Spring naar de content
bron: AP Photo/Ethan Swope

Er is niets om hoopvol over te zijn

Vanuit zijn woonplaats Genua beschouwt Ilja Leonard Pfeijffer wekelijks een onderwerp dat het Nederlandse nieuws beheerst. Deze week: er is niets om hoopvol over te zijn. Niet over het klimaat, niet over de politiek en niet over de maatschappij. “De contouren van een mogelijke burgeroorlog tekenen zich af in vrijwel alle westerse landen, inclusief Nederland.”

“Heb jij hoop?”, vroeg Radna mij in de binnentuin van hotel ’t Sandt in Antwerpen. 

Ik had net die ochtend een oud interview gelezen met de Britse schrijver Richard Powers, waarin hij zegt: “Hoop bieden is wel een probleem. Laten we wel wezen: waar kunnen we op hopen, waar willen we op hopen en waar zouden we op moeten hopen? Hopen op iets dat hopeloos is kan niet. Hoe kun je hoop bieden aan een individualistische, kapitalistische, door de markt bepaalde samenleving? Hoe moet je dat doen? En waarom zou je dat willen? We leven in een ziek land, er is niets om hoopvol over te zijn.” Dat citeerde ik. 

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

Radna glimlachte tevreden. “Precies”, zei ze. 

Alles in deze column is waargebeurd, behalve dan dat ik Powers niet letterlijk kon citeren. Ik had het interview die ochtend niet uit mijn hoofd geleerd, dat doe ik zelden of nooit, dat is niet mijn gewoonte met interviews van buitenlandse collega’s. Maar de strekking had ik goed onthouden. Ik heb het interview er nu even bij gepakt om de uitspraak netjes over te typen. Het is niet eens zo heel oud. Het gaat om een interview dat hem door Toef Jaeger van NRC Handelsblad is afgenomen op 6 december 2018, naar aanleiding van zijn vorige roman, Tot in de hemel (The Overstory). 

Ik zie nu dat Powers zijn opvatting adstrueert. Die passage had ik niet paraat in de Antwerpense binnentuin, maar Radna en ik kwamen tot een vergelijkbare verklaring. “We zitten in een wereld die een overgang doormaakt”, zegt Powers, “omdat we niet meer kunnen leven zoals we deden. Maar hoe gaat die verandering verlopen, hoeveel zal er geleden worden? Iedereen heeft in z’n achterhoofd dat er een enorme catastrofe moet plaatsvinden, willen we onze leefwijze veranderen. Iedereen gaat vrolijk door alsof er niets aan de hand is, en dat is de staat waarin we nu verkeren. Sterker nog: we maken de pogingen tot verandering ongedaan. We kiezen mensen die roepen dat ze zich nooit zullen overgeven, we omarmen het idee dat we niets hoeven te veranderen.”

Populisme tiert welig. Parlementen schreeuwen en schimpen. Geen politicus ter wereld, behalve Pieter Omtzigt, is nog met de inhoud bezig

Hij heeft het over het klimaat. Maar dat is slechts een deel van het probleem. Om mijn hopeloosheid meer gewicht te geven zou ik hier in elk geval nog aan toevoegen dat de toenemende ongelijkheid, zowel tussen Nederlandse burgers als op een mondiale schaal tussen landen, een punt zal bereiken waarop opstand, revolutie of oorlog de enige rechtvaardige optie zal blijken. De sociale cohesie is verdampt. De contouren van een mogelijke burgeroorlog tekenen zich af in vrijwel alle westelijke landen, inclusief Nederland. Vooralsnog zijn het de contouren van schaduwen van schimmen, maar we kunnen ons steeds beter voorstellen dat deze ooit tot leven zouden kunnen komen. De politiek heeft geen antwoord op deze problemen. In Nederland is het politieke onvermogen pijnlijk zichtbaar geworden door de Toeslagenaffaire, door de mislukte reparatie van de Toeslagenaffaire en door de beschamende vertoning rond de kabinetsformatie. Populisme tiert welig. Parlementen schreeuwen en schimpen. Geen politicus ter wereld, behalve Pieter Omtzigt, is nog met de inhoud bezig. De democratie laat zich van haar slechtste kant zien, hetgeen een symptoom is van verval. Autocratische modellen zijn aan de winnende hand. De rechtsstaat brokkelt af waar we bij staan. Waarheid is onder een stortvloed van waarheden begraven. De wetenschap wordt niet meer geloofd. De contraverlichting doet ons met onze smartphone in de Middeleeuwen belanden. En dan hebben we inderdaad ook nog het klimaat, daar heeft Powers gelijk in. 

De kans dat de mensheid de komende decennia in staat zal blijken de klimaatverandering onder controle te krijgen en de planeet te redden is nul. Het is uitgesloten. Elke hoop daarop is valse hoop. Het is een gotspe dat wij als gehoorzame burgers geacht worden ons daar schuldig over te voelen. Zo wordt het geframed: als onze individuele verantwoordelijkheid. Ik ken iemand die de etiketten van de yoghurtbakjes weekt om het papier en het plastic gescheiden te kunnen weggooien. Ik ken iemand die zijn verwarming nooit meer aanzet. Ik ken iemand die het plastic laagje van het vetpapier trekt, hetgeen niet eens zo eenvoudig is. Het schuldgevoel over de klimaatcrisis dat ons als individuen is aangepraat, staat in geen enkele verhouding met de impact die wij als individuen hebben als je deze vergelijkt met de ecologische voetafdruk van landbouw, industrie en andere grote jongens. Maar om de geldmachines niet te hoeven stoppen wordt de verantwoordelijkheid voor het klimaat de burgers in de schoenen geschoven. 

Zo komen we nergens. Het kapitalisme systeem dat het probleem heeft gecreëerd met zijn irrationele geloof in eindeloze economische groei, is niet in staat het probleem op te lossen. Om werkelijk een kans te maken om onze planeet te redden moeten we ze snel mogelijk, liever nu dan in de komende jaren, af van het kapitalisme en wereldwijd een omslag maken naar een model van economische krimp, waarin we doelbewust steeds minder produceren, steeds minder consumeren en steeds minder geld verdienen. Dat is de enige manier en dat gaat niet gebeuren. 

Het schuldgevoel over de klimaatcrisis dat ons als individuen is aangepraat, staat in geen enkele verhouding met de impact die wij als individuen hebben als je deze vergelijkt met de ecologische voetafdruk van landbouw, industrie en andere grote jongens

Ik zeg het verkeerd. Het gaat wel gebeuren. Dit is een column die waar te gebeuren staat. Print hem maar uit en citeer hem over een paar decennia in een overstroomde, tropische binnentuin in Antwerpen. Het zal zeker gebeuren, maar het zal te laat zijn en het zal niet gezellig worden. Powers zegt dat we in een overgangsfase zitten. Dat is nog te optimistisch uitgedrukt. We bevinden ons in de nadagen van Late Capitalism. De overgangsfase is wat hierna komt. De overgangsfase moet nog beginnen en zal gepaard gaan met bloed, zweet, tranen, geweld, verlies en algehele hopeloosheid. 

Dit zei ik. Radna glimlachte tevreden. “Precies”, zei ze.