Spring naar de content

Wij verwachtten veel te veel van Frans Weekers

Gisterenavond gooide hij dan eindelijk de handdoek. Als ik Frans Weekers was geweest, was ik er nooit aan begonnen. Wat is dat toch met mensen dat ze voor de politiek kiezen. En als stip op de horizon een plaats in het kabinet.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Dr. Doom

Jaren geleden had ik een aardige positie bij een Zelfstandig Bestuurs Orgaan (ZBO), een door het ministerie van Economische Zaken gefinancierde maar desondanks onafhankelijke instelling.

Voor zo’n ZBO is de minister weliswaar politiek verantwoordelijk, maar verder heeft hij er niet veel over te zeggen. In de praktijk delegeerde hij het ‘toezicht’ aan zijn staatssecretaris. De minister kwam wel tenminste een keer per jaar langs om voor de verzamelde pers een prestigieuze publicatie van deze ZBO in ontvangst te nemen. Dat dan weer wel.

Op een dag kwam er een nieuw kabinet, nieuwe minister en dus een nieuwe verantwoordelijke staatssecretaris. Ik herinner me nog goed hoe de directeur-generaal van mijn ZBO, tegelijk ook mijn direct leidinggevende, mij en wat anderen apart nam en ons instrueerde dat we deze nieuwe jongeman vooral maar wat uit de wind moesten zien te houden.

Het was volstrekt duidelijk dat de staatssecretaris misschien best wel snel zou kunnen leren, maar dat zou dan vanzelf wel blijken. Vooralsnog wees niets erop dat hij ook maar een beetje verstand had van de materie waar wij ons mee bezig hielden. De vraag is of dat heel erg was, veel meer dan kiezers zich realiseren zijn ambtenaren de constante factor in het functioneren van de overheid. En dat is maar goed ook, want het politieke circus heeft tenminste elke vier jaar een andere bezetting en gemiddeld nog wel vaker.

Financieel specialist
Als er dan weer eens als gevolg van een aantal ecliptische poldersessies een nieuw kabinet staat, dan zal het voor veel voorbijgangers in de regering – want dat zijn ze – een verrassing zijn met welke portefeuille ze uiteindelijk blijken te zijn opgescheept.

Dat heeft ons de laatste twee kabinetten bijvoorbeeld krachtpatsers als Jan Kees de Jager en Jeroen Dijsselbloem gebracht op Financiën. Waarschijnlijk wisten ze al hoe een spreadsheet werkt en dan ben je al een eind op streek voor deze portefeuille. Om niet te zeggen: financieel specialist.

Toen ik Frans Weekers gisteren minutenlang vruchteloos in zijn papieren zag zoeken naar het getal waarnaar hij werd gevraagd – hoeveel mensen wachten er op dit moment nog op hun toeslag? – had ik met hem te doen. Hoewel: juist om deze kwestie was hij naar de Kamer geroepen en dan grenst het aan minachting of incompetentie als je zelfs die paar getallen niet uit je hoofd hebt geleerd.

Afgezien daarvan zou je iedere staatssecretaris iets anders dan de Belastingdienst gunnen. Een nog altijd enorm in zichzelf gekeerde organisatie die bovendien door de Tweede Kamer voortdurend wordt opgezadeld met nieuwe taken die uitblinken door ondoordachtheid en foutkansen.

Zolang dat niet ophoudt gaan we nog heel veel van dit soort debatten meemaken. De staatssecretarissen wisselen, de problematiek blijft dezelfde.