Spring naar de content

Omrijden

Iedere week een artikel in zijn geheel op onze site. Deze week de column van Frank Heinen.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Frank Heinen

Vliegtuigen kunnen neerstorten. Het gebeurt niet vaak, maar het kán. Er is geen vervoermiddel zo veilig als het vliegtuig, zeggen ze. Er is ook geen enkel ander vervoermiddel dat zo de nadruk legt op zijn risico’s, met die praatjes over zwemvesten en nooduitgangen en uitvallende luchtdruk in de cabine.
Topsporters brengen veel tijd door in vliegtuigen. Meer nog dan normale mensen zijn sporters het niet gewend de controle uit handen te geven en schatten ze hun risico’s op lichamelijk letsel het liefst zélf in. Toch zijn er weinig gevallen van vliegangst onder topsporters bekend. Dennis Bergkamp natuurlijk, die tijdens het WK van 1994 in de Verenigde Staten met Oranje in een vliegtuig zat met SBS-baas Lex Muller. Klassiek verhaal: Muller – de leukste thuis – mompelde iets over een bom, een stewardess raakte van de kook en het vliegtuig maakte een angstaanjagende noodlanding.
In plaats van een angst voor SBS hield Bergkamp aan het incident een zich steeds verder uitbreidende vliegangst over.

Ook de Marokkaans-Nederlandse spits Ali Elkhattabi durfde de lucht niet meer in. Therapieën, praatgroepen; niets hielp. Toen AZ in de UEFA Cup tegen het Spaanse Villareal uitkwam, reisde Elkhattabi twee dagen lang met de auto achter zijn teamgenoten aan. Tijdens die wedstrijd bleef hij negentig minuten op de bank.

Heel soms gaat het ook echt mis. Zoals het vliegtuig dat in 1949 het in die jaren onverslaanbare Torino-elftal vervoerde. Een mistbank deed het toestel op een nabijgelegen heuvel storten. Niemand overleefde de crash. Ook het volledige nationale elftal van Zambia kwam om bij een vliegramp. Alleen sterspeler Kalusha Bwalya van PSV – die vanuit Nederland reisde – liet de vlucht aan zich voorbijgaan.
Het briljante jonge elftal van Manchester United werd op 6 februari 1958 gedecimeerd tijdens een vliegramp nabij München; onder meer sterspeler Duncan Edwards liet daarbij het leven. Een ander groot talent, Bobby Charlton, en coach Matt Busby overleefden ternauwernood en wonnen enkele jaren later alsnog de Europa Cup I. In het stadion van United, Old Trafford, hangt een klok die nog altijd de precieze tijd van de crash aangeeft: 15:04.
De Zanderijramp met het Kleurrijk Elftal eiste in 1989 176 levens, voor een deel van jonge voetballers aan het begin van een veelbelovende carrière.
En vorige week viel er opeens weer een vliegtuig vol jonge sporters uit de lucht. Dit keer ging het om het ijshockeyteam van Lokomotiv Moskou. Slechts één speler overleefde.
De ijshockeywereld moet zich dezer dagen toch al door een rijstebrijberg van verdriet heen eten. In de zomer van 2011 maakten drie bekende spelers uit de Noord-Amerikaanse League NHL een einde aan hun leven. Derk Boogaard, Wade Belak en Rick Rypien waren drie zogenaamde enforcers, spelers die zich in het gevecht storten, ook als daar helemaal geen puck aan te pas komt. Het lijkt erop dat de depressies die leidden tot de golf zelfmoorden een direct gevolg zijn van de klappen die de spelers te verduren krijgen. Het wordt steeds duidelijker welk een doodsangst sommige van de gevaarlijkste en meest onverschrokken ijshockeyers vóór wedstrijden moeten doorstaan. De angst dat iedere beuk fataal kan zijn, neemt evenredig toe naarmate de hersenen meer hebben moeten incasseren. De overeenkomsten met het alom verfoeide stierenvechten of de barbaarse gladiatorenspelen in het oude Rome zijn groter dan we zouden willen.

Over psychische problemen spreekt men in de sport liever niet. Een beer van een ijshockeyer die het niet meer ziet zitten, kan het wel schudden bij fans en teamgenoten. Vorige week nog liet FC Utrecht-voetballer Jacob Lensky weten dat hij voorlopig niet voor zijn club kan uitkomen. Hij wil eerst helemaal genezen van een alcoholverslaving. Het was groot nieuws. Lensky’s openheid verraadt zijn verstand en zijn moed. Je moet je eigen zwaktes onder ogen zien om de sterkste te kunnen zijn. Ook al moet je daar, zoals Bergkamp en Elkhattabi, duizenden kilometers voor omrijden.

Onderwerpen