Spring naar de content

‘Mijn vak verdwijnt’

Govert de Roos is een van dé Nederlandse portretfotografen. In 1969 fotografeerde hij John Lennon en Yoko Ono tijdens hun bed-in for peace in het Amsterdamse Hilton Hotel. In de jaren daarna sterren als Iggy Pop, Willem Nijholt, Arnold Schwarzenegger, Blondie, David Bowie, Trijntje Oosterhuis en Sylvie Meis.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Redactie

‘Fotografie als ambacht bestaat straks niet meer, en dat doet me pijn. Dit is mijn passie. Ik ben vanaf mijn vroegste jeugd bezig geweest met het vastleggen van beeld. Ik heb altijd geprobeerd me daarin te verbeteren met het idee dat je de techniek, de basis, tot in detail moet beheersen om het dan, als het er op aankomt, los te kunnen laten en je creativiteit volledig te ontplooien. Die techniek – dat kan iedereen nu. Maar heeft dat de kwaliteit verhoogd? Museale foto’s zijn nooit door een reclamebureau gemaakt, omdat het te perfect is. Je gelooft het niet, want de eerlijkheid, het menselijke ontbreekt. Ik heb ook altijd morele bezwaren gehad als opdrachtgevers me vroegen het beeld zo te manipuleren dat iemand veel jonger lijkt. Ik heb veel Patricia Paay gedaan en die is redelijk goed geconserveerd gebleven, maar van Gerard Joling zag ik laatst foto’s die ik zo’n vijftien jaar geleden gemaakt heb. Daarop ziet hij er ouder uit dan op foto’s van nu. Dat is zó glad allemaal! Nu weet ik ook wel dat dat met botox te maken heeft en ik heb ook niets tegen een beetje retouche. Als Rembrandt een portret maakte, ging hij echt niet die pukkel benadrukken die daar toevallig zat. Maar zoals mijn vroegere leermeester Paul Huf ooit zei: “Als je de ware schoonheid door kunt laten komen, dan zie je dat rimpeltje niet.”

Het vak verdwijnt ook omdat de markt is veranderd. Vroeger had je een paar bladen met een oplage van 100.000 exemplaren of meer en die beconcurreerden elkaar sterk. Het beeld moest het voor een groot gedeelte doen, dat gaf de eerste indruk. Nu heb je veel meer bladen met een kleinere oplage voor een kleinere doelgroep en gaat het meer over plaatje hier, stukje daar. Dus vroeger zat er een ervaren fotoredacteur met verstand van wat goed was en zicht op wat er beschikbaar was aan kwaliteit. Nu doet de redactiesecretaresse het en die kiest even wat uit op de eerste pagina’s van de website van het fotopersbureau. Natuurfotografie – een specialisme waar mensen een heel leven omheen bouwde – bestaat niet meer. Google maar eens: een leeuw met een feestneus, het is er allemaal. De Eiffeltoren bij nacht? Ooit was dan serieus de overweging om al dan niet naar Parijs te gaan. Nu – één klik en je vindt er duizenden: met onweer, zonder onweer, met of zonder wolken of regen en hagel in verschillende vormen en maten, vanuit elke hoek en vanuit elk raam in Parijs geschoten.


Veel fotografen werken onder de prijs. 250 euro op één dag verdienen? Prima, is meer dan ik had toen ik nog op de fotoacademie zat, denken ze. Ze vergissen zich. Van zulke bedragen kun je je niet ontwikkelen en je kunt er nooit een echt bestaan mee opbouwen met een gezin, een huis, een auto en vakantie. Dus wat is mijn strategie? Gisteren moest ik Claudia Schumacher fotograferen, de vrouw van de plastisch chirurg. Ze zei: “Ik ben nu veertig, maar ik heb nog nooit zo’n mooi portret van mezelf gezien.” Dat is mijn manier van overleven. Dat ik dan kan. En dat gaat over mensenkennis, aandacht hebben voor iemand, over een sfeer creëren. Het gaat eigenlijk over mij als persoon, niet als fotograaf. Want op die knop drukken kan nu dus inderdaad iedereen. En daar vraag ik dan niet eens zoveel geld voor. Ik heb dat trouwens nooit zo gedaan. Die Porsche interesseert me niet. Ik vergeet de factuur die ik verstuurd heb, maar de klus onthoud ik. Daar moet ik mee slapen.”

Volgende week: Kees Klomp