Spring naar de content

Wie beschermt Louis van Gaal tegen Louis van Gaal?

Er flakkerde iets vreemds in zijn ogen, toen Louis van Gaal gisteren Bert Maalderink virtueel bij de kladden greep en van op een afstandje door elkaar rammelde.
Iets waar ik niet helemaal de vinger op kon leggen.
Iets onprettigs.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Frank Heinen

Nou ja, laat ik het zo formuleren: als deze scene zich in een Scandinavische thriller had voltrokken, had ik wel geweten wie de seriemoordenaar van Ystad was.
Hij fixeerde de verslaggever met zijn ogen, stelde hem een vraag, luisterde naar het antwoord (hij kon nauwelijks verhullen dat dat hem wel beviel) en voer vervolgens uit.

Het zeehondje Bert Maalderink
Wie heeft Louis van Gaal toch ooit verteld dat hij zich in iedere confrontatie in de openbaarheid als een bijrolacteur uit One flew over the cuckoo’s nest moet gedragen? Het was een angstaanjagend gezicht: Louis’ ogen waren als een dubbelloops geweer en Bert Maalderink het konijntje dat tegen beter weten in nog wat door het gras dartelde. Het zeehondje dat nog wat over het wad sukkelde totdat Louis de pelsjager kwam aangewadlopen, de knuppel al in de aanslag.

Het werd pas echt angstaanjagend toen Louis begon te lachen. Ik kon hem niet onmiddellijk thuisbrengen, die lach, maar ik herkende hem wel. De intonatie kwam rechtstreeks en zonder bronvermelding van Ton Ojers, amateurvoetbaleminentie van TV Noord-Holland, maar die lach… Die beroerde een snaar in een diep weggestopte herinnering. Iets wat ik alleen met langdurige psychotherapie en hypno- DE PLAAGGEEST! De lach van Louis van Gaal deed me denken aan de lach van De Plaaggeest van Bassie & Adriaan, een als nar verklede pestkop die door zijn psychopathische giechel hele generaties doorwaakte nachten bezorgde.
Toen Louis uitgelachen was, schoot hij weer in zijn rol van schoolmeester. Een schoolmeester uit de tijd van Pietje Bell dan wel, een autoritaire hork bij wie het Spaanse rietje nooit ver weg lijkt.

Plastic zakje
Waar keken we naar? Naar iemand die verwoede pogingen deed een jofele peer te acteren, en daarmee iedereen de huiveringen bezorgde? Of naar een man wiens gedrag slaafs zijn gemoed volgt, dat als een plastic zakje in een storm van de ene kant van het stoornissenspectrum naar de andere wappert? Iemand die zijn eigen onberekenbaarheid cultiveert, of iemand die wanhopig probeert aansluiting te vinden?
En, belangrijker: wie beschermt Bert Maalderink tegen Louis en wie beschermt Louis tegen zichzelf?