Spring naar de content

Een kleine overwinning op het kapitalisme, deel II

De vuilnisbergen groeien de hemel in, de kringlopen puilen uit, wij gooien dingen te snel weg. Wij moeten de kunst van het repareren in ere herstellen, schreef Jan Kuitenbrouwer twee weken geleden. Deze week het vervolg van zijn avonturen als reparatieamateur. 'Als niemand ter wereld dit nog kon repareren, kon ik het net zo goed weggooien. Of zelf eens kijken.'

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Kuitenbrouwer

In 2007 zeilde ik met vrienden de Atlantische Oceaan over, van Europa naar Amerika. Bij de voorbereiding leerde ik dat er zeilhorloges bestaan, uitgerust met een barometer, een kompas, GPS, een countdowntimer voor races en tegenwoordig zelfs een kaartplotter. Het meest geavanceerde was destijds de Tissot T-Touch, het eerste horloge waarvan het glas een aanraakscherm is. Zo kon je, waar je ook was op het schip, de weersvoorspelling of koers controleren. Of, meer op mij als hofmeester van toepassing, in een vreemde havenplaats een boodschap doen zonder te verdwalen.

Wij voeren eerst van de Canarische naar de Kaapverdische eilanden, om van daaruit over te steken richting Barbados. De haven van Sao Vicente is ondiep, er zijn geen steigers of moorings, de beste manier om aan te leggen is om vanuit een bijbootje je anker uit te gooien, iets dat ik nooit eerder gedaan had. Ik maakte een vreemde buiteling, ging met anker en lijn het water in en toen ik weer bovenkwam was m’n horloge weg. Opduiken was kansloos, zeiden de ervaren zeezeilers. Mijn mooie nieuwe horloge, aan het begin van de reis al weg, ik kon het niet hebben. Terwijl de anderen naar de jachtclub gingen bleef ik duiken. ‘Dit is de laatste’, dacht ik bij de tiende poging. En daar lag het, half onder het zand. Het ving net wat zonlicht.

Paywall

Wilt u dit artikel lezen? Word abonnee, vanaf slechts 5 euro per maand.

Lees onbeperkt premium artikelen met een digitaal abonnement.

Kies een lidmaatschap