Ruzie met franchisenemers doorkruist verkoopplannen Hema
De Hema ligt weer op ramkoers met zijn franchisenemers. De strijd is zo hoog opgelopen dat de zelfstandige ondernemers twee rechtszaken tegen de winkelketen zijn begonnen. Dit blijkt uit processtukken en andere vertrouwelijke documenten waarop HP/De Tijd de hand heeft gelegd. De ruzie legt een bom onder de plannen van eigenaar Lion Capital om het detailhandelsconcern te verkopen.
De Hema lag al eerder overhoop met zijn franchisenemers. Inzet van dit geschil: leverancierskortingen, de premies die leveranciers winkeliers betalen om producten op het schap te krijgen. De keten sluisde altijd een deel van deze zogeheten rabatten door naar de aangesloten bedrijven. Lion Capital, het private-equityhuis dat de Hema in 2007 in handen kreeg, maakte hieraan een eind. Dit tot grote woede van de franchisenemers.
Schikking
Via de Vereniging Aangesloten Bedrijven (VAB)-Hema, de belangenclub, eisten de franchisenemers in 2014 ter compensatie liefst 44 miljoen euro van het bedrijf – de som van de in de tussenliggende jaren misgelopen leverancierskortingen. Een bedrag dat de Hema gezien de tegenvallende resultaten naar eigen zeggen niet kon en wilde betalen. Dat zou het einde zijn geweest van de onderneming, lieten de onderhandelaars van het concern volgens de franchisenemers destijds weten.
Beide partijen besloten daarop tot een arbitrageprocedure. Die leidde eind 2015 tot een akkoord waarin de zaak werd geschikt op 23 miljoen euro.
Afspraken
De warenhuisketen en haar franchisenemers waren blij met de overeenkomst. De slepende vete was eindelijk uit de wereld. “De grootste ambities van de Hema worden niet langer overschaduwd door discussies uit het verleden,” jubelde Tjeerd Jegen, CEO bij het detailhandelsconcern.
Maar naar nu blijkt was de inkt nog niet droog of het concern en de aangesloten bedrijven vlogen elkaar weer in de haren. Aanleiding: verschillen in interpretatie van de eind 2015 op papier gezette afspraken.
Onderdeel van deze overeenkomst was dat de franchisenemers de Hema op hun beurt 5,2 miljoen euro zouden betalen als bijdrage in de kosten voor de internetververkopen. De VAB weigerde dit. Volgens de vereniging zouden de afspraken op het gebied van e-commerce eerst worden geëvalueerd en zou Hema de kosten onderbouwen. Volgens de Hema weigerden de franchisenemers om te evalueren.
De VAB spande daarop een rechtszaak aan tegen de warenhuisketen. Zij eist dat de Hema de afspraken van eind 2015 nakomt. Wat het detailhandelsconcern betreft gaat er nu helemaal een streep door deze overeenkomst. Deze zaak diende in september bij de rechtbank in Amsterdam. Die doet op 20 december uitspraak.
Represaille
In de tweede rechtszaak eist de belangenvereniging samen met een van aangesloten ondernemers dat de Hema de franchiseovereenkomsten voor kleine vestigingen verlengt. Het bedrijf heeft volgens de VAB laten weten de contracten te beëindigen omdat zij deze winkels in het vervolg mogelijk zelf wil gaan exploiteren.
Volgens de VAB is deze maatregel een soort represaille voor het aanspannen van de rechtszaak over het akkoord van eind 2015. Iets wat de Hema ontkent.
De zaak over het beëindigen van franchiseovereenkomsten diende maandag 20 november bij de rechtbank in Amsterdam. De Hema onthoudt zich desgevraagd van commentaar op de procedures.
Uiterst ongelegen
De ruzie tussen de Hema en de aangesloten bedrijven is inmiddels zo hoog opgelopen dat het winkelconcern het vertrouwen in het bestuur van de VAB heeft opgezegd en de vereniging niet meer erkent als vertegenwoordiger van de aangesloten bedrijven.
Voor eigenaar Lion Capital komen de rechtszaken uiterst ongelegen. De Britse investeringsmaatschappij maakte in september bekend de Hema te willen verkopen en heeft daartoe zakenbank Credit Suisse ingeschakeld. Een eerdere poging om de Hema te verkopen in 2010 mislukte. CEO Tjeerd Jegens zei vrijdag in de Belgische zakenkrant De Tijd dat het ‘nog even [kan] duren voor er een beslissing is. Voor midden 2018 zal er wellicht geen nieuws zijn’. Volgens de Hema hebben de procedures geen invloed op de mogelijke verkoop.
De franchisenemers zijn met hun ruim 250 winkels goed voor zo’n 40 procent van de omzet van het concern.
Lees hier het hele verhaal van journalist Jan Smit:
