Spring naar de content

Vlaamse voorjaarsklassiekers: Michel Wuyts hoopt op een Belg

Het Vlaamse klassiekerseizoen is in volle gang. Met de Ronde van Vlaanderen in aantocht is het tijd om nu vast een eerste (voor)balans op te maken met de grootste kenner van de voorjaarsklassiekers sinds Briek Schotte.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Frank Heinen

Meneer Michel Wuyts, dit moet voor u de mooiste tijd van het jaar zijn.
‘Het is schitterend. Het mooiste aan die Vlaamse koersen is dat ze bijna volledig in Vlaanderen worden verreden.’
Hoe heeft u de laatste koersen beleefd? Prachtig, open wedstrijdverloop, schitterend weer, verdiende winnaars – ik kan me voorstellen dat u in uw nopjes bent?
‘Zeker weten. Wel spijtig dat er geen Belg won. Dat hadden die wedstrijden echt verdiend.’
We zien dat wedstrijden steeds vaker vroeg worden opengebroken door de grote coureurs. Is dat een trend waarvan u verwacht dat-ie zich zal doorzetten?
‘Dat zal van de Belgen afhangen. Kijk, het is natuurlijk mooi dat steeds meer buitenlanders naar Vlaanderen komen afzakken omdat ze denken hier een kans te maken bij ons. Maar je ziet ook: als slijkje bij kasseitje komt, zullen de mannen van hier altijd nog een streepje voor hebben.’
Gent-Wevelgem was een schitterende koers. Verdiende winnaar?
‘Een Noor, hè.’
Ja, knap hè?
‘Ik vind persoonlijk dat Kristoff wat te vet staat.’
Als hij té vet zou staan, zou hij dan Gent-Wevelgem kunnen winnen?
‘Kennelijk. Ik vermoed dat er iets aan het parkoers mankeerde.’
Verder nog renners die indruk op u hebben gemaakt de laatste weken?
‘Van Aert natuurlijk. Van Avermaet. Naesen, die vliegt. Gilbert blijft altijd Gilbert. Keukeleire is sterk. Benoot gaat nog verbeteren. Dries van Gestel.’
Wie?
‘Theuns en Stuyven ook, al hebben die zondag pas voor het eerst wat gepresteerd. Komt ook door de ploeg waar ze in zitten.’
In wat voor ploeg zitten ze dan?
‘In een niet-Vlaamse. Daar ga je al. En dan verder Maarten Wynants, Lampaert, Ludwig de Winter, Jasper Philipsen is nog heel jong. Piet Allegaert verwacht ik ook van voren. Gianni Vermeersch start niet, maar dat wil niet zeggen dat hij geen goede prestatie gaat neerzetten. En Jurgen Roelandts rijdt sterk.’
Die heb ik om eerlijk te zijn dit voorjaar nog niet veel gezien.
‘Omdat hij zich wegsteekt. Jurgen gaat erbij zijn als de forcing gevoerd wordt. En zondag wordt het één enorme forcing. Zondag is de hoogmis.’
Er is nog niet vaak een Ronde van Vlaanderen geweest met zo veel favorieten die aan elkaar gewaagd leken.
‘Dat klopt. Had ik Sep Vanmarcke al genoemd?’
Nee. Maar die reed vrijdag in de sloot en moest vervolgens naar het ziekenhuis.
‘Dat kan hem net die frisheid opleveren die anderen in de finale tekort komen.’
Wie stellen er vooralsnog teleur?
‘Dan denk ik in de eerste plaats aan de buitenlanders. Niet dat ik er veel van had verwacht, maar toch.’
Wat denkt u van Sagan?
‘Die zal er staan zondag, zeker, maar strijden tegen mannen als Debusschere en De Vreese zal er misschien net te veel aan zijn.’
Ik dacht zelf aan renners als Van der Poel, Trentin, Jungels, Stybar, Mohoric, Langeveld, Bettiol, Terpstra, Kragh Andersen, Oss, Stannard…
‘Dat die nu af en toe eens meespelen om de zege, zou je de nivellering van de voorjaarskoersen kunnen noemen. Zeker Van der Poel en Stybar kunnen zondag een eind komen, zij zijn namelijk halve Belgen en dat helpt. Maar de Ronde is echt nog een ander paar mouwen. Daarin komen de echte voorjaarscoureurs automatisch bovendrijven. En die spreken nu eenmaal Nederlands, al is het dan soms met een gek accent. Ik ga ervan uit dat het toch weer de Vlaamse namen zijn die we zullen horen, zondag.’
Hoe komt dat, denkt u?
‘Gewoon, omdat ik ze de hele tijd ga noemen.’
Is het geen slechte zaak voor het aanzien van de voorjaarskoersen, als alleen lokale renners een kans maken?
‘Ik denk dat het vooral iets zegt over de zwaarte van de koersen, dat op de wegen bij ons nu eenmaal de sterksten overblijven.’
Tot nog toe zijn de Vlaamse voorjaarswedstrijden gewonnen door een Tsjech, een Luxemburger, een Noor en twee Nederlanders.
‘Mij zegt dat niets. Als ik naar mijn eigen commentaar luister, waren de Belgen de afgelopen weken volkomen superieur.’
Tot slot: één naam voor zondag.
‘Ik twijfel tussen Maes en Keisse, maar kies toch voor Stijn Vandenbergh. Als journalist moet ik natuurlijk objectief zijn, maar als je heel diep in mijn hart kijkt, zul je zien dat ik hoop op een Belg.’

Onderwerpen