart naar het Lübeck van Thomas Mann of bezoekt het huis op de Upper East Side van wijlen Vladimir Horowitz. Rutte is een romanticus.”

Ook Ruttes liberalisme is romantisch van aard. Het gaat over dromen die werkelijkheid worden, over ambities die tegen alle verwachtingen in toch weer boven komen drijven, over, inderdaad, de krantenjongen die het uiteindelijk tot miljonair brengt (“In dit land moet je, vind ik, alle ruimte krijgen als je iets van je leven wilt maken”). In deze optimistische variant van het liberalisme en ook in zijn Benoordenhoutse fatsoen zit dan ook weinig, of zelfs helemaal geen dedain voor de zwakkeren. Waar andere conservatieven dikwijls op de lijn ‘eigen schuld, dikke bult’ uitkomen, staat Rutte in de traditie van een weliswaar beperkte, maar menswaardige zorg voor de minderbedeelden. Als vertolker van snoeiharde taal over bezuinigingen komt hij dan ook onwennig en ongeloofwaardig over. Maar hij speelt het spel nu even mee. Hij weet dat er massa’s kiezers bij het CDA en de PVV zijn weg te halen en, gek genoeg, met dezelfde strategie: duidelijkheid bieden! Als het even kan zet hij het CDA de pin op de neus. Vorige week noemde hij hun verkiezingsprogramma denigrerend ‘een folder’. En van de andere kant neemt hij de PVV in de tang door haar als een linkse partij neer te zetten met ‘onbetaalbare standpunten over sociale zekerheid die Roemer-achtig aandoen’.


Kortom, Rutte doet nu heel erg zijn best Mister Tough Guy te spelen. Overal waar hij verschijnt, verkondigt hij de hardvochtige maatregelen – verkocht als ‘hoogstnoodzakelijk’ en ‘onvermijdelijk’. Het is, nogmaals, niet zijn natuurlijke stijl, maar het lijkt er sterk op dat het perskorps dermate geobsedeerd is door de demon op de rechterflank, Wilders, dat ‘fatsoensmens Rutte’ er nu relatief makkelijk tussendoor glipt. Niemand die echt een serieuze poging doet sentimentele huilverhalen over bezuinigingen in de gezondheidszorg en de ouderenzorg te schetsen en die, op pijnlijke wijze, tegen de krachtige saneerder Rutte aan te houden. Zonder dat hij er iets voor hoeft te doen, wordt hij met rust gelaten. In zijn door en door voorspelbare VVD-zuinigheid is Mark Rutte ‘geen nieuws’ voor de media: hij doet niet aan een nieuw Nederland, zoals Job Cohen, maar levert een opgeglansd en competitiever Nederland af voor tientallen miljarden minder. Degelijk, vastbesloten, zonder spektakel.

Maar laten we ook niet vergeten dat mensen op latere leeftijd kunnen groeien. De VVD-leider zou naast Wim de Bie, de ‘Nationale Mental Coach’ van dit jaar, een prachtige ambassadeur kunnen zijn voor de coachingsbranche in Nederland. U weet wel, de mensen die je doen geloven dat je ‘aan jezelf kunt werken’ en dan ‘een nieuwe start’ kunt maken, waarna je meer verdient, beter in je vel zit en meer van de omgeving gaat houden. Er is ontegenzeggelijk een wereld van verschil tussen de schichtige Rutte ten tijde van het moddergevecht tegen Rita Verdonk, de Rutte met angst in de ogen, de Rutte die zenuwachtig in zijn broekzakken kneep om toch vooral gezag uit te stralen, en de huidige, veel meer ontspannen Rutte.


Daarnaast heeft hij zich handig meester gemaakt van de altijd aantrekkelijke metafoor van de bevrijding. De Nederlandse overheid is in zijn woorden ‘een juk’ en te veel ‘een blok aan het been’ geworden. Daarmee vertolkt hij een in brede kring knagend levensgevoel: dat je als goedwillende burger eerder tegen- dan medewerking van de staat te verwachten hebt. Rutte: “De overheid moet een beetje terug in haar hok. Ze is zich sluipenderwijs met veel te veel dingen gaan bemoeien en ligt als een moltondeken over alles heen. Daar willen we van af.”

En dan het toch wel geharnaste VVD-geluid richting zogenaamde ‘kansloze immigranten’. Is Rutte daar dan niet kwetsbaar? Zou dat geen punt zijn waarop hij onderuit te halen is? Ook daar opereert hij gewiekst. Doorgaans weet Rutte het menselijke drama weg te plakken achter een studiereis naar Denemarken, alwaar hij gezien heeft hoe, in zijn ogen, ‘succesvol’ het restrictieve beleid van de regering-Rasmussen heeft gewerkt. Zo’n benadering zou hij graag ook in Nederland zien. Het is een prachtig voorbeeld van de manier waarop Rutte een strik weet te leggen om de gure achterafsteegjes van het VVD-programma. Want wie kan er nou iets tegen Denemarken hebben? Dat kneuterige Legoland, waar op elke straathoek een sociaal geëngageerde thrillerschrijver lijkt te wonen?

Hoelang de kek verpakte hardvochtigheid van Rutte nog duurt? Om precies te zijn: tot en met 9 juni. Als de VVD dan de grootste is, of in ieder geval een fors aantal zetels heeft gewonnen (en wie twijfelt daar nog aan?), zal Rutte verbazingwekkend snel in gesprek gaan met de schrijver van de ‘lange zelfmoordbrief’, Job Cohen. Want Rutte is geen man van de confrontatie. Achter de verkiezingsretoriek zit geen strijder, maar inderdaad, een studentikoze romanticus. Een man die in de JOVD al als bruggenbouwer gold en met alle facties in de jongerenclub door één deur kon. Hoewel er in de laatste fase van de verkiezingsstrijd nog een schijntegenstelling wordt opgehouden tussen het ‘bij elkaar houden’ van Cohen en het ‘in beweging krijgen’ van Rutte, hoef je geen helderziende te zijn om te concluderen dat die twee motto’s elkaar wonderwel aanvullen. Wat is er logischer dan dat wij, kiezers, straks door Cohen worden gerustgesteld om vervolgens door Rutte in beweging te worden gezet? Is dat niet de ideale dubbelslag waarnaar we ten diepste verlangen? Rustige ambitie? Woelige kalmte? Wij zijn er als kiezers schizofreen genoeg voor.


Eén ding staat als een paal boven water: er is lange tijd geen VVD-leider imagotechnisch en karakterologisch zo geschikt geweest voor samenwerking met links. Zet Rutte voor een windmolen en er is niemand die een stijlbreuk ervaart. Laat hem een avondje borrelen met Diederik Samsom en de twee komen met rode konen en een vette glimlach het café uit gerold. In 2008 haalde Rutte heel wat pers met een zogenaamd ‘Groen Rechts’-pamflet, waarmee hij een nieuw, blij milieubeleid aan de man poogde te brengen. Kerngedachte: niet te veel somberen over het milieu, want je kunt er geld mee verdienen! Laat Nederland vooroplopen bij het ontwikkelen van hippe, groene technologie! Rutte is werkelijk de ideale man om met de duimen omhoog een groep enthousiaste studenten uit Twente, Delft of Eindhoven succes te wensen bij het ontwikkelen van groenere auto’s en vliegtuigen. Dat het verkiezingsprogramma van de VVD bij een recente toets als één van de minst milieuvriendelijke uit de bus kwam, zal Rutte een biet wezen. De partijen waarmee hij na de verkiezingen het meest waarschijnlijk in gesprek gaat (PvdA, D66, GroenLinks), zullen die leemte vanzelf opvullen.

Tot slot nog even De Kwestie. Links en rechts krijgt Rutte steeds weer het advies aangereikt om Neelie Kroes of Ivo Opstelten te bellen. Zo zou de VVD een laatste, allesbeslissende sprong in de peilingen kunnen maken en Job Cohen definitief in de schaduw stellen. Maar bij elke minuut dat de campagne vordert, bij elk nieuw debat dat hij ingaat, bij elke aanval die hij te verduren krijgt, lijkt Mark Rutte als vanzelf naar zijn mogelijk nieuwe rol als premier toe te groeien. Waarom zou hij moeten terugvallen op oude mastodonten? Rutte kent zijn dossiers, heeft inmiddels een hechte thuisbasis opgebouwd in de partij en bezit de joviale eigenschappen om een fris kabinet straks ook langere tijd fris te houden. En, wie weet, Nederland uit een mentale depressie te halen. Waarbij het zou helpen als hij op de valreep nog even tegen de vrouw van zijn leven aanloopt.