Spring naar de content

Recensie: Frans Kellendonk – De Brieven

Frans Kellendonk heeft veel te kort geleefd. Hij overleed op zijn negenendertigste aan de gevolgen van aids. In die krappe vier decennia is hij vermoedelijk actiever en productiever geweest dan de meeste mensen die de negentig halen.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Dries Muus

Hij promoveerde, vertaalde uit het Engels, reisde de hele wereld over, had een vol en gevarieerd liefdesleven, schreef een handvol romans, essays en verhalenbundels – en een enorme stapel brieven. Niet alleen aan goede, intelligente vrienden, maar ook aan familieleden, geliefden, wetenschappers en collega-auteurs als A.F.Th. van der Heijden en Gerard Reve.

Een volledig zelfportret
Frans Kellendonk. De Brieven bevat het grootste deel van die correspondentie. Samenstellers Oek de Jong en Jaap Goedegebuure – aan wie Kellendonk ook brieven schreef – hebben ook de wat trivialere brieven opgenomen. De samenstellers verdedigen die keuze voor volledigheid in hun voorwoord: ze wilden ‘zoveel mogelijk facetten van de persoon Kellendonk’ laten zien.

Een gelukkige keuze. Niet alleen omdat we inderdaad een ogenschijnlijk behoorlijk compleet portret krijgen van een veelzijdig, interessant persoon – maar ook omdat Kellendonk zelfs in de simpele, saaiere brieven raak en origineel formuleert. Hij kon het niet helpen.

Stimulerend en ontmoedigend
Het heeft tegelijk iets ontmoedigends en iets stimulerends om Kellendonk aan het werk te zien. Stimulerend, omdat het nou eenmaal altijd stimulerend is om een groot talent van dichtbij te kunnen volgen. Ontmoedigend, omdat Kellendonk al vanaf zeer jonge leeftijd intimiderend goed schrijft. Waarom probeer ik het nog, denk je zuchtend, en je klapt je laptop dicht.

kellendonkSteeds valt op hoe vroeg Kellendonk al tot min of meer volledige rijping kwam – al rond zijn twintigste klonk hij als een wijze, doorleefde, volledig in zichzelf overtuigde auteur. Een persoon uit één stuk, al vanaf zijn late tienerjaren, en waarschijnlijk al daarvoor.

Kellendonk klinkt nu eens korzelig, dan weer opgewekt, maar zelden onredelijk of onattent. Hij beleert, geeft raad, deelt anekdotes, vertelt over de worstelingen en de successen van het schrijven. Vaak geeft hij inzicht in zijn ideeën, over literatuur, liefde. Steeds trefzeker, vol overtuiging – complexe inzichten in simpele zinnen gevat, zoals hier, als hij aan zijn toenmalige geliefde Jan Duyx schrijft: ‘De geest zit in het lichaam opdat de geest van het lichaam kan genieten.’

Zinnelijk en hoogdravend, analytisch en al het denken voorbij. De brieven is een prachtige aanvulling op een veel te klein oeuvre.