Spring naar de content
bron: eddy murphy als rasputia in norbit

Roomblanke NRC-redacteuren bedachten Olave: een non-binaire transfemme queer veganschrijfster van kleur

Arthur van Amerongen denkt dat schrijfster Olave Nduwanje helemaal niet bestaat, maar bedacht is tijdens een uit de hand gelopen vrijdagmiddagborrel op de redactieburelen van NRC Handelsblad.

Gepubliceerd op:
Geschreven door: Arthur van Amerongen

Ik begin mijn dag altijd met Pornhamster, de Mediacourant, de GeenStijl, de Correio da Manhã en Le Monde Diplomatique maar vanochtend werd ik bij het krieken van de dageraad gegrepen door een noodkreet in het digitale NRC Handelsblad. 

Normaal drink ik kort na het opstaan altijd een paar bakkies hele straffe koffie en rook ik een sigaar ter bevordering van de stoelgang maar dat was niet meer nodig. Zelden floepte een bolus er zo makkelijk uit. Plons, deed ie, en het bleef nog lang onrustig in het riool van de oostelijke Algarve. 

Het Handelsblad heeft maar liefst 101 geweldige literaire talenten in de krochten van inclusief Nederland ontdekt en één daarvan is Olave Nduwanje.

Deze activiste – die voorheen Basabose van achteren heette maar dat klonk kennelijk niet exotisch genoeg – is zwart, veganist, non-binaire trans femme, queer, feminist en Umurundikazi met een alcoholprobleem. Ze is geboren in Burundi, als kind van een zakenman en een prinses, maar groeide straatarm op in Oostzaan en is nog steeds straatarm getuige deze passage uit haar klaagzang, die exclusief voor het legioen zwarte lezers van het NRC bestemd is.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

“Ik moet blijven schrijven omdat ik het geld nodig heb. Het leven is duur, ik heb veel schulden. En ik weet niet wanneer de belangstelling voor mijn perspectief, het geduld met mijn activistische toon, de welwillendheid tegenover mijn literaire zwakten zal vervangen. Hoe lang kan ik nog rekenen op de bereidheid van redacteurs, programmamakers en uitgevers om mij te betalen voor mijn schrijven? Nee, ik moet deze deadline gewoon halen. O jee, nog een bekentenis: ik schrijf voor het geld.”

Taaltechnisch gezien vind ik het raar om te openen met: “Ik moet blijven schrijven omdat ik het geld nodig heb” om de alinea vervolgens te eindigen met “O jee, nog een bekentenis: ik schrijf voor het geld.”

Dat is dubbelop, poes, en daarom is het effect van die laatste woordjes jammerlijk verdwenen. Zo wordt het nooit wat met het crowdfunden. 

Enfin, Bartje bad niet voor bruine bonen en Nduwanje schrijft niet voor witte lezers maar louter voor de pecunia.

Mijn probleem met mijn kunstzuster Olave (die dus naarstig op zoek is naar een sugardaddy, kleur en gender onbelangrijk want pecunia non olet) is haar titulatuur

Ik vind dat heerlijk schaamteloos en ik ben benieuwd hoeveel abonnees van kleur van het NRC deze cri de coeur annex bedelbrief lezen en hun zwarte zuster in nood daadwerkelijk gaan meceneren.

Ik krijg vaak te horen dat ik veel moeilijke woorden gebruik in mijn preek en zal daarom uitleggen wat meceneren is.

Mecenaat betekent zoveel als ‘bescherming en financiële begunstiging van kunsten en wetenschappen’ en een mecenas is iemand die geld beschikbaar stelt voor het maken of behouden van kunst. Je zou een mecenas ook een suikeroom kunnen noemen. Of suikertante natuurlijk.

Het woord mecenas is een zogeheten eponiem: een woord dat teruggaat op de naam van een persoon. In dit geval gaat het om Gaius Cilnius Maecenas (65-8 v.Chr.), een raadgever van de Romeinse keizer Augustus. Maecenas ondersteunde verschillende kunstenaars, onder wie de dichters Horatius en Vergilius, in materieel en financieel opzicht. In ruil daarvoor droegen zij veel van hun werken aan hem op.

Mijn probleem met mijn kunstzuster Olave (die dus naarstig op zoek is naar een sugardaddy, kleur en gender onbelangrijk want pecunia non olet) is haar titulatuur. Ik bedoel: als je jezelf moet etaleren als zwart, veganist, non-binaire trans femme, queer, feminist en Umurundikazi met een alcoholprobleem, dan zou een normaal persoon toch denken: ‘What the fuck? Heeft dat mens nog wel de tijd om te schrijven, met al die rare hobby’s?’

Met terugwerkende kracht verlang ik weer naar de gewone blanke heteroseksuele schrijver zoals Harry Mulisch, die een coherent verhaal schrijft zonder al dat gendergeneuzel.

In het vliegtuig van Amsterdam naar Faro las ik van de week eindelijk Siegfried van Harry Mulisch, een best geestig en knap geconstrueerd novelletteke met een slecht bedacht einde. Met terugwerkende kracht verlang ik weer naar de gewone blanke heteroseksuele schrijver zoals Har, die een coherent verhaal schrijft zonder al dat gendergeneuzel.

Het probleem van Olave is dat ze niet kan schrijven. Evenmin als Babah Tarawally en de Sinterklaasdichter des Vaderlands, Jerry Afriyie.

Wat dat betreft schaar ik mij geheel achter Jamal Ouariachi, die geen spaan heel liet van de verhalenbundel Zwart waarin Olave en andere literatoren van kleur schitteren. 

Toen dacht ik tijdens mijn tweede toiletbezoek deze stralende ochtend in de Algarve dat die hele Olave helemaal niet bestaat! Vijf roomblanke NRC-redacteuren (m/v) bedachten dit personage tijdens een uit de hand gelopen vrijdagmiddagborrel, zoals mijn geestelijke vader Martin van Amerongen ooit na een fles oude jenever en ettelijke pilsen Ingenieur Schuringa bedacht.

NRC Handelsblad is van oudsher een wit bolwerk en op de jaarlijkse braai van de Afrikaner Weerstandsbeweging in Ventersdorp lopen meer personen van kleur rond dan op de redactie van genoemde courant. De NRC-bazen willen veel meer abonnees in de Bijlmer en andere kansenwijken van kleur en niet-westerse religies. De vijf spierwitte inktkoelies bedachten daarom het typetje Olave om een wit voetje te halen bij het Mediahuis te Belgikistan. Maar goed, ik dacht ook van Babah Tarawally dat die verzonnen was door een blank redacteuren-collectief en die blijkt warempel echt te bestaan al moet hij (of zij, ik weet het ook niet meer) hoognodig een nieuwe ghostwriter inhuren.

Toen dacht ik: dat idee van buikspreekpop Olave hebben ze gejat van Nora!

Nora was een schattig salafistisch lokpubermeisje, bedacht door een paar oude kwijlende muzelmannen.

Ik heb toen meteen de kliklijn van de Landelijke Zedenpolitie gebeld en Enis Odaci aangegeven. Mijn beloning was 7 euro 50 cents. Kijk, meneer Geppetto was natuurlijk de vader van ons aller Pinokkio maar dat is gewoon een leuk kinderboek, zonder de fantasieën die lokpuber Nora moest oproepen bij de achterban van Odaci. Ik geloof nergens in maar wel in karma en het project-Nora is grandioos mislukt en dat geeft de burger moed.

Bij Olave Nduwanje heb ik vooralsnog geen erotische associaties, al denk ik dat ze in een vorig leven heel goed gezelschap was in de grootstedelijke nichtenscene ook al weet ik niet hoe ze eerst van voren heette, toen ze nog een jongetje was. Maar ik weiger aan deadnaming te doen, dus ga ik dit niet uitzoeken.

Ik ging voor de derde keer op deze schitterende donderdag een grote boodschap dumpen in mijn buitentoilet op het strand en bedacht toen dat ik misschien een roman moest gaan schrijven onder een valse identiteit: een piepjong moddervet mohammedaans-zwart potje met 83 genders, in een rolstoel en doofstom en blind en GroenLinks-lid. Dan breek ik godverdomme ook eindelijk door op mijn zestigste. Maar toen las ik dit hartverscheurende essay van Arjen van Veelen in De Groene Amsterdammer en dacht ik: nein nein nein. Als de linkse kerk er dan achter komt dat ik dat ben, zwaait er wat! Ik blijf dus maar gewoon mijn beautiful self en ik ploeter vrolijk verder als blanke, oude, hoogopgeleide boze man. Wel straatarm met een gezonde dorst en dat verbindt mij dan weer met zuster Olave. Volgende week op deze plek mijn Top Honderd van Dwarsdenkers en Rebellen! En komt allen naar de grote literaare happening in de Bullekerk in Zaandam die ik op 11 maart organiseer met mijn maat Muntz en met mijn uitgeverij Ezo Wolf. Gratis entree, zegt het voort!

Word lid van HP/De Tijd