Spring naar de content
bron: Beeld: Wikimedia Commons

Excuses aan ‘moffenmeiden’ is vorm van hypercorrectheid

Een speciale werkgroep wil dat premier Rutte excuses aanbiedt aan de zogenoemde ‘moffenmeiden’. Maar is dat wel een goed idee, zo vraagt Ton F. van Dijk zich af. Of kunnen we het morele oordeel over het kaalscheren van deze vrouwen beter overlaten aan de generatie die destijds de oorlog zélf heeft meegemaakt?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Ton F. van Dijk

Een oudere mevrouw vertelde op televisie over de ontberingen van slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Ik dacht meteen aan al die Joodse Nederlanders die tijdens razzia’s op straat werden opgepakt en naar de trein werden gebracht. Bestemming: Auschwitz of een van de vele andere vernietigingskampen. Een afschuwelijk lot, want de meeste zouden nooit meer terugkeren naar ons land.

Ook dacht ik aan kinderen die in de hongerwinter niets te eten hadden behalve dan misschien een tulpenbol. Of wat te denken van de onschuldige mensen die op straat werden doodgeschoten na een aanslag op een Duitse trein of munitiedepot door het verzet? Als afschrikwekkend voorbeeld voor iedereen die het in z’n hoofd haalde zich tegen de Duitsers te verweren.

Moffenmeiden als slachtoffers

De slachtoffers waar die mevrouw op televisie over sprak, behoorden echter geen van allen tot deze groepen. Nee, het ging om moffenmeiden. Nederlandse meisjes die tijdens de oorlog een liefdesrelatie waren aangegaan met Duitse militairen, die deel uitmaakten van de bezettingsmacht. Veelal ging het daarbij om gewone soldaten, maar te vaak helaas ook om hoge SS-officieren, die hun Nederlandse vriendinnetjes voorzagen van sigaretten, drank en zijden kousen.

Meteen na afloop van de oorlog werden deze meisjes, soms onder toeziend oog van de Binnenlandse Strijdkrachten, uit hun huizen gehaald en publiekelijk vernederd. Dat gebeurde door ze op straat kaal te scheren. Het moet inderdaad afschuwelijk zijn geweest voor de dames in kwestie. Zeker, omdat de meisjes, zoals de mevrouw op televisie uitlegde, vaak gewoon ‘verliefd’ waren geworden op de Duitse soldaten.

De moffenmeiden werden als het ware gestraft voor hun oprechte gevoelens. Als ik het goed begreep tenminste. En daarom is het nu tijd voor excuses. En wel van de Nederlandse regering, zo betoogde de mevrouw op televisie stellig en emotioneel.

Het was nog nooit in m’n hoofd opgekomen dat premier Rutte daar namens ons allemaal excuses voor zou moeten aanbieden.

Het is het zoveelste voorbeeld van de hypercorrectheid waarin we als samenleving terecht zijn gekomen. Allerlei kwesties die we decennialang ‘normaal’ vonden, worden nu in een gewijzigde context anders beoordeeld. Want hoe gruwelijk ook voor de moffenmeiden dat ze publiekelijk werden vernederd, het was nog nooit in m’n hoofd opgekomen dat premier Rutte daar namens ons allemaal excuses voor zou moeten aanbieden.

De twijfel sloeg genadeloods toe: Heb ik iets over het hoofd gezien toen ik het vernederen van moffenmeiden als een onvermijdelijk onderdeel van de vaderlandse geschiedenis aanvaardde? Immers deze behandeling van medemensen is inderdaad een vorm van barbaars volksoproer.

Is het wellicht terecht dat er nu bijna 75 jaar later om excuses wordt gevraagd? Is de berusting van vele Nederlanders – waaronder ikzelf – ten aanzien van de brute behandeling van moffenmeiden gebaseerd op een groot en afschuwelijk misverstand?

Noorwegen bood excuses aan

De Noorse premier vond van wel en bood onlangs excuses aan. Maar betekent dit dat Mark Rutte nu moet volgen? Verliefd worden op een Duitse militair, wie zijn wij om daarover te oordelen, zo lijkt de redenering terugkijkend op onze geschiedenis.

Maar hoe empathisch we ook zijn over het lot van de moffenmeiden, nu excuses maken veronderstelt ook een oordeel over het gedrag van hen die de schaar destijds hanteerden. Om nog maar te zwijgen over de mensen die erbij stonden te lachen. Is het wel aan ons om juist hen nu aan de schandpaal van de geschiedenis te slaan?

Laten we het morele oordeel over het handelen van een andere generatie daarom in dit geval overlaten aan de groep die de bezetting zelf meemaakte. Men besloot de moffenmeiden niet te lynchen, maar ze wel tijdelijk van hun waardigheid te beroven. En dat is ook in retrospectief best een proportionele straf voor in bed liggen met de vijand. Excuses zijn echt niet nodig.

Is het wel aan ons om juist hen nu aan de schandpaal van de geschiedenis te slaan?