Spring naar de content

Een dag in de jury van Holland Kots Talent

Ik herken zelden gezichten. Dit is een korte zin, maar meer valt er niet over te zeggen. Nee, dat is onzin, ik kan er uren over doorgaan. Laatst zei iemand zelfs: “Hé Geels, je gaat toch niet wéér dat verhaal vertellen over dat je geen gezichten herkent hè?” Ik keek de persoon in kwestie bleu aan – wie was die gast?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Johanna Geels

Ik herken natuurlijk wel mijn eigen familie en vrienden, maar als ik iemand maar één of twee keer heb gezien, wordt het lastig. Ik kan daar prima mee leven, al is het soms onhandig.

Voice of Holland
Zo moest ik laatst jureren bij The Voice of Holland. Dat doe ik wel vaker, je hoeft er niks voor te kunnen behalve op een knop drukken en juichen of huilen op commando. Gezichten herkennen hoeft niet, alle kandidaten zijn onbekende Nederlanders en de juryleden houd ik uit elkaar door middel van ezelsbruggetjes. Trijntje Oosterhuis bijvoorbeeld herken ik aan haar lach die klinkt als een voorbijrazende trein op het station van Klarenbeek. Iedereen staat erna nog een tijd verbaasd op het perron in de zwarte leegte te staren – wat de hel was dat?

Coke
Iedereen kan jureren bij TVOH. Je moet alleen telkens als er een camera in de buurt is een Twix in je handen hebben, of een flesje Cola. Als je deze producten niet bij je hebt, omdat je bijvoorbeeld net van de wc komt, is het zaak de woorden Twix of Coca Cola zo vaak mogelijk in één zin te gebruiken. Ze hoeven hiervoor niet noodzakelijkerwijs een logische volgorde te kennen. Ik zal een voorbeeld geven. Je komt van de wc waar je net een tampon hebt verwisseld en je rechter middelvinger zit onder het bloed alsof je een angorakonijn hebt staan plukken. Je strompelt naar de wasbak in de hoop dat niemand je ziet. Dan staat er ineens een cameraploeg voor je neus met Martijn Krabbé voorop, die een microfoon onder je kin duwt.

Twix
“Hé Martijn, hallo, heb je een Twix in je broek? Ik ben dol op Twix, TWIX! Ik eet het de hele dag door, weet je. Of heb je Coca Cola in je tas? Ja, toch, Martijn, geef mij die Coke man, kom op, praat geen poep nou tegen mij gast, ik wil die Coke. Wist jij trouwens, Martijn, dat Twix vroeger Raider heette? En dat toen ook al niemand die naam begreep? TWIX! Ik had ooit twee hondjes, of nee, eigenlijk drie: Coca, Cola en Twix. Er is een oud DDR-grapje Martijn, wist jij dat? Over de mensen uit het Westen. TWIX! Westen dus. In de DDR schamperden ze na het vallen van de Muur: Van Raider naar Twix, verder veranderde er voor jullie niks. TWIX!”

Gordon en de zeven Chinezen
Ali herken ik makkelijk. Hoef ik niks voor te doen. Zorgt-ie helemaal zelf voor. Hij rent altijd huilend met open armen op iedereen af. Knuffel-Marrokaan dus. Gordon is ook een makkie. Ik hoorde laatst achter een deur luid gekreun. Gordon zat op zijn knieën, er stonden zeven Chinezen achter hem die 39 Twixen in zijn reet duwden. Precisiewerkje hoor. Ze keken erbij alsof ze een bermbom onschadelijk maakten. O, is Gordon van een andere show? Watte? Holland kots talent?

Dichter Johanna Geels beschrijft de absurdistische en poëtische kant van de dagelijkse dingen.