Spring naar de content
bron: screenshot danny op straat

Tip van Tuur voor D66: legaliseer pederastie en win 20 zetels

In links-progressieve kringen was pedofilie en pedoseks in de jaren zestig en zeventig totaal geen taboe. Arthur van Amerongen haalt in zijn vrijdagpreek onder andere een interview aan met oud-minister Hedy d’Ancona, waarin ze over haar kinderen zegt: “Ik ben erg erotisch, ik vrij vaak met ze, ook met Guus, of met anderen, dat vind ik heerlijk.”

Ik verkeer sinds het inslapen van mijn hondje Raya afgelopen maandag in een rouwroes maar een klein grapje kan er al weer vanaf. Met een vurig pleidooi voor legale pedoseks (ik zie Rob Jetten er toe in staat) verlies je natuurlijk nog meer zetels dan met de oproep om Nigerianen en Noord-Afrikanen te ronselen voor de Nederlandse arbeidsmarkt. Dat briljante plan kwam deze week van D66-Kamerlid Maarten Groothuizen en werd door de hele Tweede Kamer weggehoond.

Ik had nog nooit van Maarten Groothuizen gehoord en ben de beste man even gaan googelen.

De geboortige Nijmegenaar heeft een klassiek D66-kapsel en en was – je verwacht het niet – officier van justitie bij de Rechtbank Oost-Brabant en officier van justitie bij de Rechtbank Zeeland-West-Brabant.

Op 23 maart 2017 werd Groothuizen geïnstalleerd als lid van de Tweede Kamer. Hij heeft daar de portefeuille Justitie, slachtofferhulp, immigratie, asiel, kansspelen en auteursrecht.

Is er binnen het suïcidale partijtje überhaupt nog een weldenkend mens dat, alvorens mr. Groothuizen zijn natte scheet de ether in knalt, oppert dat het wellicht geen verstandig plan is om een nieuwe lichting gastarbeiders te importeren?

Vooruit, Groothuizen roept niet dat de Nigerianen in een galei naar Nederland moeten roeien maar hoe komt hij er in godsnaam op om juist in dat land te willen ronselen? Nigerianen blinken vooral uit in voetbal en voorschotfraude op internet, ook wel bekend als Nigeriaanse oplichting.

Een van mijn favoriete websites is 419 Eater, een digitale schandpaal voor Nigeriaanse scammers. Het meest hilarische verhaal is de mohammedaanse meneer die een enorm kruis op zijn voorhoofd laat tatoeëren, als voorwaarde om een paar ton los te peuteren bij een Engels kerkgenootschap ‘ter ondersteuning van slachtoffers van een Pakistaanse aardbeving’. 

D66 richt zich harder ten gronde dan Amy Winehouse tijdens de wittebroodsweken met Blake Fielder-Civil. Het partijtje zwalkt en zwalkt, er is totaal geen leiderschap en de diverse sokpoppen verkopen alleen nog maar nonsens.

D66 richt zich harder ten gronde dan Amy Winehouse tijdens de wittebroodsweken met Blake Fielder-Civil.

Eerst was er het hilarische voorstel om harddrugs te legaliseren en vervolgens maakte Rob Jetten zich landelijk belachelijk door zijn mediale flirt met een Brabants hoofddoekje. Van de week opende hij de aanval op zijn slimmere zusje Jesse Klaver, wat hem volgens mij een zetel verlies oplevert in de komende peiling.

Het goede nieuws is dat Jetten eindelijk snapt dat al die verloren zetels van D66 naar Groenlinks en de PvdA gaan en dat het trucje om Baudet te demoniseren (precies zoals Pechtold dat deed met Wilders) hem helemaal niets heeft opgeleverd, alleen maar hoongelach.

Nog eentje dan van Jetten, om het af te leren:

Jan Schaefer zei destijds: ‘In gelul kan je niet wonen’, maar kennelijk heeft Robje nog nooit van de welhaast legendarische PvdA-politicus gehoord.

Het idee om pedoseks te legaliseren is niet eens zo bizar. De NPO – de geteleviseerde versie van D66 – zond van de week een liefdevol portret uit van pedoaktivist Nelson die een politieke pedopartij wil oprichten. De vlam sloeg, zoals te verwachten was, in de pan.

In links-progressieve kringen was pedofilie en pedoseks in de jaren zestig en zeventig totaal geen taboe. Journalist Roelof Bouwman schreef in 2005 voor HP/De Tijd een prachtig essay, getiteld De Ruïnes van de Seksuele Revolutie.

Leest en huivert:

“In 1973 gaven Hedy d’Ancona en haar toenmalige echtgenoot, de psychiater Guus de Boer, een interview aan NRC Handelsblad. Nadat De Boer vrijmoedig kond had gedaan van zijn visie op het verschijnsel jaloezie, kwamen de kinderen van het stel ter sprake.

“Ik ben erg erotisch, ik vrij vaak met ze, ook met Guus, of met anderen, dat vind ik heerlijk,” tekende de krant op uit de mond van d’Ancona.

Minstens zo bekend als d’Ancona was toentertijd de kunstenaar Henk Jurriaans, die zichzelf als ‘levend kunstwerk’ tentoonstelde in het Amsterdamse Stedelijk Museum. Aan de Haagse Post vertelde hij in 1976 dat zijn zevenjarige dochtertje wel eens ‘aan papa’s lul mocht zuigen’.”

“Ik ben erg erotisch, ik vrij vaak met mijn man en kinderen, dat vind ik heerlijk,’ tekende de krant op uit de mond van Hedy d’Ancona

Ik ben een kind van de jaren zeventig en pedofilie was in die tijd een volstrekt normaal verschijnsel, al kwam de liefde meestal niet van twee kanten. Nooit zal ik vergeten hoe een instructeur het vignet A op mijn zwembroek wilde naaien nadat ik succesvol was afgezwommen. De geheimzinnigheid van het initatieritueel  – ome Koos en ik stonden naakt in een badhokje – was vanzelfsprekend en natuurlijk zou ik dat niet aan pappa en mamma verklappen. ‘Je moeder kan toch niet naaien’, zei ome Koos tijdens het afdouchen.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

Op de middelbare school maakten wij woordgrapjes als: ‘Steek je leuter in een kleuter’ en raadsels als: ‘Wat is een pedomaan? Iemand die kinderen in brand steekt.’

De keurige Stephan Sanders, mijn oud-collega bij De Groene Amsterdammer, interviewde bijna veertig jaar geleden schrijver Arie Moonen voor het deftige links-progressieve tijdschrift Homologie (‘De verlangens van de heer A. Moonen’ door Stephan Sanders; Homologie; 6e jaargang no 5; september/oktober 1984)

“Poëzie. Dat heb ik ook tegen zijn moeder gezegd, toen zij eenmaal haar verhaal bij mij kwam halen. Uw zoontje tovert allemaal poëzie mijn kamer binnen, beste mevrouw. En dat onderscheid tussen de grove seks – wat ik vandaag nog beleefd heb met een publieke temeier en wat ook heel goed kan zijn – en de subtiele poëzie die je met zo’n jongen beleeft, daar zijn de mensen nog niet aan toe. Ze noemen het pedofilie, ja, maar met zo’n term heb ik niets te maken. […] In één van mijn mooiste scenes uit Stadsgerechten ontluister ik ook het Heldere Joch zelf. Hij is bezig op mij te poepen, terwijl ik peins over een slecht soort kasspinazie uit gezinsblik. Dat is toch zuiver ontluisterend. Sade heeft ook dat soort grappen. Hij schrijft ergens: ‘Wanneer er gevraagd wordt om een anus om in klaar te komen, moeten ze niet stompzinnig met een kut komen aandraven’.”

“[…] Mijn laatst uitgekomen boekje, De anale variant, behandelt die merkwaardige overschatting van de vrouwelijke voorkant en de onderschatting van de mannen- en vooral jongensaars.” Moonen citeert uit De anale variant: ‘Toch moet hier worden vastgesteld, dat echte kontneukers de voorkeur geven aan knapen en/of mannen. De damesbips is nu eenmaal dikwijls platter en weker, ja soms op het drillerige af’.”

“[…] Mijn grote leermeester Samuel Beckett, heeft ooit eens maandenlang voortdurend in iemands reet gezeten, zonder precies te weten of het nou om een man of een vrouw ging. Toen hij daarover ging nadenken herinnerde hij zich ineens een baard, dus was het waarschijnlijk een man geweest. Dat vind ik heel wat aardiger dan zo’n Reve, die in de jaren zestig meende te moeten opstuiven op een kongres te Idenburg met: ‘Ja, maar ik ben een homoseksueel.’ Dat grote woord moet je helemaal niet noemen. In bed moet er niet gepraat worden vind ik, maar als er dan over seks gepraat wordt, moet dat niet zo ernstig en serieus gebeuren. Goed neuken of goed geneukt worden – goed bezig zijn, zal ik maar zeggen – dat is het lekkerste dat er bestaat, daar kan een etentje van de Argentijn niet tegen op.”

“[…] Ik maak de verwarring alleen maar groter. Daar hebben ze pas wat aan over tientallen jaren, als de Heren Neerlandici de balans op gaan maken van de literatuur. Dan zullen ze zeggen: ‘Die Moonen heeft dat toen al zus en zo gezien en hij heeft het juist gezien’.”

In die tijd kon dat allemaal nog gezegd worden. Vrijheid blijheid! Een paar decennia later werd Anton Dautzenberg, een geweldige schrijver en een zeer beminnelijke dwarsdenker, de nationale paria na zijn steunbetuiging aan pedoclub Martijn. De titel van mijn vrijdagpreek was dus licht ironisch, al zie ik zoals gezegd Rob Jetten er toe in staat een twietje uit te poepen waarin hij pleit voor het legaliseren van pederastie. Op naar de nul zetels, D66, in het landsbelang.

Word lid van HP/De Tijd