Spring naar de content

De buitenlandse leiders die Boris Johnson (grondig) beledigde

De keuze voor Boris Johnson als Britse minister van Buitenlandse Zaken is een opmerkelijke, en daar zijn meerdere argumenten voor op te voeren. Eén daarvan is dat je van de persoon in zo’n functie mag verwachten dat hij of zij over sterke diplomatieke vaardigheden beschikt, dat hij of zij zich kan opstellen als bruggenbouwer. Uitspraken van Johnson uit het verleden wekken toch een andere indruk van hem. To put it mildly. 

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: De Redactie

Het Amerikaanse tijdschrift The Atlantic spitte door het politieke ‘oeuvre’ van Johnson, een doorgewinterd journalist die een plekje in het Britse schaduwkabinet verkreeg en het schopte tot burgemeester van Londen. Eurosceptische sentimenten postvatten tijdens zijn journalistieke carrière, waarna Johnson zich ontpopt als een van de aanjagers van de – succesvolle – Brexit-campagne.

In een column in The Sun verweet Johnson dit jaar, in aanloop naar het referendum, dat president Obama de zijde van de Bremain-campagne koos. Specifieker, hij noemde de houding van het Amerikaanse staatshoofd ‘incoherent, inconsistent and downright hypocritical‘, omdat de Amerikanen zelf nooit zoveel soevereiniteit uit handen zouden geven.

Obama’s voorganger George W. Bush noemde Johnson, toen nog redacteur van The Spectator: ‘a cross-eyed Texan warmonger, unelected, inarticulate, who epitomizes the arrogance of American foreign policy‘.

Mocht de Democratische Hillary Clinton dit jaar het stokje van Barack Obama overnemen, dan heeft Johnson ook wat uit te leggen. Hij omschreef de presidentskandidaat als: ‘She’s got dyed blonde hair and pouty lips, and a steely blue stare, like a sadistic nurse in a mental hospital.’

Over Trump was Johnson in 2015 – hetzij impliciet – nog minder mild: ‘The only reason I wouldn’t go to some parts of New York is the real risk of meeting Donald Trump.’ Die, nu al historische, ontmoeting lijkt eveneens niet uitgesloten.

Wat het lot ook zal zijn van de Britten en de EU, Johnson heeft zichzelf niet populair gemaakt in de Europese politieke kringen, alleen al door zijn felle campagne tégen een Europese unie. Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Europese Commissie, verweet hij ‘bedrog‘.

De Duitse Bondskanselier Angela Merkel verweet hij een slap optreden rondom de affaire-Böhmermann. “She numbly decided to kowtow to the demands of Erdogan, a man who is engaged in a chilling suppression of Turkish freedom of expression.’ De aanstaande minister van Buitenlandse Zaken zond overigens een limerick in, in een wedstrijdje ‘Erdogan-pesten’, en won. Zijn inzending:

There was a young fellow from Ankara
Who was a terrific wankerer.
Till he sowed his wild oats
With the help of a goat
But he didn’t even stop to thankera.

En tot slot, iets dichter bij huis: de Schotse premier Nicola Sturgeon, die naar verwachting een tweede onafhankelijksheidsreferendum zal entameren, vergeleek Johnson met een ‘vos in een kippenhok’, ‘een juwelendief’ en een ‘vraatzuchtige wezel’.

Dat Johnson op de blaren moet zitten, is wel duidelijk. Een charme-offensiefje, misschien?