Oranje gloed over Ajax – Feyenoord van het Amerikaanse honkbal
De een speelt bij de bekendste honkbalclub van de wereld. De ander speelt bij een 114 jaar oude organisatie in een stad die honkbal ademt. En dit weekeinde staan de Nederlanders Didi Gregorius (25) en Xander Bogaerts (22) tegenover elkaar in het Ajax – Feyenoord van het Amerikaanse honkbal, oftewel de New York Yankees tegen de Boston Red Sox.
Sinds dit seizoen kwam het in de lange geschiedenis van de Amerikaanse honkbalcompetitie MLB nog nooit voor dat er Nederlanders tegenover elkaar stonden in een van de bekendste sportrivaliteiten van de wereld.
Verhaal zonder einde
De clubs ontmoetten elkaar voor de eerste keer in 1901 toen nog onder de namen Boston Americans en Baltimore Orioles, en speelden sindsdien meer dan tweeduizend keer tegen elkaar. Hun wedstrijden zijn inspiratie geweest voor boeken, documentaires en films. Van de saillante transfer van honkballegende Babe Ruth naar New York in 1919 tot de recente hetze rond de huidige burgemeester van New York Bill de Blasio, die met het schaamrood op zijn kaken moest erkennen Red-Sox fan te zijn.
Een jongen van Curaçao (Gregorius) en een van Aruba (Bogaerts) hebben nu ook een rol in dat verhaal zonder einde. Gregorius is sinds dit seizoen speler van de New York Yankees. Alleen voetbalclubs Real Madrid, Barcelona en Manchester United zijn volgens Forbes, het zakenblad dat jaarlijks een ranglijst opstelt met waardevolste sportorganisaties op aarde, meer waard dan de Yankees. Het blad schat de honkbalclub uit The Bronx met het kenmerkende logo op een waarde van 2,5 miljard dollar. Van alle Amerikaanse honkbalclubs vergaarden de Yankees verreweg de meeste MLB-titels (27).
De Boston Red Sox hoeven met een waarde van 1,5 miljard dollar ook niet op een houtje te bijten. De club uit het noordoosten van de VS ademt historie. De Red Sox spelen sinds de oprichting in 1901 in Boston en wonnen in 1903 de allereerste editie van de World Series. De club speelt zijn thuiswedstrijden in het meer dan honderd jaar oude Fenway Park. Xander Bogaerts staat er sinds 2009 onder contract. Hij werkte zich gestaag omhoog in de organisatie en de Arubaan werd in zijn eerste seizoen in de hoofdmacht zelfs al MLB-kampioen.
“Bizar”
Dat er überhaupt twee jongens van de Antillen bij dergelijke clubs onder contract staan, is al “heel bijzonder en een ongelooflijke prestatie”, zegt Wim Martinus, coach van de Haarlemse honkbalclub Kinheim. Hij kent Gregorius en Bogaerts goed, omdat hij met ze werkte als eerste honkcoach van het Nederlands team op onder meer het WK honkbal in 2011 en de World Baseball Classic in 2013. “Het is eigenlijk bizar dat we het hier over kunnen hebben”, zegt hij over het feit dat de twee sinds vrijdag tegenover elkaar staan in de serie van drie wedstrijden op het veld in Boston, met het oog van honkballend Amerika op hun gericht.
Het Amerikaanse honkbal is namelijk keihard. Elke organisatie heeft een bataljon spelers onder contract, waarvan een klein gedeelte het tot de hoofdmacht schopt. Een aantal weken slecht presteren, kan het einde van een carrière betekenen.
Daar komt bij dat Bogaerts en Gregorius bij hun teams op één van de belangrijkste en moeilijkste plekken van het honkbalveld staan; de korte stoppositie. Ze hebben als taak de lastige ballen door het midden op tijd te onderscheppen en daarna zo snel mogelijk honklopers uit te gooien. Dat vraagt om spelinzicht, een snel, atletisch lichaam en een krachtige, nauwkeurige aangooi. De spelers lijken op elkaar wat betreft speelstijl en karakter, legt Martinus uit. “Ze zijn allebei lang, verdedigend sterk, hebben een sterke arm en zijn gewoon goed. Want als je niet goed genoeg bent, zit je niet in de majors.”
Martinus had wel verwacht dat Bogaerts op een bepaald moment in de basis zou staan bij de Red Sox. “Voordat hij doorbrak, was Xander al jaren het toptalent van de organisatie”, zegt Martinus. “Hij sloeg als een veteraan tijdens de World Series, terwijl hij toen net zijn debuut had gemaakt. Hij greep meteen zijn eerste kans.”
Erfenis van Jeter
Dat Gregorius een Yankee werd, vond hij verrassender. De Curaçaoënaar zat vorig seizoen op een dood spoor bij zijn vorige club, de Arizona Diamondbacks, tot hij plots werd opgepikt door de Yankees. “Dat is een hele eer”, zegt Martinus. “En het zegt ook wel wat over de kwaliteiten van Didi, want daar kom je niet zomaar binnen.”
Gregorius werd door de Yankees gehaald als opvolger van het gepensioneerde clubicoon Derek Jeter, een van de invloedrijkste sportfiguren in de VS van de afgelopen decennia. Hij kreeg daarmee een zware erfenis op zijn bord.
Dat bleek in zijn eerste maand als Yankee, toen Yankee-fans na een aantal ongelukkige wedstrijden van Gregorius pesterig de naam van Jeter scandeerden. Volgens Martinus ligt de druk aankomend weekeinde daarom “meer op Didi dan op Xander”. Bogaerts kent een betere seizoenstart en “heeft het al bewezen”, stelt Martinus. “Didi moet presteren.”
Het zorgt voor druk, maar die druk is er altijd in de MLB, aldus Martinus. “Er zijn zoveel goede korte stoppen in Amerika.” Beide kunnen daar goed mee omgaan: “Het zijn rustige jongens, binnen en buiten de organisatie, en ze zijn van top tot teen prof. Die gasten weten dat ze het voorbeeld zijn voor de jeugd op de eilanden en dat ze het gezicht zijn van hun organisaties. Ze hebben hun succes verdiend.”
Of de wedstrijd tussen de Yankees en de Red Sox naast de prestigestrijd tussen New York en Boston nu ook een wedstrijd tussen Curaçao en Aruba is geworden? Martinus begint te lachen, maar houdt zich op de vlakte. “Misschien een beetje. Maar als ze niet tegen elkaar spelen, zijn ze op Aruba voor de Yankees als die jongens spelen en op Curaçao voor de Red Sox. En voor mij maakt het helemaal niet uit, want ze spelen voor het Nederlands team. Ik wil dat ze allebei goed presteren.”
