Spring naar de content
bron: anp

Kuzu ‘vrijgepleit’ van #MeToo, maar wat onderzocht men eigenlijk?

Dit weekend maakte DENK in een persbericht bekend dat Kamerlid Tunahan Kuzu volledig is vrijgepleit van de beschuldiging dat hij een vrouwelijk lid van de partij ‘grensoverschrijdend’ heeft bejegend. Men baseert zich daarbij op ‘forensisch’ onderzoek van bureau Intégis. Maar klopt deze conclusie wel, vraagt Ton F. van Dijk zich af.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Ton F. van Dijk

Een opgeluchte Kuzu zegt in het persbericht van DENK: “De afgelopen tijd was de moeilijkste uit mijn leven. Het sterkt mij dat uit onafhankelijk onderzoek blijkt wat ik vanaf het begin al heb gezegd, namelijk dat de beschuldiging pertinent onwaar is.”

Kuzu baseert zich daarbij op een onafhankelijk ‘forensisch’ onderzoek van Intégis, een bureau dat is ‘gespecialiseerd’ in het onderzoeken van gecompliceerde beschuldigingen van grensoverschrijdend gedrag, zo bevestigt Bart Bruin van het onderzoeksbureau. 

In het persbericht van DENK lezen we: “De conclusie van het extern en onafhankelijk onderzoek van Intégis is helder. ‘Grensoverschrijdend’ gedrag zijdens Tunahan Kuzu is niet vast te stellen. Intégis constateert onder meer dat er géén aangifte is gedaan en ook géén medewerking is verleend aan dit onderzoek door de betreffende vrouw. “

Intégis constateert onder meer dat er géén aangifte is gedaan en ook géén medewerking is verleend aan dit onderzoek door de betreffende vrouw.

Persbericht DENK

Niets aan de hand dus, zo klinkt het uit de partijburelen van DENK. Eindelijk klare wijn aldus fractievoorzitter Farid Azarkan: “Het is goed dat er nu duidelijkheid is en vaststaat dat de beschuldiging niet gestaafd kan worden.”

Case closed. Of toch niet?

Het was politiek belanghebbende Farid Azarkan zelf die namens DENK onderzoeksbureau Intégis inhuurde om de vraag te beantwoorden of er in de buurt van het partijbureau in Rotterdam een ‘grensoverschrijdend’ incident heeft plaatsgevonden, zoals de vrouw in kwestie zegt.

Een serieuze kwestie als het waar is, maar ook als het een valse beschuldiging betreft. Om die reden adviseerde Kamervoorzitter Khadija Arib eerder om aangifte te doen tegen Kuzu.

Grote vraag: hoe onderzoek je een beschuldiging van een mogelijk strafbare gedraging van een politicus, waarbij – anders dan de vrouw die de beschuldiging uit – niemand aanwezig is geweest? Het klassieke #MeToo-dilemma.

Hoe onderzoek je een beschuldiging van een mogelijk strafbare gedraging van een politicus, waarbij – anders dan de vrouw die de beschuldiging uit – niemand aanwezig is geweest?

Er zijn in deze kwestie geen getuigen én er is geen blauwe jurk met spermavlekken zoals destijds het geval was in het onderzoek naar de relatie tussen de Amerikaanse president Bill Clinton en Witte Huis-stagiaire Monica Lewinsky. Op voorhand een klassieke he said-she said, die uiteindelijk werd beslecht door forensisch bewijs in de vorm van de jurk van Lewinsky met daarop het DNA van de president. 

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

En nu zou volgens Kuzu dus – op basis van ‘forensisch’ onderzoek door bureau Intégis – blijken, dat de ernstige beschuldiging tegen hem ‘pertinent onwaar’ is.

Of deze conclusie afkomstig is uit het onderzoeksrapport van onderzoeker Bart Bruin weten we niet, maar die indruk wordt in het persbericht van DENK wel gewekt. Vast staat echter dat ook onderzoeker Bart Bruin van Intégis er niet bij was toen het vermeende incident plaatsvond. 

Bruin, van huis uit accountant, moest het dus doen met de feiten die bekend zijn: geen aangifte, geen getuigen én de vrouw in kwestie wilde volgens het persbericht van DENK niet aan het onderzoek meewerken.

Tel daarbij op de ontkenning van Kuzu (hij geeft toe een buitenechtelijke affaire met de vrouw te hebben gehad) en de belangrijkste conclusie van ‘forensisch’ onderzoek moet wel zijn: er is geen bewijs voor een grensoverschrijdend en mogelijk strafbaar incident.

En dat was wellicht ook de beoogde uitkomst van de beperkte onderzoeksvraag die door Azarkan werd geformuleerd. Hij wilde van Intégis alleen weten of er een incident heeft plaatsgevonden tussen Kuzu en de vrouw, waarbij hij vooraf al kon vermoeden wat een dergelijk onderzoek inhoudelijk zou opleveren. Dit omdat hij in 2018 uitgebreid met de vrouw over haar beschuldiging sprak en dus gedetailleerd op de hoogte was van haar ‘verhaal’.

En dat was wellicht ook de beoogde uitkomst van de onderzoeksvraag die door Azarkan zorgvuldig werd geformuleerd

Logischerwijs heeft Intégis geen fundamenteel nieuwe inzichten opgeleverd: Er is een vrouw die een beschuldiging uit én er is een bekend politicus die deze beschuldiging tegenspreekt.

De vraag is of een integer bureau een dergelijk beperkt onderzoek, waarbij de uitkomst eigenlijk al vaststaat – en dat vervolgens politiek wordt ‘gebruikt’ om Kuzu in een ronkend persbericht ‘vrij te pleiten’- wel zou moeten uitvoeren.

HP/De Tijd beschikt over de schriftelijke reactie van de vrouw op het verzoek van Intégis om mee te werken aan het onderzoek. Daaruit blijkt dat zij Bart Bruin (na consultatie van haar advocaat) heeft laten weten wel degelijk te willen meewerken aan een onderzoek, maar alleen als daarin ook de aard van de ongelijkwaardige relatie die zij had met Kuzu zou worden betrokken. Ook wilde zij dat zou worden gekeken naar de rol van Kamerleden Azarkan en Öztürk. 

Azarkan, omdat zij hem al geruime tijd geleden uitgebreid persoonlijk informeerde over het ‘grensoverschrijdende incident’. Maar deze daar nooit meer bij haar op terug kwam en ook voor haar geen zichtbare vervolgstappen zette. 

Öztürk omdat deze haar beschuldiging twee jaar na dato ‘gebruikte’ om van Kuzu af te komen als politiek leider van DENK zonder ooit met haar over de zaak gesproken te hebben.

De wijze waarop een volwassen politieke partij omgaat met een ernstige beschuldiging van grensoverschrijdend gedrag is relevant en zegt iets over de integriteit van de betrokken politici en zou dus deel moeten uitmaken van een onderzoek, zo luidt de redenering van de betrokken vrouw.

De wijze waarop een volwassen politieke partij omgaat met een ernstige beschuldiging van grensoverschrijdend gedrag is relevant

Het verzoek van de vrouw om een breder onderzoek werd door Intégis niet gehonoreerd omdat de door Azarkan geformuleerde onderzoeksopdracht dit niet toeliet. Zij besloot daarom niet mee te werken aan het onderzoek in opdracht van Azarkan, die een direct politiek belang heeft bij de uitkomst van het onderzoek. Informatie die ontbrak in het persbericht van DENK.

De vaststelling van Tunahan Kuzu in datzelfde persbericht (op basis van ‘forensisch’ onderzoek) dat hij ‘pertinent’ vals wordt beschuldigd is dus net zo waar als de uitspraak dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan een ernstig strafbaar feit. De enige conclusie is dat niemand weet of en wat er precies is gebeurd in een donker steegje in Rotterdam, behalve Kuzu en de vrouw in kwestie.

Belangrijk is dan ook dat er een breder onderzoek plaatsvindt naar de wijze waarop Tweede Kamerleden Azarkan, Öztürk en Kuzu een delicate #MeToo-kwestie (en de belangen van een individuele klaagster) hebben ingezet voor een politieke afrekening en of dat past bij hun rol van gekozen volksvertegenwoordigers.

Intégis had er daarom beter aan gedaan dit ‘forensisch’ onderzoek met vaststaande uitkomst – uitsluitend bedoeld voor politieke doeleinden – aan zich voorbij te laten gaan.

Word lid van HP/De Tijd