Spring naar de content

Hoezo méér? We moeten juist mínder werken

D66 wil ons met een langere werkweek uit de crisis trekken, maar de oplopende werkloosheid en duurdere kinderopvang zijn juist gebaat bij minder werken. Bovendien blijft dit hét antwoord op fileleed, gebrek aan grondstoffen, overbelasting van het milieu en kinderopvangproblemen. Wie wordt deze zomer de politieke pleitbezorger van de vierdaagse werkweek?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Karen Geurtsen

In 1999 was het toenmalig FNV-voorzitter Lodewijk de Waal die ‘ter bestrijding van de verkeersfiles en ten gerieve van het privéleven’ voorstelde om met z’n allen vier dagen te gaan werken. In 2004 gooide Bernhard Wientjes, vlak voor zijn aantreden als voorzitter van werkgeversorganisatie VNO NCW, een balletje op. Hij zag de vierdaagse werkweek voornamelijk als oplossing voor het fileleed. Maar dan wel met de zaterdag als erkende werkdag erbij.
In 2009 probeerde Mariëtte Hamer (PvdA) het nog maar eens. Zij vond dat alle belemmeringen voor korter werken uit de weg geruimd moesten worden. Vooral om banenverlies in crisistijd tegen te gaan en om te zorgen dat zorgtaken beter verdeeld konden worden. Van de rest van de Tweede Kamer kreeg zij echter niets dan hoon. Hoe kon zij zoiets bedenken terwijl er tegelijkertijd plannen lagen om mensen langer door te laten werken?

Maar het ging haar natuurlijk niet om het totaal aan arbeidsuren; het ging om de gelijke verdéling daarvan. Zowel over de week als over de beschikbare arbeidskrachten. Arbeidskrachten die allemaal graag willen werken, maar daarnaast ook tijd willen hebben voor kinderen, hobby’s, het huis en vrijwilligerswerk.

Utah
Het voorstel van Hamer in 2009 was helemaal zo gek niet. In datzelfde jaar deed de Amerikaanse staat Utah namelijk een test met een vierdaagse werkweek. Er zaten eigenlijk alleen maar voordelen aan, zo beschreef het tijdschrift Scientific American na een jaartje proefdraaien. Bedrijven gingen op vrijdag dicht om te voorkomen dat ze werknemers moesten ontslaan. Op de andere dagen werkten werknemers langer, waardoor ze toch aan hun uren kwamen. Zo konden allerlei kosten bespaard worden. Airco’s hoefden niet meer te draaien, schoonmakers hoefden niet meer te komen opdraven op vrijdag en conciërges konden een dag minder besteden aan het bemannen van het pand. Werknemers zaten minder op de weg en bespaarden zo benzine. Hun gezondheid ging er zelfs op vooruit en ze sportten meer, zo ondervonden ze in Utah.

Nadelen 
Toch wordt er, ondanks de vele pleitbezorgers, nog vrij negatief gedacht over vier dagen werken. Het wordt in ieder geval niet altijd in de praktijk gebracht. Waar komt dat door? Net als Wouter Koolmees van D66, die afgelopen weekend in Buitenhof juist pleitte voor een langere werkweek, denken velen dat we er economisch op vooruit gaan als we langer werken. Maar dan moet er wel werk zijn, en bovendien: schijn bedriegt, want ook door minder te gaan werken kunnen we beter worden. Hoe?

De laatste Emancipatiemonitor (uit 2010, eind dit jaar volgt de nieuwe) laat zien dat er ontzettend veel deeltijdwerkende vrouwen in Nederland zijn die in ‘kleine baantjes’ zitten. Zowel de overheid als de Verenigde Naties maken zich daar zorgen over. Er is een ‘Taskforce DeeltijdPlus’ ingesteld die moet zorgen voor een cultuuromslag: vrouwen moeten het normaal vinden om meer dan 25 uur per week te werken. In de praktijk blijkt: 56 procent van de jonge stellen met kinderen werkt volgens de voltijd-deeltijdformule. Dat betekent (bijna altijd) dat de man vijf dagen werkt en de vrouw twee of drie. Hier zit veel arbeidspotentieel dat onbenut blijft.

Zolang dit model als ‘normaal’ wordt gezien, zal een verzoek van een man om vier dagen te werken met argusogen worden bekeken. ‘Vier keer negen’ mag bij vrouwen dan geaccepteerd worden, bij mannen is dat nog steeds niet het geval, zo concludeerde ook economisch geografe Inge Noback. En zolang mannen dus niet minder gaan werken, gaan vrouwen niet meer werken. Helemaal als de kinderopvang slecht en duur is zoals in Nederland. Door een vierdaagse werkweek als norm te stellen, zal juist veel van dat vrouwelijke arbeidspotentieel aangeboord kunnen worden.

Productiever bij vier dagen 
Qua hoeveelheid werk die verzet wordt, maakt vier of vijf dagen vaak niet zoveel uit. Deeltijders zijn zelfs effectiever. Over het algemeen gaan werknemers bij een kortere werkweek het werk dat ze eerder over vijf dagen verspreidden gewoon in vier dagen doen. Zowel mannen als vrouwen, zo mat de Emancipatiemonitor, hebben plezier in hun werk en waarderen het, maar zijn niet bereid om hun gezin te kort te doen om carrière te maken.
Voor die extra vrije dag willen ze dus best wat harder lopen als ze er wel zijn. Bovendien heb je meer tijd voor familie, vrienden, het huishouden en misschien zelfs je eigen voedsel verbouwen of kleding maken. The Guardian noemde een voorstel voor minder arbeidsuren afgelopen april al ‘national gardening leave’. In het stuk pleit de schrijver voor meer vrije tijd voor een natie, die weer moet leren dingen zelf te doen in plaats van alles maar uit te besteden.

Oudemannenspijt 
Arbeidspsychologe Jolet Plomp, die zelf sinds jaar en dag tachtig procent werkt, schrijft in haar boek Hoe werken werkt (2010) over de fulltime-mentaliteit dat ‘veel mannen die voltijd werkten, aan het eind van hun loopbaan met spijt vaststellen dat ze te weinig hebben genoten van wat er in hun leven gebeurde’.
Als deze mannen met hun kleinkinderen spelen of klussen doen waar ze voor hun pensioen nooit tijd voor hadden, beseffen ze pas wat ze eigenlijk gemist hebben door hun fulltime-afwezigheid. Vrouwen die helemaal niet hebben gewerkt, kunnen daar ook spijt van krijgen. Zij balen van hun afhankelijkheid van een partner met inkomen en het feit dat ze kansen gemist hebben om zich te ontwikkelen.

Nederlandse pioniers 
In Nederland hebben we net als in Utah pioniers waar het op de vierdaagse werkweek aan komt, zoals het Gelderse bedrijf Avri. In haar jaarbericht van 2011 schrijft de afvalscheider hoe zij haar buitendienst per 1 januari 2012 omvormde van een vijfdaagse naar een vierdaagse werkweek. Bijna honderd procent van de werknemers is er positief over, ondanks de langere dagen die zij moeten maken om aan hun uren te komen. De werkgever is ook blij, want die bespaart op het rijden van de wagens, reiskostenvergoeding en energie.
Wat een nadeel van deeltijd kan zijn, en dus een reden om fulltime te blijven werken, is dat je wat minder snel carrière maakt als je vier dagen werkt, geeft Plomp toe. Daartegenover staat: waarom die haast? Nu we toch langer door moeten werken, kunnen we net zo goed wat rustiger aan doen onderweg naar de top.

De vierdaagse werkweek is dus win-win in veel situaties. Nu alleen nog afwachten welke politicus er déze zomer mee op de proppen komt.