Spring naar de content
bron: Uitgeverij Pepper Books

GroenLinks sloopt onze taal: fok die kofschip

Het was de dag die je wist dat zou komen: de dag dat een volslagen hotemetoot een pleidooi houdt voor het afschaffen van ‘t kofschip en ‘t fokschaap.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Arthur van Amerongen

Dit ezelsbruggetje (het gaat mij te ver om ook nog eens uit te leggen wat dat nou weer is) in het kort: de medeklinkers uit ‘t kofschip of ‘t fokschaap, dus de t, f, k, s, ch en p, helpen te bepalen of een zwak werkwoord de uitgang -te of -de krijgt in de verleden tijd. De uitgang -te wordt toegevoegd aan werkwoorden waarvan de stam eindigt op een van die medeklinkers uit ‘t kofschip. Andere werkwoorden krijgen -de.

Zelfs nederrappers snappen het ’t kofschip, want ze brullen nooit: “Hij neukde die gast de moeder.” Wel brullen ze: “Hij fokte die schaap!”

Het Vlaamse orakel Kristien Hemmerechts denkt daar heel anders over, want van de week piepte ze op de treurbuis dat het Nederlands best wel wat eenvoudiger mag, en dat bijvoorbeeld die dt-regels nergens voor nodig zijn: “Ik heb nu al studenten die werkwoorden gewoon systematisch met een ‘d’ schrijven, bijvoorbeeld ‘hij antwoord’ met een d.”

Hemmerechts is juf op de Katholieke Universiteit Brussel, vermoedelijk een soort ROC waar de ‘student’ al na twee jaar handvaardigheid een titel krijgt. Ik volg haar niet meer sinds ze gretig naaktfoto’s van haarzelf publiceerde. Sindsdien eet ik eigenlijk ook niet meer zo goed.

In de lage landen wordt Hemmerechts gezien als een literaire reuzin. Haar aanhang bestaat vooral uit vrouwen en genderuitgedaagde mannen zoals Jens van Tricht. Als Hemmerechts een nat windje laat, roepen de redacties van De Morgen en De Standaard in koor: amai, wat ruikt het hier toch lekker naar gebakken lever met champignonnetjes en ajuin. Dat moet ons Hermieneke wel zijn! Maak de voorpagina vrij!

Gelukkig heeft Belgikistan Johan Sanctorium nog. Deze vlijmscherpe cultuurfilosoof, publicist en criticus is een van de weinige Vlamingen die niet vindt dat Hemmerechts de Nobelprijs voor de literatuur moet krijgen. Toen hij de muis zag en hoorde piepen in het programma De Zevende Dag ging hij er met gestrekt been in. “De studenten van professor Hemmerechts kunnen niet foutloos schrijven, en, eerder dan hen verdomme een punt af te trekken per dt-fout, wil ze dat Nederlands zelf wat simpeler maken. Het doet denken aan de bekende cartoon van de beeldhouwer die een beroemdheid wil beitelen met het model naast zich, per ongeluk een oor afkapt van zijn meesterwerk, en vervolgens met een mes klaarstaat om het origineel ‘bij te werken’.”

Wat een schitterend voorbeeld, van die beeldhouwer! Moraal van het verhaal: als het Nederlands te moeilijk is voor met name migranten, maken we het nog simpeler. Uiteindelijk kom je dan terecht op een lexicon van tweehonderd woorden, zeg maar de woordenschat van Ali B., de Jostiband en een paar voetballers bij elkaar. Met die tweehonderd woorden en volstrekt ongehinderd door enige kennis van onze grammatica kun je dus wereldberoemd worden in Nederland. Er is hoop voor iedereen. Ik zou wel eens willen weten of dat ook in Duitsland zo gaat; dat er een of andere schrijver opstaat en brult dat de naamvallen moeten worden afgeschaft. Weg met dat exclusieve gedreun van der-des-dem-den-die-der-der-die-das-des-dem-das-die-der-dem-die.

Waar komt die idiotie toch vandaan, om steeds dieper te bukken voor de migrant?

Ik woon al een derde van mijn leven in het buitenland en overal leerde ik de taal van het gastland, of het nou in Israël, Libanon, Paraguay, Brazilië of Limburg was. Een kwestie van fatsoen en beschaving. Bovendien is het best handig om te begrijpen wat er om je heen gezegd wordt of wanneer je een papiertje moet regelen op het gemeentehuis. In Portugal is het onvoorstelbaar dat de honderdduizenden expats en andere immigranten eisen dat het Portugees wordt aangepast omdat het te moeilijk is. De Portugese taal is heilig.

Alleen in Nederland en België wordt niks verwacht van de migrant. Sterker nog, die wordt gestimuleerd om zoveel mogelijk zijn eigen taal en cultuur te bestuderen.

De sloop van de Nederlandse taal is al wat langer bezig en het afschaffen van ‘t fokschaap is het volgende stapje. Zo begon Sunny Bergman een kruistocht tegen foute kinderboeken, en recentelijk was er een schuimbekkende juffrouw van kleur die riep dat het een schande was dat mensen van kleur in Nederland geen vuistdikke romans mochten schrijven van de roomblanke uitgevers. In Amerika zijn de social justice warriors al wat verder want die willen de bijbel feminiseren en negroïseren, Shakespeare en Beethoven verbieden (racistisch) en natuurlijk moeten alle Romeinse en Griekse filosofen op de brandstapel omdat dat white male chauvinist pigs zijn. En uiteraard moet de Engelse grammatica worden gesloopt want die is (samen met wiskunde, scheikunde en natuurkunde) de wortel van al het kwaad.

Johan Sanctorum bespreekt dit ook in zijn schitterende polemiek tegen Hemmerechts:

“Politieke correctheid is meer dan zomaar een lifestyle-attitude van een intellectuele elite. Ze maakt een destructieve kracht uit die kritische stemmen afdempt, het open debat bevriest, en het cultureel klimaat van zijn dialectische spanning berooft. Parallel daarmee wordt het intellectueel kapitaal van een samenleving langzaam maar zeker ontwaard omdat het niet de kans heeft om te groeien: de hersenstimulans ontbreekt gewoon. Alles moet makkelijk behapbaar en snel consumeerbaar zijn, niks mag moeite kosten. Daarbij wordt de taalachterstand van allochtone kinderen – gevolg van de schotelantennecultuur en het feit dat er thuis geen Nederlands gesproken wordt- als argument gebruikt om de taalregels op school dan ook maar af te vlakken, en een soort Nederlands aan te bieden waarmee je nog wel de weg kunt vragen maar geen zinnige discussie meer mee kunt voeren.

Het idee dat het welbevinden van de leerling/scholier centraal moest staan, heeft geleid tot een dictatuur van de gemakzucht die een instroom van middelmatige eerstejaarsstudenten aan de unief opleverde, maar nadien ook een instroom in de klaslokalen van middelmatige afgestudeerde leerkrachten die de lat nog lager legden. Een negatieve spiraal die ik de primitieve accumulatie van de domheid heb genoemd. Niets meer mogen verbieden, is als de tuinman die nooit wil wieden: op het einde heb je alleen nog een oerwoud.”

Hear, hear!

Juf Hemmerechts heeft brave volgelingen, want prompt twitterde Judith Sargentini van de week:

En deze historische GroenLinks-leider heeft dan nog geschiedenis gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam. Enfin, naast mavoklantje Klaver is Sargentini een polyglotte woordsmid van homerische proporties.

Wat mij als taalnazi overigens nog het meest stoorde, is dat ‘welkome plek’. Dat betekent dus dat die plek welkom is. Klop, klop. Wie daar? De plek! Weest welkom, plek!

En dat Sargentini ons feliciteert met Wereldvluchtelingendag is ook merkwaardig. Waar is die feestje, Judith?

Onderwerpen