Spring naar de content

Chris Aalberts: ‘Europarlement is verheven ambtenarij’

Journalist Chris Aalberts en lector Changing Role of Europe van de Haagse Hogeschool Mendeltje van Keulen presenteerden deze week het boek Wat doen ze daar eigenlijk? Over de werkzaamheden van volksvertegenwoordigers in het Europees Parlement (EP). Daarvoor interviewden ze twintig van de 26 Nederlandse Europarlementariërs. Op een terras spreekt HP/De Tijd met Chris Aalberts. Over de totstandkoming van het boek, en zijn visie op het Europese parlement.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Berend Sommer

De sfeer zit er direct goed in. “Als ik op zo’n terras zit, zie ik: God ik ben natuurlijk de enige die hierover nadenkt, want de rest van het terras denkt dat ze in Brussel ook gewoon aan het borrelen zijn.”

Wanneer zijn jullie op het idee gekomen voor dit project?

“Een half jaar geleden, het plan is al iets ouder maar we zijn er in november mee begonnen. Het is in een paar maanden gedaan. Het was ontzettend veel werk. Het heeft ook geholpen, want voor het eerst snap ik zelf ook wat daar gebeurt.”

Maar je schreef al jaren blogs over Brussel op The Post Online. Begreep je het toen niet?

“Nou, dit boek gaat eigenlijk over iets anders. Het EP heeft eigenlijk twee kanten: publiek en de achtergrond. Bij Bruslog (de naam van zijn blog op TPO.nl, red.) schreef ik alleen over de publieke kant, en heb ook nooit de pretentie gehad om eens achter de schermen te kruipen, daar had ik het netwerk ook niet voor. Dit boek breekt daar mee, en is een poging om erachter te komen wat parlementariërs nou eigenlijk achter de schermen doen.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

“Mendeltje en ik zijn langs de Europarlementariërs gegaan met de vraag: wat heb jij nou bereikt? De grote vraag is of het niet alleen pr-praatjes van Europarlementariërs zijn. Je zou eigenlijk nog langs allemaal andere mensen moeten gaan en vragen of het ook klopt – maar daar heeft niemand tijd voor. Hoe kom je erachter in hoeverre een parlementariër goed is, of inwisselbaar? Zoiets onderzoeken kost echt heel veel capaciteit. Wat wij hebben gedaan is het hoogst haalbare als je wilt weten wat Europarlementariërs hebben gedaan.”

Jullie hebben er twintig gesproken. Viel het mee of viel het tegen?

“Ik wil wel verdedigen dat Europarlementariërs inhoudelijk nuttig werk doen. Vanmorgen sprak ik een politicoloog op een receptie, die zegt dan: ‘Het Europees Parlement, daar hebben ze de hele dag feestjes.’ Dat laat wel iets zien over hoeveel invloed mijn eerdere stukjes over de publieke kant hebben. Maar het zegt weinig over de inhoud van het werk.

“Een voorbeeld: Agnes Jongerius heeft gewoon hard haar best gedaan om aan de detacheringsrichtlijn te werken. Maar we zien haar nooit meer op televisie. Maar de realiteit is dat het als Europarlementariër weinig zin heeft om op televisie te komen, het heeft meer zin om amendementen te schrijven.

“Europarlementariërs lopen wel voor hun geld, dat is goed. Het slechte is, zoals ook Matthijs van Miltenburg (D66) zegt: ‘Als je vijf jaar wilt duiken voor wetgevende dossiers, dan kan dat prima.’ Dat is de kern van het probleem.”

Is dat anders dan het Binnenhof?

“Ja. Op heb Binnenhof heb je natuurlijk ook backbenchers, maar dan kun je hun debatten wel volgen, en aanspreken. De enige manier bij het EP om iets te bereiken is meeschrijven aan wetsvoorstellen, dat gebeurt allemaal buiten het zicht om. Dan neemt ook de interesse van het publiek af. Bij goede politiek kun je zien wie wat in gang zet, en daar is bij het EP volstrekt geen sprake van. Ook na dit boek niet.”

Als je niet kunt nagaan wat er gebeurt. Kun je het dan wel politiek noemen?

“Het is verheven ambtenarij. De vraag is: waar begint de politiek en waar eindigt de ambtenarij? Die grens ligt in Brussel anders dan in Nederland. In Brussel komt de Europese Commissie met een voorstel en dan pas kunnen Europarlementariërs eraan gaan sleutelen. Dan blijft er van de oorspronkelijke tekst bijvoorbeeld maar 5 procent over. De rest is herschreven. En iedereen kan meedoen, want er is geen Europese regering. Dan krijg je een heel diffuus traject, waarin iedereen een beetje zijn zin krijgt.

“Een ander probleem is dat alle onderhandelingen achter gesloten deuren plaatsvinden. Zowel bij de Europese raad en bij het Europarlement. Dan heb je ook nog zogenaamde trilogen, vergaderingen tussen delegaties van de Commissie, de Europese Raad en het Parlement, die ook weer achter gesloten deuren worden gehouden. Volg jij het nog?

“Transparantie zou wel helpen. Nu moeten we Esther de Lange (CDA) maar op haar ogen geloven dat ze streng is geweest bij onderhandelingen over migratie. En wat heeft Kati Piri (PvdA) als Turkijerapporteur nou precies bijgedragen aan onderhandelingen? Deed ze het echt goed of viel dat tegen? We weten het niet.

“Het wetgevingsproces kan natuurlijk ook openbaar gemaakt worden, maar is het dan wél te volgen? In theorie wordt het dan beter controleerbaar, maar dan is het nog steeds veel te ingewikkeld. Al die overleggen worden op elkaar gestapeld, en dan volgt onvermijdelijk een compromis. Wat we nu zien is alleen de uitkomst en dat de PVV het er niet mee eens is. Iedereen in de coalitie krijgt een beetje zijn zin. Behalve de mensen die hierop tegen zijn. Die krijgen nooit wat.”

Dus eurosceptici die tegenwerken worden gewoon overgeslagen?

“Dat is wel mijn stelling. Derk Jan Eppink (lijsttrekker van Forum voor Democratie, red.) kan wel zeggen dat hij met blokkerende minderheden wil gaan werken, maar als je geen meerderheid hebt, dan heb je een probleem. En hij wil niet samenwerken met Le Pen. Nou dat schiet niet op. Ik voorspel dat we over vijf jaar horen dat het allemaal kut is in Brussel en dat Eppink niets voor elkaar heeft gekregen. En dan kunnen we niet toetsen of hij een poging heeft gedaan of dat hij vijf jaar aan de cognac heeft gezeten. Daarom wilden de PVV’ers niet meewerken aan ons boek. Die kunnen niet uitleggen wat ze in het EP gedaan hebben.”

De PVV wilde niet meewerken.

“Het zegt alles over ze. Auke Zijlstra had een afspraak met me, bleek dat een voorgesprek te zijn. Vervolgens heeft de PVV-fractie erover vergaderd. Ze wisten van elkaar niet of ze herkiesbaar waren voor het EP, maar ze hebben wel over dit boek vergaderd!

Europarlementariër zijn voor de PVV is een heerlijk baantje, af en toe een filmpje maken van je eigen speech. En af en toe komt er een journalist langs, en vertel je dat de EU kut is. Hoe kom je er je bed voor uit? Ze doen militant, maar ze zijn het niet. Ze vinden wel wat ze zeggen, maar ze doen niet hun best om echt iets te bereiken. Dat hebben ze opgegeven.”

Wie wel opviel was Judith Sargentini. Ze rapporteerde over de Hongaarse rechtsstaat, en wist een meerderheid in het EP te krijgen voor een artikel 7-procedure om de Hongaarse regering te straffen. Toch keert ze niet terug in het EP. Waar ligt dat aan?

“Iedereen weet dat die sancties er niet komen. Punt. Ik vind Sargentini wel goed, en dit moest ook over Hongarije gezegd worden. Er worden minderheden onderdrukt. De pers is niet meer vrij. Die meerderheid in het EP is wel gelukt en nu zijn we ons wel bewuster geworden. Maar dat vind ik zelf altijd een zwak resultaat: bewustwording. Daar ging het aanvankelijk natuurlijk niet om.

Eigenlijk was Sargentini niet zo geslaagd. Ze was eerst fractievoorzitter, nu niet meer. Er was een conflict, maar niemand weet waarom. Ze heeft onhandige dingen gezegd over vluchtelingen. Dat is omgeslagen na dat Hongarije-rapport. Haar naam is gevestigd. Ze gaat op het hoogtepunt weg. Groot gelijk!

Dit succes is ook wel afhankelijk van toeval. Hoe word je rapporteur? Dat je zo’n rapport op je bord krijgt, dat is het succes al. Dat geldt ook voor Kati Piri als Turkijerapporteur. Het feit dat we haar en Sargentini kennen en Matthijs van Miltenburg niet, ligt dat aan Matthijs van Miltenburg? Nee. Die doet ook zijn werk goed. Hij kwam ook slecht binnen, naast drie al zittende succesvolle D66 Europarlementariërs. Dan speel je vierde viool.

Het was ook lastige ploeg. Dat zie je ook aan de lijsttrekker, Sophie In ’t Veld. De pitch van Sophie aan de leden was: maak me nog eens lijsttrekker, ik ben effectiever dan Marietje Schaake, want ik heb meer ervaring. Maar als dat zo belangrijk is, hoe kun je dan verantwoorden dat er nu vooral mensen op de lijst staan zonder ervaring? Leg mij nou eens uit waarom die Matthijs van Miltenburg niet terug mag komen, met vijf jaar ervaring, en Samira Rafeala (no.3 van D66, red.) zonder ervaring wel binnenkomt.”

Ook de Partij voor de Dieren kiest voor routine.

“Anja Hazenkamp, draag me weg! Die sojamelk van Anja Hazenkamp! Dat moet in ieder interview: Er is sojamelk in de restaurants van het EP, omdat Hazekamp daar heel vaak over heeft gezeurd. Fantastisch resultaat van de Partij voor de Dieren, en nu is ze weer lijsttrekker…”

En hoe denk je over Malik Azmani. Waarom kiest de VVD hem als lijsttrekker?

“De VVD vindt de zittende Europarlementariërs bij de VVD kennelijk niet geschikt, want anders maken ze een van hen wel lijsttrekker. Kennelijk wordt het niet eens niet overwogen. Azmani kan het in Den Haag wel goed doen, maar VVD en D66 werken samen in de ALDE (de liberale fractie in het EP, red.). Als VVD en D66 beide 3 zetels halen, weet ik wel wie daar straks de baas is: Sophie in ’t Veld, niet Azmani. Hij heeft helemaal geen positie daar!”

Frans Timmermans voert nu campagne om de EU te hervormen. Is de EU te hervormen?

“Als de eurosceptici een meerderheid halen in het EP, dan stopt het beleidsproces gewoon. Dan krijg je niets er meer doorheen. Dat kan. Je kunt ook beter en vooral duidelijker afspreken waar je wel en niet iets over mag zeggen als EU. Dat lijkt me het verstandigst.

Nationale regeringsleiders bepalen nu de grenzen. Er wordt wel gesproken over Europees migratiebeleid, maar dat gaat er niet komen. Wij willen niet dat anonieme bureaucraten in Brussel beslissen hoeveel mensen we hier toelaten. Je wil je politici aanspreken op migratie, en als je migratiepolitiek Europees maakt, kun je politici nog maar nauwelijks aanspreken.

Met de euro kunnen wel grote ongelukken gebeuren, dat is volgens mij gewoon waar. Op den duur gaat het niet goed met Italië, en met Frankrijk trouwens ook niet. Daar moet iets gebeuren. FvD heeft daar gelijk in. Klaar. Iedereen weet eigenlijk wel dat dat klopt. Maar daar gaan die Europese verkiezingen niet over! Het zou eigenlijk over die gedetailleerde wetsteksten moeten gaan, maar zie jij Jan Huitema (VVD) de nitraatrichtlijn al uitleggen aan Jeroen Pauw?”