Spring naar de content

‘Once Upon A Time… In Hollywood’ is ode aan Brad Pitts doorleefde kop

Nico van den Berg bespreekt deze week de langverwachte nieuwe film van Quentin Tarantino: Once Upon A Time… In Hollywood.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Nico van den Berg

Once Upon A Time… In Hollywood. De titel doet denken aan een sprookje. Maar dan wel één volgens Quentin Tarantino. Dus dat betekent een nostalgische kijk op het Los Angeles van 1969, maar dan vermengd met krankzinnige geweldsexplosies, een flinke dosis zwarte humor en eindeloze verwijzingen naar de film- en popcultuur. Want Once Upon A Time… In Hollywood verwijst ook nog eens naar twee filmklassiekers van Tarantino’s held Sergio Leone: de spaghetti-westerns Once Upon A Time In The West en Once Upon A Time In America. Niets nieuws eigenlijk, want ook in zijn acht vorige films zien we dezelfde mix van geweld, humor en verwijzingen terug. Maar zolang Tarantino laat zien dat hij het filmmaken als geen ander beheerst, hoor je mij niet klagen.

Tarantino’s eerdere films als Pulp Fiction, The Hateful Eight en Jackie Brown waren al aardig gevuld met verwijzingen naar muziek en oude films. Bij Once Upon A Time… In Hollywood heeft hij niet slechts een greep gedaan uit de bak met nostalgie, hij heeft de hele inhoud in een keer over de film heen gekieperd. Voor de echte cinefiel is dit waarschijnlijk de filmhemel, terwijl de gewone kijker – zeker de niet-Amerikaan – hier nauwelijks een boodschap aan heeft. En dan dringt de vraag zich op: zit er onder het nerd-laagje aan filmtrivia nog een goede film verborgen? Het antwoord is helaas geen volmondig ‘ja’.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

Het is voor het eerst dat Leonardo DiCaprio en Brad Pitt samen in een bioscoopfilm te zien zijn

Het hoogtepunt van Once Upon A Time… In Hollywood is zonder enige twijfel de chemie tussen hoofdrolspelers Leonardo DiCaprio en Brad Pitt. Het is voor het eerst dat deze twee acteerkanonnen samen in een bioscoopfilm te zien zijn, maar als je ze samen in een scène ziet spelen, is het net alsof ze hun hele leven al een acteerduo vormen. De film draait om de vriendschap tussen de verlopen acteur Rick Dalton (gespeeld door DiCaprio) en zijn stuntdubbel Cliff Booth (gespeeld door Brad Pitt). De gloriedagen van Dalton liggen in 1969 ver achter hem. Ooit was hij een grote ster in de tv-serie Bounty Law, maar nu moet hij bedelen om elk klein rolletje. Maar om zichzelf nog een echte filmster te wanen, laat hij zich rondrijden met zijn vriend en werkpartner Booth als chauffeur. Het liefst scheuren ze over Hollywood Boulevard, langs alle bioscooppaleizen waar Dalton maar al te graag op het witte doek te zien wil zijn.

Een tweede verhaallijn gaat over de buren van Dalton: een beroemd stel bestaande uit filmregisseur Roman Polanski (gespeeld door Rafal Zawierucha) en zijn vriendin Sharon Tate (Margot Robbie). Ook in werkelijkheid was dit één van de meest bekende koppels in Hollywood, in tegenstelling tot Dalton en Booth die door Tarantino bij elkaar verzonnen zijn. En dan is er tot slot nog een groep vrouwelijke hippies die in de ban zijn van sekteleider Charles Manson. Ik verklap niets als ik zeg dat de hele film toewerkt naar het moment dat deze drie verhaallijnen elkaar kruisen. Maar ook hier moet je aardig wat voorkennis hebben om te snappen waar Tarantino met het verhaal naartoe wil. En als de ‘Manson Family’ je totaal niets zegt, dan snap je ook niet wat er zo bijzonder is aan het spectaculaire einde, waar Tarantino een eigen draai geeft aan de geruchtmakende en echt gebeurde moord op Sharon Tate door Charles Manson.

De vergankelijkheid van Hollywood, samengebald in één gezicht

Met al dit soort verwijzingen waar de film mee is dicht geplamuurd, kan het een doodvermoeiende kijkervaring worden. Terwijl ook het verhaal zelf niet heel veel om het lijf heeft. Het is niet meer dan een kapstok om een langgerekt geromantiseerd beeld van het oude Hollywood van 1969 neer te zetten. Once Upon A Time… In Hollywood duurt maar liefst 161 minuten en helaas zitten hier ook een aantal matige scènes bij die regelmatig de vaart en energie uit de film halen. Zo heeft Al Pacino een leuke cameo, maar voor de film is die volstrekt overbodig. En wat de lange dansscène van Leonardo DiCaprio in de film te zoeken heeft, is me een raadsel.

Daartegenover staan dan weer genoeg bijzondere pareltjes. Zo is er een prachtige scène waarin Margot Robbie als Sharon Tate in een art-deco bioscoop ontroerd naar haar eigen film kijkt. En Brad Pitt had nog niet eerder zo’n mooie oude kop, met een doorgroefde huid waar niets lijkt weggeretoucheerd. De vergankelijkheid van Hollywood, samengebald in één gezicht.

Het is in dit soort momenten dat de magie van Tarantino nog steeds werkt. Net als de mooi gefilmde autoritten waar we als kijker op de achterbank mee mogen rijden, terwijl Hollywood Boulevard zoals dat er in 1969 uitzag, aan ons voorbij glijdt. Zonder special effects trouwens. Het kenmerkt Tarantino als filmliefhebber en vakman. Echt boven nep. En ook een mindere Tarantino is nog altijd een feest voor elke filmliefhebber. Ook als de filmvragen in Trivial Pursuit niet je sterkste kant zijn.

Once Upon A Time… In Hollywood’ draait vanaf donderdag 15 augustus overal in de bioscoop. EYE Filmmuseum in Amsterdam vertoont de film als enige in Nederland ook op 35mm.