Wat het grote misverstand is over provocatie
Ik gruwel van het idee dat er mensen zijn die onze vrijheden aan banden willen leggen. Dan heb ik het niet alleen over de radicale moslims die aanslagen plegen omdat cartoonisten een tekening maken van hun profeet. Ik heb het dan ook, of misschien wel vooral, over de mensen die zeggen dat de cartoonisten die moslims ‘beledigen’ met die cartoons het er zelf naar hebben gemaakt als ze het doelwit zijn van terroristen.
Het was zes uur ‘s ochtends toen ik maandag in de woonkamer zat, mijn laptop opstartte en op Twitter het bericht las dat twee verdachten waren doodgeschoten vlakbij het gebouw in Texas waar Geert Wilders zojuist een toespraak had gehouden.
Ik wreef nog een keer in mijn ogen. Las ik dat nou goed? Mijn eerste reactie was er een van ongeloof. Tegelijkertijd was ik ook opgelucht: de daders waren in ieder geval gedood dankzij alerte politie-agenten. Eén agent raakte gewond.
Niet veel later werd duidelijk dat het om twee moslimterroristen ging die sympathiseerden met ISIS. Het is de derde islamitische terreuraanslag vanwege een Mohammed-cartoon in nog geen vier maanden tijd, na Parijs en Kopenhagen. Er waren ook dit keer mensen die de gekste dingen zeiden na de aanslag.
Er was een SP’er die het jammer vond dat Wilders niet was doodgeschoten, er was een journalist van The New York Times die de bijeenkomst waar de prijs voor de beste Mohammed-cartoon werd uitgereikt ‘provocatief’ noemde, net als de Amerikaanse krant USA Today, die precies hetzelfde woord gebruikte: ‘provocatief’.
Alsof ze het er zelf naar hadden gemaakt. Hadden ze maar geen Mohammed-cartoons moeten tekenen en de moslimwereld moeten ‘beledigen’.
Vandaag vieren we Bevrijdingsdag, precies zeventig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog. Gisteren herdachten we de 230.000 Nederlanders (van wie 104.000 Joden) die zijn omgekomen tijdens de oorlog. Dankzij die Nederlanders kunnen we nu in vrijheid leven. Waarom zouden we zeventig jaar na de bevrijding onze vrijheid inleveren om te zeggen en tekenen wat we willen, alleen maar om terroristen tevreden te stellen?
Terroristen vinden altijd wel een reden om aanslagen te plegen. Desnoods verzinnen ze wel wat. Je kunt de cartoons verachten – dat is je goed recht in een vrije samenleving – maar als je zegt dat ze provocatief zijn, dan heb je iets niet begrepen. Dan ben je zélf het probleem. Dit is geen partijpolitiek, of dat zou het in ieder geval niet moeten zijn.
Iedereen zou moeten begrijpen dat geen enkele vorm van vrijheid van meningsuiting geweld rechtvaardigt. Zoals president Barack Obama het formuleert: “There is no act of expression, even it’s offensive, that justifies an act of violence.” Zo is het. Wie die vrijheid van meningsuiting niet aan kan, zit hier verkeerd.
