Spring naar de content

Orthodoxe Jood vliegt in plastic zak over begraafplaats

Een bizar berichtje op een Israëlische website (met dé foto): een orthodoxe Joodse man vloog van Engeland terug naar Tel Aviv zichzelf verpakt in een dichtgebonden, transparante plastic zak. 

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Iris Hannema

Maar waarom?
De passagier was ene meneer Kohen die er achter was gekomen dat zijn vlucht over een Joodse begraafplaats ging. Volgens de Joodse religie mogen families met de naam Kohen (of Cohen, wat priester betekent) strikt genomen niet in de buurt van een begraafplaats komen (laat staan begraven). Deze Kohen vond dat zelfs vanuit het luchtruim boven een begraafplaats vliegen (bedankt Google Maps) absoluut onrein was. Een enorme plastic zak, geheel afgesloten, zou hem voldoende beschermen tegen het onheil. Overigens zou dit alleen de paar minuten zijn geweest dat het vliegtuig boven de begraafplaats vloog.

Boze Israëli’s
Op Facebook zag ik de bizarre foto van de man in zijn plastic zak in het vliegtuig, via een Israëlische vriendin. Onder de foto was een felle discussie te lezen tussen Israëli’s. De één vond het belachelijk en schaamde zich voor zijn landgenoten, de ander vond het belachelijk dat hij het belachelijk vond. Kortom, zelfs híerover zijn de Israeli’s het niet met elkaar eens. ‘Wie ben jij om te oordelen?’, schreef een meisje. ‘Een man zonder zak over mijn hoofd,’ schreef een jongen terug. Ik vind het vooral zielig voor iemand die zijn leven zo inperkt, zo strikt moet leven om gelukkig te kunnen zijn. Natuurlijk, iedereen moet zelf weten wat hij doet, waarin hij gelooft, maar op deze manier wordt religie idioot en dat moet je niet willen.

Bedank de pannen
Zo ben ik eens bij voodoo-museum geweest in Benin, een van de meest belangrijke religies in West-Afrika. Het was er binnen snikheet én donker. Ik was er samen met een Nederlandse vriend, die toentertijd in Ghana woonde. De museumstukken waren potten en pannen achter glas en daar mochten wij stuk voor stuk ‘merci’ tegen zeggen of een kort gebedje voor doen. De gids was zo onsamenhangend, maar bloedserieus. Dus wij bleven maar aangeklede potten bedanken. Ik voelde vanuit mijn tenen een enorme lachbui opkomen, eentje die niet meer zou stoppen. Maar ik was ook een beetje huiverig: in lachen uitbarstten in een voodoo-museum? Dus bedankten wij, op advies van de gids, nog meer rieten manden en aangeklede potten en pannen. Nou, toen kwam het hoor, een skelet in de hoek: daar mochten wij wel even mee praten. De gids zette vervolgens een hoog piepstemmetje op en antwoordde als zijnde het skelet:“Ça va, mes enfants?”

We waren niet meer te houden, hebben allebei in ons broek geplast van het lachen. Ik vond het klote voor de gids, zij snapte er niets van en wij stonden haar religie uit te lachen, maar het was zó maf. En daar moest ik nou aan denken toen ik de orthodox in zijn plastic zak in het vliegtuig zag zitten. Mea culpa.

Reisjournalist Iris Hannema (1985) reist sinds 2008 schrijvend en fotograferend, in haar eentje, de wereld over. Als u wilt weten waar zij zich nu bevindt, kunt u haar volgen op Twitter.