Op bezoek bij de Bocuse d’Or, waar Nederland het fantastisch deed
Het Nederlandse team van chefkok Jan Smink (27) onder leiding van coach Lars Aukema en commis Sander Verhaaf, heeft een ongeëvenaarde prestatie geleverd bij de Europese finale van de Bocuse d’Or. De Hollanders eindigden in de Hongaarse hoofdstad Boedapest als zevende en plaatsten zich daarmee wederom voor wereldfinale van de prestigieuze kookwedstrijd in Lyon in 2017. Uw schrijvende kok was erbij en zag gastland Hongarije verrassend winnen.
De Bocuse d’Or is de ultieme tweejaarlijkse competitie tussen de beste koks ter wereld. Twintig Europese chefs streden afgelopen dinsdag 10 en woensdag 11 mei in een vijf uur en 35 minuten durende kookwedstrijd, aangemoedigd door vele honderden fans vanaf de tribune, voor een plek in de wereldfinale.
Op dag één in Boedapest kookten de teams van IJsland, Oostenrijk, Noorwegen, Bulgarije, Finland, Duitsland, Estland, Spanje, Engeland en Turkije. Op dag twee mocht Nederland het spits afbijten, naast Italië, Rusland, Zwitserland, Kroatië, Frankrijk, België, Hongarije, Denemarken en Zweden.
Bestuurslid Joop Braakhekke van Bocuse d’Or Nederland riep bij het zien van de Nederlandse bijdrage, met voorzienende blik: “Ze gaan zeker door, dat zie ik zo, ik krijg er zelfs kippenvel van.” En even later, nadat bekend was gemaakt dat Nederland door was naar de finale: “Ongelooflijk, en dat met zo weinig middelen en geld, zeker als je dat vergelijkt met hoeveel geld en tijd andere teams erin steken.”
Jan Smink, met zijn 27 jaar een van de jongste deelnemers aan deze zware competitie, reageerde nuchter en ambitieus op zijn knappe prestatie: “Als we straks in Lyon ook weer twee plekken stijgen, teken ik ervoor.” Twee jaar geleden wist Nederland ook de wereldfinale te bereiken door als elfde te eindigden. In de finale in Lyon werd vervolgens beslag gelegd op de negende plaats.
Alle teams moesten een visgerecht maken, ditmaal uit de Donau gevangen steur met kaviaar, en een vleesgerecht, jong Hongaars hert, naar eigen inzicht en zo origineel mogelijk, volgens de nieuwste en fijnste gastronomische inzichten, en het liefst natuurlijk aangevuld met mooie ingrediënten uit het land van herkomst. Want hier kun je als kok je visitekaartje afgegeven, zeker als je een hoge plek bereikt in de wereldfinale.
De meeste winnaars van de Bocuse d’Or zijn dan ook inmiddels beroemde chefs, met één en zelfs meerdere Michelinsterren in de pocket. Ook de jury – elk deelnemend land levert een jurylid – bestaat uit gerenommeerde chefs. Uit Nederland was dat wederom weer Jonnie Boer, van het met drie Michelinsterren bekroonde restaurant De Librije*** in Zwolle.
De deelnemers moeten binnen de tijd alle ingrediënten verwerken tot prachtige gerechten, vervolgens per vis- en vleesgerecht veertien borden opmaken, waarvan er tien naar de juryleden gaan, die per dag dus twintig bordjes met eten moeten verwerken, om tot een eindoordeel te komen. Ze letten daarbij vooral en onder meer op smaak en bereiding, maar ook op representatie, hoe de producten zijn behandeld en hygiëne. Jonnie Boer zei vooraf nog over het Nederlandse team: “Ik denk dat we dit jaar een goede kans maken, hoewel we als nuchtere Hollanders koken met weinig frutsels, goud en zilver. Maar het team van Jan is goed voorbereid, en bij mij gaat het altijd om smaak.”
Het zijn de afgelopen tien jaar – naast hoe kan het ook anders Frankrijk zelf, de bakermat en thuishaven van de nog immer levende, inmiddels negentig jaar oude legende Paul Bocuse – vooral de Noordelijke landen die vaak hoge ogen gooien bij de Bocuse d’Or. Niet voor niets is de Nordic Cuisine de afgelopen jaren erg populair is geworden, met name ook door het inmiddels ter ziele restaurant Noma, dat jarenlang als beste restaurant ter wereld werd betiteld door Pelligrino’s 50 Best Restaurants of The World. De finale werd dit jaar weliswaar door Hongarije gewonnen, maar Noorwegen en Zweden eindigden respectievelijk als tweede en derde, op de voet gevolgd door Frankrijk, IJsland en Finland.
Nederland is nog steeds in de race om de Europese finale van de Bocuse d’Or te mogen organiseren in Rotterdam in 2018, al is de kans dat dat ook werkelijk gaat lukken niet groter geworden, zo vernamen we in Boedapest. Grotere kanshebbers voor het evenement zijn momenteel Estland en Rusland.
Foto’s met dank aan Bocuse d’Or Nederland
