Spring naar de content

Het kamerjasje van de SP

Sinds Emile Ratelband, maar waarschijnlijk veel langer, weten we dat het dragen van een keurig jasje niet automatisch leidt tot het bezitten van enig politiek inzicht. Toch kreeg SP-Kamerlid Peter Kwint een reprimande van Kamervoorzitter Khadija Arib omdat hij geen jasje droeg en in vaal t-shirt met zichtbare tatoeages achter de interruptiemicrofoon verscheen.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Tim Jansen

Arib heeft een kleine obsessie met Kwints kledingkeuze, want eerder vond de voorzitter dat het ‘helemaal de verkeerde kant’ opging toen de SP’er in roze overhemd met opgerolde mouwen verscheen. De voorzitter doet denken aan zo’n nuffige Concertgebouwbezoekster die geen bezwaar ziet om een dooie nerts om haar nek te wikkelen, maar in een medebezoeker met gekleurde inkt op zijn onderarm wel de ondergang van de beschaving ziet.

Op Twitter liet Kwint weten dat hij geen jasje had, omdat hij snel uit een afspraak moest komen en geen tijd had om langs zijn werkkamer te gaan. Teleurstellend, want Kwint met jasje is als een golfsurfer met een winterjas. Het kan wel, maar het is niet de bedoeling. Voor wie de SP’er niet kent: Peter is een hardwerkend Kamerlid met een hart voor onderwijs. Zelfs als je zo’n verstokt neoliberaal bent dat je het liefst de zuurstof in de lucht wilt privatiseren moet je enige sympathie voor hem kunnen opbrengen.

Peter werkte ooit in de gehandicaptenzorg. Hij luistert graag naar een soort muziek dat zo lawaaierig is, dat een concert van heipalen en drilboren ineens klinkt alsof er engeltjes in je oorschelp piesen. Peter is opgegroeid onder de rook van Rotterdam en daarom Feyenoord-fan van het fanatiekste soort. Toen de club vorig jaar zijn eerste kampioenswedstrijd verprutste speelde de teleurstelling van Peter de hoofdrol in een prachtige column van collega Frank Heinen.

Peter snapt dat volwassen mannen hun middelvinger opsteken naar de scheids, al is het niet exact wat hij had gehoopt van duizenden jaren evolutie. Een Ajacied trekt nooit zijn jasje uit, maar een Feyenoorder heeft gewoon geen jasje. Bij de club van de haven horen shagvingers en koffiesnorren. Mannen die bij hoge uitzondering tijdens een huwelijk of een begrafenis een jasje dragen, maar halverwege de dag verzuchten dat ze blij zijn dat ze straks dat ‘apenpakkie’ weer mogen uittrekken.

Deze mensen moeten niet vertegenwoordigd worden door types in jasjes. Kwint moet de volgende keer niet alleen in t-shirt verschijnen, maar ook een pot Completa, gele bic-aansteker en pak halfzware jongens op het spreekgestoelte leggen. Sowieso zou het een beter zijn als Kamerleden de uiterlijke clichébeelden van hun achterban bevestigen in de Kamer.

Alleen een paar D66’ers en VVD’ers in pak. Vrouwelijke VVD’er met parelketting of Oilily-sjaal. Enkele mannelijke VVD’ers slaan voor de afwisseling een pastelgekleurde trui om hun schouders en schuiven een zonnebril in het haar. De spaarzame vrouwen van de ChristenUnie trekken bij gebrek aan SGP-vrouwen een zedige rok aan. Het CDA verruilt het driedelig grijs gewoon voor boerenlaarzen en klompen. Het drietal van Denk verschijnt in djellaba of Galatasaray-trainingspak, terwijl ze tijdens de debatten spelen met een gebedskettinkje.

De PVV’ers komen ook in trainingspak, maar spelen met een halve liter supermarktpils. SP’ers en de laatste PvdA’er die nog in contact staat met het volk verschijnen in het parlement met gele verkeershesjes, spandoeken en megafoons. Dat laatste is handig, want dan kan Kwint meteen zijn inhoudelijke punten de wereld inschreeuwen. Want die worden met de gewone microfoon niet gehoord.